Nederlandse ambassade in Ankara druk met hulp aan Nederlanders in aardbevingsgebied
Ministeries
Op 6 februari zijn Turkije en Syrië getroffen door zware aardbevingen. De medewerkers van de ambassade in Ankara zetten zich sinds die tijd in voor Nederlanders die in het gebied gestrand zijn. Ook staan ze in contact met het Nederlandse USAR-team dat nu in het gebied actief is.
Situatie collega’s
‘Naar omstandigheden gaat het goed met mij en de collega’s op de ambassade’, vertelt Soleiman Ghafouri, beleidsmedewerker op de Nederlandse ambassade in Ankara. ‘Beide aardbevingen waren zelfs hier in Ankara zicht- en voelbaar. Hier bij ons is geen schade en gelukkig is het hele team veilig, maar de ongelofelijke tragedie in het aardbevingsgebied, hakt er ook bij ons flink in.’
Op de ambassade werken een aantal lokale collega’s die uit het getroffen gebied vandaan komen of er familie hebben wonen. Soleiman: ‘Gelukkig zijn alle directe familieleden van de collega’s in Ankara veilig. Maar alle collega's hier, en dan vooral de lokale collega’s, hebben vrienden of kennissen om wie ze zich zorgen maken. Je merkt dat iedereen super gemotiveerd is om te helpen en dat doen we met het hele ambassadeteam, dag en nacht.’
Belangrijkste taken
Bij de ambassade staat nu centraal:
- Duidelijkheid krijgen over eventuele Nederlandse slachtoffers. ‘Een aantal Nederlanders is vermist en daar maken we ons grote zorgen over. We willen zo snel mogelijk duidelijkheid bieden aan de families. Nederlanders die in het getroffen gebied gestrand zijn, helpen we waar we kunnen. We hebben een honorair consul in Gaziantep die ons daarbij helpt.’
- In kaart brengen welke hulp er nodig is. ‘En overleggen met de collega’s in Nederland wat wij kunnen bieden en hoe we zo snel mogelijk dingen voor elkaar kunnen krijgen.’
- Den Haag goed informeren over de laatste stand van zaken. ‘We hebben nu nog veel intensiever dan anders contact met het ministerie in Den Haag. Dat gaat de hele dag door.’
De post heeft daarnaast ook veel contact met de andere ambassades in Ankara, vooral met de EU-landen. Soleiman: ‘Om in kaart te hebben waar iedereen staat, wie wat doet qua hulp en ondersteuning etc. De primaire coördinatie ligt bij de Turken maar waar nodig wisselen we informatie uit met andere ambassades.’
Mediateams vanuit ons land - en Nederlandse journalisten die al in het land gestationeerd waren - zijn naar het getroffen gebied gereisd. Soleiman: ‘Ook hen kunnen we bijstand verlenen; bijvoorbeeld bij het leveren van door de Turken gevraagde informatie en accreditatie.’
Urban Search and Rescue Team
De Defensieattaché van de Nederlandse ambassade in Ankara is het vaste aanspreekpunt voor het naar het getroffen gebied gestuurde Urban Search and Rescue Team (USAR) team. Dit Nederlandse team bestaat uit 65 hulpverleners en acht speurhonden.
‘Het contact met het USAR-team verloopt goed’, meldt Soleiman. ‘Ze zijn volop aan de slag en hebben al een aantal mensen onder het puin vandaan kunnen halen. Wat een helden!.’
Soleiman: ‘Het is een gebied waar de noden nu heel hoog en de chaos heel erg groot zijn. Hun bijdrage wordt zeer gewaardeerd. De ambassade houdt contact met de Turkse autoriteiten om zoveel mogelijk voor het USAR-team te regelen.’
Contact met Turkse autoriteiten
‘De contacten met de Turkse autoriteiten verlopen goed, ondanks de heftige omstandigheden waarmee we te maken hebben’, vindt Soleiman. Hij en het ambassadeteam hebben op verschillende vlakken contact. Binnen het Turkse Buitenlandse Zaken is een speciaal team opgezet dat de internationale contacten en hulpacties organiseert en coördineert.
Daarnaast is er contact over mogelijke Nederlandse slachtoffers en mogelijke verdere hulp en bijdrages vanuit Nederland. ‘We moeten steeds snel met iedereen schakelen, oplossingen verzinnen, improviseren. Dat is hectisch, maar het voelt heel goed om iets bij te kunnen dragen in reactie op deze vreselijke ramp’, aldus Soleiman.
Wil je op de hoogte blijven van de situatie in het getroffen gebied? In het liveblog op rijksoverheid.nl lees je nu:
|
---|