‘Vrouwelijke journalisten worden dagelijks bedreigd’
Ministeries
Bijna driekwart van de 1.200 ondervraagde vrouwelijk journalisten heeft ervaring met online geweld, blijkt uit onderzoek van UNESCO en International Center for Journalists (ICFJ). Vrouwelijke journalisten van over de hele wereld vertelden tijdens de World Press Freedom Conference hoe dat er in hun werkpraktijk uitziet. Nederland boog zich met 56 andere landen over de vraag: wat kunnen we daartegen doen?
Dagelijks wordt journalist en columnist Rana Ayyub uitgescholden, seksueel geïntimideerd en bedreigd. ‘Niet alleen ben ik vrouw, ik ben ook nog moslim. In India word ik gezien als tweederangs burger. Hoe durf ik mijn mond open te doen in The Washington Post?’ Tijdens de World Press Freedom Conference (WPFC) die op 9 en 10 december plaatsvond in Den Haag vertelt ze dat er via WhatsApp video’s met nepbeelden van haar werden gedeeld, ook door regeringsleiders. Politieagenten halen hun schouders op en zeggen: “Ach, het is maar online.” De politie realiseert zich niet dat de scheidslijn tussen online en offline flinterdun is.’ Onbezorgd over straat lopen lukt Rana niet meer, ze kijkt telkens achterom. Helemaal sinds een vrouwelijke collega van haar is vermoord. Haat en seksuele intimidatie via social media; het put Rana uit. ‘Telkens als ik een haat-tweet doorgeef aan Twitter, krijg ik hetzelfde standaard antwoord. Twitter erkent het probleem niet.’
Zelfcensuur of stoppen als journalist
De Zuid-Afrikaanse journalist Ferial Haffajee krijgt dezelfde reactie van Twitter, als ze doorgeeft dat tweets niet door de beugel kunnen. ‘Het voldoet aan onze standaarden.’ In Zuid-Afrika kunnen vrouwelijke journalisten er volgens haar niet op rekenen dat politie en justitie het probleem oplossen. Ferial: ‘Agenten hebben niet eens een smartphone of databundel om onderzoek te doen.’ Het probleem aankaarten bij leidinggevenden van nieuwsredacties zet ook weinig zoden aan de dijk. Vrouwen krijgen vaak te horen dat ze een dikkere huid moeten krijgen. Vooral jonge vrouwen krijgen de schuld en horen dat ze ‘het zelf wel zullen hebben uitgelokt.’ Sommige vrouwen passen hierdoor zelfcensuur toe, merkt Ferial. ‘Decennialang hebben vrouwen ervoor gevochten om te mogen werken als verslaggever; ik laat me niet zo makkelijk wegjagen.’ Rana knikt: ‘We zouden gewoon ons moeten kunnen doen, maar ik ken genoeg vrouwen die stoppen met hun werk als journalist en zichzelf onzichtbaar maken.’
Online geweld
Carole Cadwalladr is onderzoeksjournalist bij The Guardian en The Observer. Ook in het Verenigd Koninkrijk krijgt zij seksistische opmerkingen naar haar hoofd, omdat ze een vrouw van middelbare leeftijd is. ‘Mijn situatie is niet te vergelijken met die van Rana en Ferial, maar het is wel duidelijk dat vrouwelijke journalisten in een vijandige omgeving opereren. Dit probleem wordt niet serieus genomen.’
Uit onderzoek van UNESCO en Internationaal Center for Journalists (ICFJ) blijkt dat deze drie vrouwen niet de enige zijn. Wereldwijd ondervroegen de onderzoekers 1.200 vrouwelijke journalisten. 73 Procent van hen heeft ervaring met online geweld, waarbij er wordt gedreigd met fysiek geweld en verkrachting. Bij 20 procent van hen resulteerde dit ook offline in geweld. Opmerkelijk: in 14 procent van de gevallen is het online geweld afkomstig van collega’s, 14 procent komt van ambtenaren en nog eens 23 procent van politici. 16 Procent van de ondervraagde vrouwen zegt dat het online geweld tijdens de coronacrisis is toegenomen. Vrouwen zijn vaker het slachtoffer van geweld door discriminatie en een ondergeschikte positie ten opzichte van mannen. Reden genoeg om een speciaal deel van de World Press Freedom Conference te wijden aan de veiligheid van vrouwelijke journalisten wereldwijd.
56 landen ondertekenen verklaring
Op uitnodiging van minister Blok namen 56 landen deel aan een digitale Ronde tafel met ministers, die voor de eerste keer in de historie van de conferentie plaatsvond. In een verklaring, de The Hague Commitment on the Safety of Journalists, beloven zij om onafhankelijk onderzoek en vervolging in te stellen tegen alle vormen van aanvallen op journalisten en mediapersoneel, online en offline. Zowel in eigen land als internationaal. Ze zegden ook toe om direct actie te ondernemen wanneer vrouwelijke journalisten blootstaan aan specifieke risico’s en bedreigingen. Zo stelt Den Haag als Shelter City jaarlijks twee extra plekken beschikbaar voor journalisten in nood. Gedurende drie maanden kunnen met name vrouwelijke journalisten hier op adem komen en trainingen volgen.
Nederland trekt 7 miljoen euro uit voor een actieplan om de persvrijheid en veiligheid van journalisten wereldwijd te bevorderen. Het ministerie van Buitenlandse Zaken doet dit in samenwerking met UNESCO en Office of the United Nations High Commissioner for Human Rights (OHCHR). Dit gebeurt in de vorm van een internationale campagne waarbij er speciale aandacht is voor de positie van vrouwelijke journalisten. Bij geweld tegen vrouwelijke journalisten - of dat nu online is of offline – mogen daders daar niet zonder straf mee wegkomen.