Achter de schermen bij COP28: ‘De wereld grijpt veel te langzaam in’
Ministeries
Van 30 november tot en met 12 december vindt in Dubai de 28e editie van de COP plaats. Op deze belangrijke conferentie van de Verenigde Naties komen landen van over de hele wereld bij elkaar om te onderhandelen en om samen stappen te zetten om klimaatverandering af te remmen. Ook Nederland vaardigt een delegatie af. Onze mensen in Dubai geven je een blik achter de schermen bij COP28.
Woensdag 13 december: afsluiten met een belangrijk akkoord
Na bijna twee weken van stevige onderhandelingen is COP28 op woensdag 13 december ten einde gekomen. De klimaattop begon succesvol met het fonds voor schade en verlies, en ook op de slotdag werd een belangrijk resultaat behaald. Thomas Vergna van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) nam tijdens COP28 namens Nederland deel aan de onderhandelingen. Hij vertelt: ’Het was een grote eer om de Europese Unie en haar 27 lidstaten te vertegenwoordigen. Met een akkoord over onder andere het verdrievoudigen van de hernieuwbare mondiale energiecapaciteit en het op termijn stoppen met fossielen brandstoffen hebben we een belangrijke stap gezet richting de klimaatdoelen van Parijs. Dat mag best historisch worden genoemd.’
Thomas sluit af: ‘COP28 was ook de COP van de global stocktake: we wilden de balans opmaken over het behalen van de klimaatdoelen van Parijs en de collectieve ambitie opschroeven. Daar is de afgelopen weken hard aan gewerkt, met de genoemde akkoorden als concrete resultaten. Maar COP28 is natuurlijk niet het einde van de rit. We moeten de ambitie van de afgelopen weken vasthouden om de doelen van Parijs binnen bereik te houden.’
Zondag 10 december: Nederlands leiderschap op belangrijke onderwerpen
Als Nederlandse klimaatgezant heeft Jaime de Bourbon de Parme een belangrijke rol op COP28. Hij leidt in Dubai onder anderen de diplomatieke delegatie, en is trots op hoe Nederland zich heeft weten te presenteren, zegt hij. ‘We hebben leiderschap getoond op belangrijke punten, ook namens de EU. De onderhandelingsdelegatie verdient daarvoor een flinke pluim. Zij hebben zich dag en nacht ingezet om een ambitieuze uitkomst van COP28 te bereiken.’
Zelf heeft Jaime op COP28 ook een overvol programma, vertelt hij. ‘Op de eerste dag begeleidde ik minister-president Rutte, en op dag mocht ik hem vervangen. De afgelopen weken heb ik bovendien het woord gevoerd namens vijf ministeries over belangrijke thema’s uit de Nederlandse internationale klimaatstrategie, zoals energie, transport, water, adaptatie, voedsel en financiën. Dat was van groot belang, omdat Nederland is aangesloten bij 32 nieuwe initiatieven en verklaringen die tijdens COP28 zijn opgesteld. Een van die verklaringen, het gezamenlijke statement over fossiele subsidies, haalde zelfs het wereldnieuws.’ Hij vervolgt: ‘Persoonlijk vond ik het gesprek met de Chinese klimaatgezant, waar ook andere Europese klimaatgezanten aanschoven, een van de hoogtepunten. Dat was een zeer constructief gesprek, die hopelijk bijdraagt aan een goede uitkomst van deze COP.’
Gezien het succesvolle begin van de klimaattop zit die goede uitkomst er wel in, verwacht Jaime. ‘COP28 startte met een groot succes in de vorm van het fonds voor schade en verlies. De vreugde daarover was groot! Maar we zetten nu natuurlijk nog een mooie eindsprint in’, besluit hij.
Gezien het succesvolle begin van de klimaattop zit die goede uitkomst er wel in, verwacht Jaime. ‘COP28 startte met een groot succes in de vorm van het fonds voor schade en verlies. De vreugde daarover was groot! Maar we zetten nu natuurlijk nog een mooie eindsprint in’, besluit hij.
Woensdag 6 december: groene groei loont!
René van Hell is arctisch ambassadeur, ambassadeur duurzame ontwikkeling en directeur van de afdeling Inclusieve Groene Groei (IGG) bij het ministerie van Buitenlandse Zaken, en als zodanig aanwezig op COP28. Hij vertelt: ‘Nederland heeft er, net als ieder ander land, heel veel belang bij dat broeikasgasuitstoot, zoals CO2 en methaan, wereldwijd wordt teruggedrongen. Ik houd me hier bezig met het maken van afspraken om die uitstoot versneld tegen te gaan.’
En daar zitten twee kanten aan, vertelt René. ’Enerzijds zijn er de 20 landen die verantwoordelijk zijn voor 80 procent van de wereldwijde uitstoot. Daar valt natuurlijk veel winst te behalen.’ Hij vervolgt: ‘Tegelijkertijd heeft de wereld er ook veel belang bij dat landen die heel weinig uitstoten, dat in de toekomst ook blijven doen. Nederland is voor deze landen, zoals bijvoorbeeld Ethiopië of Burkina Faso, daarom graag een partner om de afslag te nemen naar groene groei. Ook dat is op COP28 een belangrijk onderwerp van gesprek en onderhandeling.’
‘We werken in Dubai aan hele concrete dingen die het leven van mensen verbeteren’, legt René uit. ‘Bijvoorbeeld door een flink aantal acties in gang te zetten om 100 miljoen mensen in Afrika te voorzien van manieren om veilig en schoon te koken. Dat is niet alleen goed om CO2-uitstoot te voorkomen, maar het verbetert ook de gezondheid. Nog steeds gaan er jaarlijks een half miljoen vrouwen dood omdat ze niet op een veilige moderne manier koken, maar bijvoorbeeld op hout en in slecht geventileerde ruimtes.’
Hij vervolgt: ‘We proberen landen dus te laten inzien dat groene groei loont en dat het verstandig is om van klimaat de rode draad in je economische beleid te maken. Daarvoor werken we samen in het NDC partnership. Elk land dat het klimaatverdrag van Parijs uitvoert moet een plan hebben om dat verdrag uit voeren, een Nationally Determined Contribution. Wij assisteren landen om een stevig plan te maken dat op financiering kan rekenen. Dat zag je ook terug in de VN-waterconferentie die we eerder dit jaar organiseerden. Daar wilden we landen motiveren veel zorgvuldiger om te gaan met water en er niet van uit te gaan dat het zomaar blijft stromen. We stimuleren landen om bijvoorbeeld de manier waarop zij in hun industrie en voedselproductie omgaan met water mee te nemen in hun NDC. Daar praten we volop over hier in Dubai.’
Maandag 4 december: water als motor voor klimaatadaptatie
COP28 is in volle gang. Veel wereldleiders verschenen tijdens het openingsweekend ten tonele, maar inmiddels is het aan de onderhandelaars uit alle windstreken. Namens Nederland is Meike van Ginneken gearriveerd in Dubai. Zij is watergezant van het ministerie van Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, en tijdens COP28 enigszins een vreemde eend in de bijt. ‘Veel landen hebben een klimaatgezant, maar als watergezant ben ik vrij uniek’ lacht ze. ‘Ik spreek in veel sessies over hoe mensen klimaatverandering ervaren door water – een ondergelopen huis, een mislukte oogst door droogte, of heel veel regen. En we bouwen coalities om water de motor te maken van klimaatadaptatie.’
Want klimaatadaptatie – ons aanpassingsvermogen aan klimaatverandering – moet veel hoger op de mondiale prioriteitenagenda, vindt Meike. ‘Nederland heeft daar de afgelopen jaren met andere landen al hard aan gewerkt. Maar het blijft een uitdaging om adaptatie écht onder de aandacht te brengen bij regeringsleiders en bij de media. Het gaat vooral over mitigatie: het terugdringen van fossiele brandstoffen. En dus komen we als Nederlandse delegatie nu met een meerjarige insteek voor adaptatie. We willen bereiken dat het de komende jaren in de formele besluitvorming terechtkomt.‘ Ze vertelt hoe ze dat tijdens COP28 probeert te bereiken. ‘Elke dag heeft een ander thema. Vandaag is het de financiële dag. Ik ben bij twee sessies over financiering van klimaatadaptatie. Ook spreek ik een aantal belangrijke partners, zoals de Wereldbank en een Nederlands kredietfonds dat investeringen in klimaatgerichte leningen stimuleert.’
Meike wordt in Dubai onder meer vergezeld door Evita Rozenberg, beleidsmedewerker water bij het ministerie van Buitenlandse Zaken. Ook zij onderstreept het belang van dat thema tijdens de klimaatconferentie van 2023. ‘We kunnen niet om water heen als het om klimaatverandering gaat. Als we ons weerbaar willen maken tegen de droogte, overstromingen en zeespiegelstijging moeten we beginnen bij water. We hebben ons niet voor niets 1,5 jaar ingezet om begin 2023 de eerste VN Waterconferentie in 50 jaar te organiseren.’
Het onderwerp beheerst dan ook haar dagen in de Verenigde Arabische Emiraten. Evita: ‘Met klimaatgezant Jaime de Bourbon de Parme zette ik ‘s ochtends de puntjes op de ‘i’ voor zijn speech tijdens het High Level Panel on Water Investments for Africa, waaraan hij deelnam namens minister-president Rutte. In de middag verzorgde ik voor Gilmar Pisas, minister-president van Curaçao, de briefing voor zijn deelname aan het High Level Water Presidency Session. Aan het einde van de dag nam ik zelf deel aan een panel in het waterpaviljoen waar ik sprak over de noodzaak om water en klimaatplannen meer met elkaar te verbinden.’ Ze sluit af: ‘Als je bedenkt dat water pas sinds COP26 in Glasgow op de agenda staat, kan ik met gepaste trots terugkijken op deze dag. En die wereldleiders? Die lopen hier genoeg rond om hen van onze agenda te overtuigen!’
Donderdag 30 november: harde woorden, maar ook succes op dag één
Na maanden van voorbereiding werd COP28 in Dubai dan eindelijk afgetrapt. Simon Stiell, baas van de VN-klimaatorganisatie UNFCCC, opende de belangrijke conferentie met harde woorden. ‘De wereld grijpt veel te langzaam in tegen de opwarming van de aarde. De mensheid heeft het warmste jaar ooit beleefd. Het is onvoldoende om slechts een poging te doen om klimaatverandering tegen te gaan. We moeten het echt gaan doen’, zo sprak hij tijdens een persconferentie.
Met die boodschap in het achterhoofd is ook de Nederlandse delegatie afgereisd naar de hoofdstad van de Verenigde Arabische Emiraten. Maroucha Veerman en Gersom van der Elst nemen er namens het ministerie van Buitenlandse Zaken deel aan de onderhandelingen. En direct met succes, vertelt Maroucha. ‘Vandaag is het fonds voor schade en verlies aangenomen. Uit dat fonds kunnen de meest kwetsbare landen geld krijgen om te reageren op rampen die worden veroorzaakt door klimaatverandering, maar ook om beter voorbereid te zijn om schade te beperken. Dat dit al op de eerste dag gebeurt is uniek, normaal gesproken worden dit soort besluiten namelijk pas aan het einde genomen.’ Gersom en Maroucha waren afgelopen jaar nauw betrokken bij het proces dat tot dit besluit heeft geleid. ‘Dat we na een jaar hard werken en intensieve onderhandelingen nu al op de eerste dag resultaat zien is voor mij een extra goed begin van de COP’, lacht ze.
Hoewel het fonds een belangrijke eerste stap is voor een succesvolle COP is er is nog meer nodig om de volledige conferentie tot succes te verklaren, benadrukt Maroucha.
'Een fonds voor schade en verlies kan nooit genoeg zijn als we ons niet ook inzetten voor het verminderen van uitstoot en ons aanpassingsvermogen aan klimaatverandering. Gelukkig heb ik collega’s die ook daar de komende weken hard aan zullen werken’, blikt ze met vertrouwen vooruit.
Volg het ministerie van Buitenlandse Zaken op social media voor meer updates vanaf COP28: