Het kabinet investeert in de periode 2022 tot 2032 meer dan € 10 miljard in het hoger onderwijs en de wetenschap. Hierdoor blijft Nederland een belangrijk kennisland in een wereld die steeds afhankelijker wordt van wetenschappelijke kennis, nieuwe technologieën en innovaties. Ook zorgen de investeringen voor meer rust en ruimte voor studenten, docenten en onderzoekers.
De Vereniging Hogescholen, de Universiteiten van Nederland en het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) sloten in juli 2022 een bestuursakkoord om aan gezamenlijke ambities te werken. De gezamenlijke doelstellingen, resultaten tot nu toe en de toekomstplannen staan in een factsheet.
Resultaten bestuursakkoord hoger onderwijs en wetenschap
Sinds 2022 is hard gewerkt om de afspraken uit het akkoord om te zetten in concrete acties. Ook het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) en de Landelijke Studentenvakbond (LSVb) leverden een grote bijdrage. Hieronder volgen binnen de 3 belangrijkste doelstellingen enkele voorbeelden van resultaten:
Het is belangrijk de basis van onderwijs en onderzoek gezond en sterk te houden en te versterken op de plekken waar dat het meest nodig is. Zo krijgen jonge, talentvolle onderzoekers en docenten een goede start.
Enkele belangrijke resultaten:
Sectoren ontwikkelden plannen waarin universiteiten en universitair medische centra (umc’s) op landelijk niveau keuzes voor de toekomst maakten. Dit verhoogt de kwaliteit van het onderwijs en onderzoek. Ook door extra werkplekken (1200 fte) krijgen docenten en onderzoekers meer rust en ruimte.
Nationale Roadmap: 9 projecten ontvangen € 140 miljoen om een grootschalige wetenschappelijke infrastructuur op te zetten of te verbeteren. De scherpste MRI-scanner ter wereld is daar 1 van.
Het onderwijs en de wetenschap moeten veilig zijn voor studenten, docenten en onderzoekers.
De overheid zorgt samen met studenten, medewerkers en de instellingen voor een betere sociale veiligheid. Instellingen krijgen een wettelijke zorgplicht.
De universiteiten keerden de eerste starters- en stimuleringsbeurzen uit. Zo kunnen onderzoekers met meer rust hun onderzoek een impuls geven en de balans tussen hun onderwijs- en onderzoekstaken herstellen.
Het maatschappelijk belang van onderwijs en wetenschap wordt groter.
Enkele belangrijke resultaten:
De krimpregio’s krijgen € 45 miljoen. Dat moet bijvoorbeeld voorkomen dat hogescholen door dalende studentenaantallen opleidingen moeten afbouwen.
Hogescholen besteden € 30 miljoen aan projecten om een impuls te geven aan opleidingen in de tekortsectoren zorg, techniek en ICT en onderwijs.
Met de start van het regieorgaan Open Science werken kennisinstellingen samen om de toegang tot publiek gefinancierd onderzoek te vergroten. Hierdoor krijgen geïnteresseerden de mogelijkheid om wetenschappelijke resultaten in te zien en daarop voort te bouwen.
Toekomstplannen hoger onderwijs en onderzoek
De komende jaren investeert de Rijksoverheid verder in de 3 hoofddoelen. Per doel een aantal voorbeelden waaraan gewerkt wordt:
Stimuleren van samenwerking en profilering aan onze universiteiten.
Extra investeringen in wetenschappelijke infrastructuren en middelen voor internationale samenwerkingen.
Instellingen stellen gedragsregels op tegen onveilig en grensoverschrijdend gedrag.
Er komt een landelijk programma studentenwelzijn, om kennis en kunde te verspreiden in alle sectoren van het vervolgonderwijs. Mbo, hbo en wo kunnen van elkaar leren als het gaat om het verbeteren van het studentenwelzijn.
Investeren in lerarenopleidingen en in meer leraren.
De subsidieregeling versteviging beroepskolom is gepubliceerd. Deze regeling verbetert de opleidingsroutes voor tekortsectoren doorstroom op de overgangsmomenten vo-mbo en mbo-hbo.
€150 miljoen wordt geïnvesteerd om drempels weg te nemen en doorstroom voor studenten makkelijker te maken naar de diverse onderwijsvormen.
Investeren in start-ups die voortkomen uit kennis van hogescholen en universiteiten.