Gebruik van straling in de gezondheidszorg

Straling is in lage doses geschikt voor medische verrichtingen. Om een diagnose te stellen, bijvoorbeeld.  Zoals met röntgenstraling. Of voor het behandelen van kanker. 

Röntgenstraling

Röntgenstraling is een soort straling met een laag energetisch vermogen. Dat betekent dat de straling makkelijk door zacht weefsel heen gaat, maar niet door botten en het gebit. Daarmee kun je met röntgenstraling bijvoorbeeld kijken of iemand een gebroken bot heeft. Tandartsen gebruiken röntgenstraling om foto’s van het gebit te maken.

Een kleine hoeveelheid straling kan geen kwaad. Maar als mensen te vaak of te lang worden blootgesteld, lopen ze een hoger risico op bijvoorbeeld kanker. Daarom moeten mensen die deze foto’s maken, zelf buiten het bereik van de straling blijven.

Radioactieve stoffen

Naast röntgenstraling zijn er ook radioactieve stoffen. Dit zijn stoffen die straling uitzenden. In lage doses zijn  deze radioactieve stoffen geschikt om onderzoek te doen in het menselijk lichaam. De stoffen worden toegevoegd aan een receptor. Dat is een stof die actief is in het deel van het lichaam dat onderzocht wordt. Met hulp van een scanapparaat kan een onderzoeker zien of er afwijkingen zijn, zoals ontstekingen of een tumor.

Bestraling bij kanker

In een wat hogere dosis kan straling helpen om sommige vormen van kanker te genezen. De straling zorgt ervoor dat de kankercellen dood gaan. Daarvoor moet de radioactieve stof heel precies worden toegediend. Bijvoorbeeld door de stof toe te voegen aan een staafje of bolletje, dat tussen de kankercellen wordt geplaatst. Of door machines die de kankercellen van buiten het lichaam bestralen.

Kernreactor Petten

De radioactieve stoffen die voor onderzoeken of therapie worden gebruikt heten medische isotopen. Nederland is een belangrijke producent van medische isotopen. Ongeveer een derde van alle medische isotopen in de wereld komt uit de kernreactor in het Noord-Hollandse Petten.