Inleidend statement persconferentie na ministerraad 27 maart 2020
Inleidend statement van minister-president Rutte tijdens de wekelijkse persconferentie van 27 maart 2020. Over de aanpak van het coronavirus. Bekijk de hele persconferentie via YouTube. Of lees de letterlijke tekst van de persconferentie.
Minister-president Rutte:
Goedemiddag allemaal. Uiteraard ging de ministerraad vandaag ook weer over de aanpak van het coronavirus. We hebben vandaag niet vergaderd op de gebruikelijke locatie, de Trêveszaal op het Ministerie van Algemene Zaken, maar zijn uitgeweken naar de Rolzaal en dat is een onderdeel van het Ridderzaalcomplex. Die zaal is groter dan de Trêveszaal zodat we daar wat makkelijker die anderhalve meter afstand in acht kunnen nemen. En zo proberen we, en dat zeggen we tegen heel Nederland: houd anderhalve meter afstand, als het kan ook op het werk. Organiseer dat en dat moeten wij dus ook doen als ministers en staatssecretarissen. Je moet wel hele goede ogen hebben overigens om dan nog in alle uithoeken de collega’s precies te kunnen onderscheiden, maar jong als ik ben lukte me dat.
Goed, allereerst de oproep, opnieuw, houd je aan de richtlijnen. Dit is belangrijk. Geef opvolging aan alle afspraken die we met elkaar hebben gemaakt. Die in belangrijke mate ook kunnen worden gehandhaafd sinds deze week. Dus blijf zoveel mogelijk thuis, en als je op straat bent: houd anderhalve meter afstand. Blijf hoe dan ook thuis als je kucht, niest of neusverkouden bent. En als iemand thuis daarbij benauwdheid en/of koorts ontwikkelt, dan blijft het hele gezin thuis behalve die gezinsleden die werken in de vitale sectoren. En ja, deze richtlijnen, deze afspraken, die we ook buiten zoveel mogelijk proberen af te dwingen, als mensen in grotere groepjes samen lopen en niet de anderhalve meter afstand hanteren, dan kunnen de veiligheid... dan kan de politie dat ook handhaven. Ik realiseer me, dit is allemaal ingrijpend, dat geldt voor al deze maatregelen. Denk aan het niet kunnen bezoeken van opa of oma in het verpleeghuis op dit moment. Dat zijn ingrijpende maatregelen. Maar het is van belang dat we dit blijven doen. Je merkt de afgelopen dagen dat het rustiger is op straat. Ik was bij de politie op bezoek deze week en bij de regionale meldkamer en ook daar werd gemeld: er is echt een verschil voor en na het weekend. Dus dat op zichzelf is goed nieuws. En ik wil er ook vanaf deze plek mijn waardering voor uitspreken. En je zag ook eigenlijk al in Nederland dat ook voor het weekend en tijdens het weekend de meeste mensen zich daar aan hielden. Maar nogmaals: in het weekend niet iedereen. Dus mijn oproep, ook voor aanstaand weekend is aan iedereen om door te gaan met zo veel mogelijk thuis blijven. Als je toch naar buiten moet, anderhalve meter afstand houden en nogmaals: bij bepaalde klachten blijf jij thuis en als die verkoudheidsklachten zich ontwikkelen tot benauwdheid en/of koorts, dan blijft het hele gezin thuis.
Ik noemde de politie, maar ik wil ook wel nog eens een keer benoemen hoeveel mensen op dit moment in Nederland in vitale sectoren ervoor zorgen dat de samenleving blijft draaien. Dan kijken we natuurlijk normaal gesproken terecht naar de mensen in de zorg. Daar wordt op dit moment een herculische prestatie geleverd van epische omvang. En ik denk dat heel het land enorm respect heeft voor mensen die in de zorg werken. Maar ik wil ook noemen de mensen die in die gezondheidszorg wat minder goed zichtbaar zijn, inderdaad de schoonmakers, de mensen in de logistiek, de mensen in het patiëntenvervoer. En als ik de schoonmaak noem, dan is dat het ziekenhuis schoon houden, de operatiekamers, ervoor zorgen dat de mensen in het primaire proces zo goed mogelijk hun werk kunnen doen. Maar kijk ook naar andere groepen. En ik wil er vandaag een paar noemen: het openbaar vervoer, kijk naar de mensen in de data centers die ervoor zorgen dat die data centers blijven draaien waardoor we op deze schaal kunnen thuiswerken in Nederland. Ook dat is van groot belang, dat onze hele technische infrastructuur goed blijft draaien. Kijk naar de mensen in de beveiliging, die ervoor zorgen dat allerlei vitale sectoren ook veilig blijven. Ik wil die mensen er vandaag ook eens uitlichten. En misschien mag ik er nog een paar noemen, het zal u aanspreken: de krantenbezorgers die ervoor zorgen dat de kranten in de bus vallen waar mensen normaal gesproken al zitten te wachten op het nieuws, is dat nu natuurlijk nog veel heviger. Maar ook de maaltijdbezorgers, ook die wil ik hier benoemen.
We zullen de komende dagen uiteraard heel precies kijken wat de effecten zijn van alle maatregelen. We blijven ook dit weekend nauw met elkaar in contact. Belangrijke prioriteit is, zoals u weet, de IC-capaciteit. Er wordt met man en macht gewerkt om de capaciteit daar uit te breiden, dat is belangrijk. En aanstaande dinsdag is er weer een Ministeriële Commissie Crisisbeheersing. Die zal dan onder andere kijken naar de vraag: wat gaan we met al die maatregelen doen die aflopen op 6 april en dat geldt eigenlijk voor alle maatregelen die we hebben genomen, behalve de vergunningplichtige en/of meldingplichtige evenementen, die zijn stilgelegd tot 1 juni. Maar voor alle andere maatregelen geldt: tot 6 april en we gaan dus aanstaande dinsdag bespreken in die MCCb, in die Commissie Crisisbeheersing, hoe we daar na 6 april mee verder gaan.
Dan wil ik tot slot iets zeggen natuurlijk over het feit dat we allemaal ons realiseren dat prioriteit nummer 1 bij het coronavirus is: de volksgezondheid. Maar het heeft uiteraard ook een enorme impact op een andere manier op het leven van mensen en dat is gewoon onze economie. En je zag de voorspellingen van het Centraal Planbureau, een aantal scenario’s. En dan zie je dat in al die scenario’s sprake is van krimp van onze economie. En ik kan u verzekeren dat wat wij proberen is de economische impact zoveel mogelijk te beperken. Die zal er zijn, maar wat wij vooral nu willen bereiken is kijken: wat kunnen we doen om ervoor te zorgen dat mensen hun baan behouden, dat mensen hun inkomen behouden. Daar is deze week een heel debat over geweest in de Kamer, over het kabinetspakket, met Wopke Hoekstra, het pakket van Wopke Hoekstra samen ontwikkeld met Wouter Koolmees, Eric Wiebes en alle anderen in het kabinet die zich bezig houden met het financieel-economisch beleid. Daar is veel steun voor. Dat is erop gericht dat zoveel mogelijk mensen hun baan en hun inkomen kunnen behouden. Uiteraard geen garanties hoe dit zich verder ontwikkelt, maar wel de garantie dat we er alles aan doen om die gevolgen te beperken. Dat noodpakket is daarmee van groot belang voor banen en daarmee voor onze economie, voor onze bedrijven en dus vooral voor de mensen die in al die bedrijven werken, die afhankelijk zijn voor hun leven, voor hun inkomen van die werkgelegenheid en het grootste deel van Nederland werkt uiteraard niet bij de overheid. Ongeveer driekwart van de Nederlanders heeft een bedrijf of werkt bij bedrijven en dat zijn belangrijke banen voor ons land en uiteraard voor het geluk van mensen. Wij zijn heel druk bezig dat hele pakket nu verder uit te werken. Dat is ook een enorme administratieve opgaaf. Vandaag en ook de komende weken zullen steeds meer noodloketten voor bijvoorbeeld ondernemers en zzp’ers open gaan. En u wordt daar door de desbetreffende bewindspersonen over geïnformeerd.
Helemaal tot slot wil ik heel kort wel noemen hier: het trieste nieuws van het overlijden van Liesbeth List. Zij is natuurlijk een van de grootste Nederlandse zangeressen. Iconische vrouw en wij leven mee met familie en nabestaanden.