Diversiteit en inclusie bij start-ups: een krachtbron voor innovatie en groei
Ministeries
Ondernemer Ruben Brave deed in opdracht van het ministerie van Economische Zaken onderzoek naar discriminatie in de Nederlandse start-upwereld. En ja, discriminatie en uitsluiting komen veelvuldig voor, zo bleek. Ondertussen neemt Brave met Dutch New Narrative Lab initiatieven om het tij te keren. Dat is niet alleen rechtvaardig, het is een stimulans voor de economie.
Inleidend Woord “Racisme is als een gezwel dat onder het oppervlak woekert en steeds weer de kop opsteekt. Als witte man is het makkelijk eraan voorbij te gaan en de signalen te negeren. Er is ook veel onwetendheid, in tech en de maatschappij als geheel. Onwetendheid over impliciete vooroordelen, frames, beelden die we gebruiken, die bedoeld en vaak onbedoeld kwetsend zijn. Alleen door nieuwsgierigheid, zelfreflectie en een lerende houding kunnen we vooruitgang boeken. Het is juist die lerende houding, of ‘growth mindset’ die cruciaal is voor succesvolle tech ondernemers. Het is de basis van een inclusieve bedrijfscultuur, waarbij oprechte interesse in mensen, hun achtergronden en motivaties de ruimte schept voor een veilige, productieve werkomgeving. Geen enkel ambitieus Nederlands techbedrijf kan zich in de strijd om het beste talent veroorloven om geen beleid te hebben met betrekking tot diversiteit, gelijkheid en inclusiviteit (DEI), dat is gericht op een dergelijke inclusieve cultuur. Ieder signaal van racisme en seksisme zou een rode vlag moeten zijn voor management en investeerders dat er iets mis is in de organisatie. Overigens zou het helpen als er meer succesvolle tech ondernemers van kleur zouden zijn om het stereotype van de witte man in tech te doorbreken. Initiatieven als Dutch New Narrative Lab (DNNL) kunnen daar een bijdrage aan leveren, alsook fondsen die gericht investeren in bedrijven die geleid worden door ondernemers uit ondervertegenwoordigde groepen.”
|
Discriminatie is verboden, maar komt in alle geledingen van het bedrijfsleven nog vaak voor. “Soms is het impliciet, achter je rug om. Maar vaak is het ook heel expliciet: mensen die in mijn gezicht zeggen dat ze mij, als zwarte man, niet accepteren”, zei ondernemer Ruben Brave in augustus 2020 in een artikel in het AD. Toenmalig directeur-generaal Bedrijfsleven en Innovatie Focco Vijselaar las het en nodigde Brave uit voor een gesprek op het ministerie van Economische Zaken.
Vijselaar vraagt Brave, zelf Nederlander van Surinaamse afkomst, om advies: hoe kunnen we de start-up-wereld inclusiever maken? Brave gaat aan de slag. Hij interviewt meer dan 400 ondernemers, beleidsmakers, academici en financiers. Allemaal mensen – vrouwen en mannen, van verschillende culturele achtergronden en identiteiten. Brave trekt twee hoofdconclusies op basis van deze uitgebreide verkenning. De eerste is: “Er is nog steeds massieve discriminatie binnen de start-up-wereld”, aldus Brave.
“Uitsluiting kan ook door culturele verschillen optreden”, legt schrijver Joris Luyendijk desgevraagd uit. “Zoals bij mij bij The Guardian, zonder dat er sprake is van discriminatie. Dergelijke uitsluiting vergt ook een andere aanpak dan die op basis van onbewuste vooroordelen." Discriminatie en uitsluiting heeft een negatief effect, benadrukt Brave: “Mensen die niet passen in het standaardplaatje voelen zich vaak buitengesloten.”
Verspilling van menselijk kapitaal
De tweede conclusie bleek misschien nog wel belangrijker. Doordat mensen zich uitgesloten voelen, trekken ze zich terug. “Mensen die nu ondervertegenwoordigd zijn in de start-up-wereld, herkennen zich vaak helemaal niet in het standaardbeeld van de innovatieve ondernemer. Ze voelen zich daardoor minder geroepen tot ondernemende activiteiten. Mensen die afhaken zijn een verspilling van menselijk kapitaal. Terwijl ondernemerschap zo enorm leuk en nuttig kan zijn. Zonde dus.”
Wie is Ruben Brave? Ruben Brave (1974) is een Nederlandse techondernemer, mediaprofessional en investeerder. In 2004 richtte hij de academische business incubator Entelligence op, waarin start-ups van hoogleraren op het gebied van media, ict, gezondheid en onderwijs tot wasdom komen. Ook heeft Brave verschillende board functies, zoals bij de Sociaal-Economische Raad (SER, Diversiteit in Bedrijf), de Kamer van Koophandel, Vrije Universiteit/Universiteit van Amsterdam en Internet Society Nederland. Recent stond Brave aan de wieg van Dutch New Narrative Lab Foundation (DNNL). Met dit nieuwe initiatief wil Brave de toegang tot innovatief ondernemerschap verbeteren voor alle ondervertegenwoordigde groepen in de Nederlandse start-up-wereld. Het gaat om vrouwen, ondernemers met een migratieachtergrond, lhbtq+ en wetenschappers en ondernemers met een beperking in arbeidsvermogen. Onlangs sloten de ondernemers meerdere ondernemers zich aan als associate partners. Bekijk hier Ruben Brave bij de SER Talks van de Sociaal-Economische Raad. |
Brave besluit om de uitkomsten van zijn onderzoek positief in te zetten. “Ik maak er geen huilie huilie verhaal van. Nee, mijn doel is dat ondervertegenwoordigde mensen het heft in eigen handen nemen en gaan ondernemen. Ik wil inclusiviteit koppelen aan ondernemerschap. Sociale gelijkheid vloeit voort uit economische gelijkheid. Ik zie ondernemerschap als de grote gelijkmaker.” De opheffing van juridische ongelijkheid heeft zich volgens Brave nog niet vertaald in economische gelijkheid. “Martin Luther King heeft laten zien dat sociale gelijkheid volgt na economische gelijkheid, en niet andersom.”
Economische groei
Die positieve insteek is van individuele betekenis voor mensen, maar is ook van groot economisch belang. Want als Nederland het ondernemerstalent dat het nu misloopt, wél inzet, dan gaat dat een innovatieve en duurzame bijdrage leveren aan de economie. Het gaat volgens Brave niet alleen om maatschappelijk onrecht maar ook om aantoonbare gemiste kansen voor economische groei van Nederland, omdat we innovatieve bedrijven missen.
Meer weten? Lees ook het artikel “Ondernemerschap: inclusiever ecosysteem is een beter ecosysteem” geïnitieerd door de Universiteit Utrecht waar Ruben Brave aan meegeschreven heeft. |
Het rapport “Building a world-class Dutch start-up ecosystem” van Mckinsey geeft aan dat investeren in een meer diverse poel van oprichters binnen 10 jaar tot jaarlijks 450 nieuwe bedrijven kan leiden, een toename van bijna 50%.
Onderzoek van Kauffman Fellows toont aan dat teams met mensen van verschillende etnische achtergronden (diverse teams) succesvoller zijn dan teams waar iedereen dezelfde etnische achtergrond heeft (niet-diverse teams). Dit is te zien in start-ups, waar teams met mensen van verschillende achtergronden meer geld ophalen bij investeerders en hen ook meer winst opleveren. Bij het verkopen van hun bedrijf of het naar de beurs gaan (IPO’s) verdienen deze diverse teams gemiddeld 3,3 keer van wat ze oorspronkelijk hebben geïnvesteerd, terwijl teams zonder etnische diversiteit gemiddeld 2,5 keer hun investering terugverdienen. Dit effect is nog sterker bij de leidinggevende teams: diverse teams verdienen gemiddeld 3,3 keer hun investering terug, terwijl teams met alleen witte leiders gemiddeld maar 2 keer hun investering terugverdienen.
Ondernemingen die diverser en inclusiever zijn ontwikkelen meer perspectieven op de toekomst, dat leidt tot meer creativiteit en innovatie, en ook tot meer impact. Verschillende culturen zorgen voor een positieve kruisbestuiving, en uiteindelijk ook tot betere bedrijfsresultaten. Er zijn talloze onderzoeken - van onder meer McKinsey, World Economic Forum, Boston Consulting Group en Kauffman Fellows - die dat aantonen. Het gaat om gelijke kansen en rechtvaardigheid, maar dus ook om economische argumenten. Brave: “Teams met een goede man-vrouw verhouding scoren gemiddeld tot bijna 20 procent betere financiële resultaten. Als we kijken naar etnische diversiteit kan dat zelfs bijna 40 procent betere financiële resultaten opleveren.”
Uit het McKinsey-rapport “Diversity wins: How inclusion matters”.
Ronald Kleverlaan van Stichting MKB-financiering wijst tevens op nieuw onderzoek van de OECD waarin zij aantoont dat Europa economische groei misloopt doordat niet alle (aspirant-)ondernemers gelijke kansen krijgen. Het rapport "The Missing Entrepreneurs 2023" wijst op een groot onbenut potentieel van nieuwe “diverse” ondernemers die geconfronteerd worden met te veel hindernissen om te starten of groeien. De beperkte benutting van ondernemerstalent remt de economische groei in Europa.
Zonder wrijving geen glans
Diversiteit kan volgens Brave soms ‘behoorlijk schuren’ en ook tot botsingen leiden. Waar verschillende perspectieven samenkomen, moeten mensen hun vooroordelen overwinnen, maar dat leidt wel tot betere ideeën. “Zonder wrijving geen glans”, zegt Brave. Diversiteit en inclusiviteit is dus leerzaam voor álle betrokkenen in een team. De financiële en menselijke winst staat bekend als de “Diversity Bonus”.
Tijdens de Big Improvement Day gaf Brave een lezing over zijn onderzoek. Bekijk een videoverslag waarin ook andere betrokkenen reflecteren op het belang van diversiteit en inclusie. Zo zegt Hilary Richters, Director Digital Ethics bij accountants- en adviesgroep Deloitte Nederland, dat een inclusieve onderneming een grotere commerciële aantrekkingskracht heeft. “In plaats van dat je 70 procent de usual suspects van de maatschappij hebt, kun je 100 procent van de maatschappij krijgen als klant. Ook in je eigen omzet ga je daar als corporate Nederland heel veel baat bij hebben.”
Nieuwe en frisse ideeën
Carol Tarr van de duurzame investeerder Phenix Capital zegt over discriminatie en uitsluiting: “Dit gaat zichzelf niet oplossen.” Zij constateert net als Brave dat vrouwen en minderheden minder financiering krijgen dan andere groepen. Terwijl de voordelen groot zijn. “Als je nieuwe en frisse mensen binnenbrengt, krijg je nieuwe en frisse ideeën. Je hebt dan geen groupthink meer.” Uit onderzoek van het European Investment Fund blijkt dat vrouwelijke starters kleinere investeringen ophalen bij venture capital-fondsen. Het percentage vrouwelijke oprichters en CEO’s in de start-up-wereld is weliswaar van 7 naar 10 procent gestegen, maar vrouwen zijn daarmee nog altijd zwaar ondervertegenwoordigd.
Met een nieuw initiatief levert Brave een bijdrage om het tij te keren. Hij heeft de Stichting Dutch New Narrative Lab Foundation (DNNL) opgericht met drie concrete pijlers om diversiteit en inclusiviteit te stimuleren in de start-up-wereld. Samen met organisaties als de SER en kennisinstellingen zoals de Vrije Universiteit, Erasmus Universiteit, Universiteit Utrecht en de Universiteit van Amsterdam ontwikkelt DNNL een zogenoemde ecosysteem-monitor. Daarin worden data verzameld over de stand van zaken op het gebied van diversiteit en inclusie bij start-ups. Transparantie zorgt voor helderheid, bijvoorbeeld over hoeveel overheidsgeld er gaat naar bedrijven die nog steeds niet inclusief bezig zijn. De monitor leidt niet alleen tot inzichten die pijnlijk kunnen zijn, maar zet ook de schijnwerpers op concrete en inspirerende voorbeelden van inclusieve en succesvolle bedrijven, waar andere start-ups zich aan kunnen optrekken.
Inclusive procurement
De tweede pijler is het DNNL ondernemerslab voor ondernemers die de innovatieve kracht van diversiteit professioneel te gelde willen maken. “Het is sales driven”, benadrukt Brave. “We coachen ondernemers en koppelen ze aan investeerders.” Het hart van het ondernemerslab is de DNNL Launchpad, een 12 weken durend programma om ondernemersvaardigheden te stimuleren. Het doel is om deze ondernemers en hun start-ups te transformeren in ‘kamelen’, die lange tijd kunnen overleven in extreem moeilijke omstandigheden, in tegenstelling tot het Silicon Valley-model dat gericht is op het creëren van unicorns.
Prins Constantijn van Oranje opent de kick-off van de DNNL Launchpad met een gong.
Daarnaast organiseert DNNL zogeheten DNNL UnConferences, evenementen die netwerken bevorderen tussen belanghebbenden in de start-up-wereld, zoals de (historisch) ondervertegenwoordigde of onderbediende oprichters maar ook academici, investeerders en beleidsmakers, alsmede het bieden van een platform voor het delen van verhalen van inspirerend ondernemerschap.
“Ook helpen we ze met opdrachten van internationale corporates die omzet gunnen aan ondervertegenwoordigde groepen”, zegt Brave. Deze zogenoemde inclusive procurement is een enorme nieuwe markt. Brave: “Afgelopen jaar alleen al werd door Google een belofte gedaan van 2,5 miljard dollar voor inclusief inkopen.” In dit verband is ook het beleid van de gemeente Amsterdam interessant. Wethouder van Financiën Hester van Buren vertelde onlangs dat ze inclusief inkopen gaat stimuleren. Ze gaf aan “ongelijk te gaan investeren voor gelijke kansen”. Kijk hier het interview terug dat plaatsvond in Pakhuis De Zwijger.
De derde en laatste pijler moet inclusieve ondernemers laten shinen. Met partners in de media en innovatie wedstrijden, zoals Deloitte Fast 50 en Women of the Future werkt DNNL aan de crossmediale zichtbaarheid van ondernemers. Het is eervol om met een succesvol bedrijf de media te halen. Dat symbolisch kapitaal betekent erkenning voor de individuele ondernemer, maar kantelt ook het dominante beeld dat het publiek nu nog heeft van ‘de innovatieve ondernemer’, want dat is in de ogen van veel mensen nog steeds een witte heteroseksuele man. Nieuwe inclusieve rolmodellen kunnen een nieuwe generatie motiveren om te gaan ondernemen.
Nieuw narratief voor ondernemend Nederland
Vooral dat nieuwe en diverse beeld van ondernemend Nederland ziet Brave als een duurzame manier om positieve verandering te stimuleren. Dat komt tot uitdrukking in de naam Dutch New Narrative Lab. “Dutch, dat is natuurlijk duidelijk. Lab verwijst naar het uitgangspunt dat er ruimte moet zijn voor experimenteren, fouten maken en leren. New Narrative verwijst naar het maatschappelijke en economische doel dat meer Nederlanders, van alle soorten en maten en met verschillende achtergronden, zichzelf moeten kunnen herkennen in het verhaal van innovatief ondernemerschap.”
Doe mee! Kijk op de website van DNNL hoe jij kunt bijdragen aan positieve verandering. Brave is tevens samen met o.a. DNNL en de Regionale OntwikkelingsMaatschappijen bezig met het opzetten van een fonds dat gericht investeert in bedrijven die geleid worden door ondernemers uit ondervertegenwoordigde groepen. Neem voor een bijdrage daaraan contact op met Jeffrey Williams, Sr. Investment Manager van ROM Utrecht (jeffrey_at_romutrechtregion.nl). |
Dit artikel kwam mede tot stand door medewerking van Asma Naimi (Social Enterprise NL), Erik Stam (Universiteit Utrecht), Georgio Mosis (Serendipitist Inc), Joris Luyendijk (schrijver) en Ronald Kleverlaan (Stichting MKB Financiering)