Inleiding regeerprogramma
Met het hoofdlijnenakkoord, dat op 16 mei 2024 is gepresenteerd, hebben PVV, VVD, NSC en BBB recht willen doen aan de verkiezingsuitslag. Met het akkoord ‘hoop, lef en trots’ leggen zij een basis voor de aanpak van de grote problemen van onze tijd.
Dit kabinet geeft in dit regeerprogramma een verdere uitwerking van dat hoofdlijnenakkoord. Het kabinet streeft er met dit programma naar om zo doelgericht en concreet mogelijk aan te geven hoe te komen tot oplossingen, tot gerichte maatregelen die tastbaar verschil maken in het leven van mensen. Dat vraagt om bevlogen pragmatisme, werklust en doelgerichtheid. Met dit regeerprogramma wil het kabinet Schoof aan de slag voor en met Nederland!
Financiële situatie
Dit doen we in een situatie waar de bomen niet meer tot in de hemel groeien. De krapte op de arbeidsmarkt kan de matige economische groei verder afremmen. De vergrijzing zorgt voor steeds meer overheidsuitgaven. De financiële middelen zijn beperkt en er moeten keuzes worden gemaakt. Gezonde en voorspelbare overheidsfinanciën zijn nu en in de toekomst van belang voor onze welvaart. In het hoofdlijnenakkoord zijn daarom afspraken gemaakt over solide financieel-economisch beleid. Hier houden we ons aan. Dit betekent ook dat, als het nodig is, bezuinigingen niet zijn uitgesloten.
Tegelijkertijd wil dit kabinet gedane beloftes aan de kiezer overeind houden. Zodat mensen meer te besteden hebben, bijvoorbeeld door gerichte lastenverlichting voor de werkende middeninkomens en de halvering van het eigen risico. Voor de financiële consequenties van het regeerprogramma is de Miljoenennota leidend, die tevens dient als startnota van het kabinet.
Kabinetsvisie: bevlogen pragmatisme
De overheid, elke overheid, is er voor de burger en niet andersom. Het is taak van de overheid om houvast en zekerheid te bieden en richting te geven. Maar het is ook onze taak om ruimte te laten voor eigen initiatief en het benutten van kansen. Het is de overtuiging van dit kabinet dat de overheid de kracht in de samenleving moet koesteren en aanjagen, niet inperken. Juist door een betrouwbare steunpilaar te zijn kan vertrouwen worden hersteld.
Door mensen te zien, hun problemen te zien en deze te benoemen. En door, wanneer de overheid hierin een rol heeft, te handelen. Of doorbraken te forceren op dossiers die al te lang stil liggen. Door te komen met uitvoerbaar beleid, samen met uitvoerders, gemeenten en provincies en waterschappen.
De echte helden van onze overheid zitten niet in Den Haag. En ze zitten vaak ook niet achter een bureau. Dit kabinet ziet de ongekende waarde van leerkrachten die eigenhandig dagelijks de toekomst van onze kinderen helpen vormgeven. De mensen in de zorg die onvermoeibaar het verschil maken en daarvoor álle bewondering en respect verdienen.
Dat geldt ook voor onze agenten, ambulancepersoneel, voor de vuilnisman en voor de brugwachter. Door hén te zien en ons te realiseren dat we als overheid ook ten dienste staan van deze mensen die ook onze overheid zijn, dragen we bij aan een samenleving die elke uitdaging aankan.
Een samenleving die staat voor waarden als vrijheid en gelijkheid, waarden die de basis vormen voor een tolerante en respectvolle omgang met elkaar, een samenleving waarin iedereen de kans krijgt om zich te ontplooien en waar je kunt zijn wie je bent. Maar ook een samenleving waar mensen opstaan als vrijheden onder druk komen te staan. Met een overheid die dan naast mensen staat en optreedt.
Want dit kabinet staat ook voor een samenleving waar de overheid streng en onverbiddelijk is richting diegenen die ánderen beperken in hun vrijheid, die Nederlandse waarden als vrijheid en gelijkheid met voeten treden en die onze samenleving minder veilig maken. Voor hen die zich niet aan de wet houden, die zich afkeren van onze samenleving, voor hen die kiezen voor een onverantwoorde en respectloze houding richting anderen geldt een harde aanpak.
Het kabinet gelooft dat het vinden van oplossingen voor problemen van mensen steeds het uitgangspunt van handelen dient te zijn. Dit doen we samen met de mensen waar we het voor doen. Daarvoor moeten we keuzes maken, soms zullen dat moeilijke en pijnlijke keuzes zijn. We kunnen niet alles van de ene op de andere dag oplossen, maar wel stapje voor stapje. We steken dus de handen uit de mouwen, en streven naar een werkwijze van bevlogen pragmatisme: gepassioneerd en enthousiast over aanpak en doel, maar ook realistisch en geconcentreerd op het streven naar resultaten. Dat is wat de kiezer van ons verlangt. En daar gaan wij ook mee aan de slag. Voor alle Nederlanders en alle inwoners van het Koninkrijk.
Bestaanszekerheid en wonen
Veel zorgen van mensen zijn terug te voeren op de behoefte aan houvast en zekerheid, en het uitgangspunt dat werken moet lonen. Het klinkt als de normaalste zaak van de wereld, en dat zou het ook moeten zijn: een vaste baan, brood op de plank en een dak boven je hoofd, voor jezelf en je kinderen.
Met gerichte maatregelen op het vlak van koopkracht en inkomenszekerheid draagt het kabinet daar aan bij. We versimpelen een groot aantal regelingen, die werken met ingewikkelde berekeningen en toekenning achteraf, en soms leiden tot onzekerheid, waar het sociale vangnet tot doel heeft om mensen te helpen. Veel mensen hebben nu problemen en kunnen niet wachten en daarom lossen we op korte termijn de grootste knelpunten en schrijnende situaties op. Daarnaast helpen we mensen om mee te doen op de arbeidsmarkt. Werk is de basis van bestaanszekerheid. We moeten zorgen dat wie kán, aan een baan komt of meer uur gaat werken. Want we hebben iedereen nodig, of het nu in de zorg of het onderwijs is. We willen dat meer mensen een vaste baan krijgen en komen met een wetsvoorstel voor meer werkzekerheid voor flexwerkers.
De krapte op de arbeidsmarkt is voor dit kabinet geen gegeven en verdient een actieve aanpak, deels door innovatie en deels door gerichte arbeidsmigratie. De Staatscommissie Demografie doet ook op dit vlak waardevolle aanbevelingen voor gematigde groei van de bevolking in Nederland en gerichte groei in Caribisch Nederland.
Het oplossen van de enorme woningnood is een van de prioriteiten van dit kabinet. Samen willen we 100.000 woningen per jaar bouwen. De voorbereidingen voor een grote Woontop eind dit jaar zijn al in volle gang. De uitkomst van deze top zijn afspraken tussen het Rijk, pensioenfondsen, woningcorporaties, gemeenten en provincies over hoe de woningbouw structureel te verhogen. Dat is nodig en dat gaan we dus gewoon doen.
Regie op ruimtelijke ordening
Nederland is een van de dichtstbevolkte en strakst ingerichte landen van Europa. De verschillende opgaven waar we als kabinet voor staan – wonen, energie, bereikbaarheid, landbouw, water en bodem, natuur, economie en defensie – hebben allemaal grote impact op de schaarse ruimte van ons land. Niet alles kan overal. Daarom komt het kabinet samen met medeoverheden en maatschappelijke partners met een Nota Ruimte. In deze Nota worden integrale en gebiedsgerichte ruimtelijke keuzes gemaakt voor nu en de toekomst. Daarbij heeft het kabinet extra oog voor de onderscheidende kracht van alle regio’s.
Asiel en migratie
Dit kabinet heeft de oproep van de kiezer om te komen tot een strenger asiel- en migratiebeleid goed verstaan. Nederland kan het grote aantallen migranten dat naar ons land komt niet blijven dragen. Het hoofdlijnenakkoord besteedt hier al aandacht aan. In het regeerprogramma krijgt dit verder vorm. Het terugdringen van wachtlijsten, het versoberen van opvang, maar ook een actieve inzet om door middel van internationale afspraken de instroom verder te beperken zijn onderdeel van een breed pakket aan maatregelen.
Maar we doen meer: extra inzet aan de grens, strenge controles tegen illegale migratie en mensensmokkel, het aanjagen van sneller vertrek door gedwongen terugkeer te bevorderen, en het niet meewerken aan terugkeer wordt strafbaar en er komt een versnelde procedure voor kansarme asielaanvragen.
Het beperken van de instroom begint bij de buitengrenzen en een effectieve Europese samenwerking om illegale migratie te voorkomen. De invoering van het Europese Asiel- en Migratiepact moet in de zomer van 2026 gereed zijn. Dit pact zal bijdragen aan het vereenvoudigen van de nationale asielprocedure en moet leiden tot grensversterking aan de randen van Europa.
Het kabinet wil veel van deze maatregelen zo snel mogelijk invoeren. Een tijdelijke asiel crisiswet gaat daarbij helpen, evenals het toepassen van uitzonderingsbepalingen op de vreemdelingenwet. Op die manier kunnen snel een aantal extra bevoegdheden en maatregelen worden ingezet die noodzakelijk zijn om de asielinstroom te beperken en de asiel- opvangcrisis te bestrijden.
Daarnaast zal het kabinet bij de Europese Commissie een opt-out aankondigen voor het Europees asiel- en migratiebeleid.
Arbeidsmigratie wil het kabinet beperken tot die migratie die echt meerwaarde heeft voor ons land. De uitwassen en het misbruik van arbeidsmigranten gaan we streng aanpakken.
Internationaal studeren blijft een groot goed, maar we willen de universiteiten in staat stellen om de excessen te beperken. Er zal weer meer Nederlands gesproken worden op Nederlandse universiteiten.
Toekomst voor agrarische sector
Ruimte voor ondernemerschap geldt natuurlijk ook voor onze boeren, tuinders en vissers. Deze ondernemers willen verantwoordelijk, natuurbewust, diervriendelijk en toekomstgericht ondernemen. Het is het streven van dit kabinet om dit samen met hen te doen! Ook met financiële steun: met een meerjarige investering in de agrarische sector voor innovatie en doelsturing, een brede opkoopregeling, realistisch natuurbeleid, mest, en visserij. Daarnaast zijn er elk jaar middelen beschikbaar voor agrarisch natuurbeheer door boeren. Omdat we willen sturen op de gemeten staat van de natuur wordt de natuurmonitoring versterkt en geïntensiveerd, mede in het kader van de Natuurherstelverordening en de verdere ontwikkelingen in het landelijk gebied. Het kabinet komt in 2025 met een integrale nationale voedselstrategie en zal zich op EU-niveau ook hard maken voor een Europese voedselstrategie.
Uiterlijk in 2026 ligt er een brede bedrijfs-beëindigingsregeling, maar we dwingen niemand te stoppen. We vechten voor het agrarische belang in Europa. En we doen dit steeds in gesprek met de sector en andere belanghebbenden in de keten.
Economie en ondernemingsklimaat
Een sterk ondernemersklimaat is voor onze economische slagkracht onontbeerlijk. Daarom wil dit kabinet ruimte maken voor innovatie en ondernemerschap en het verdienvermogen versterken. Ruimte om te ondernemen betekent ook gerichte lastenverlichting voor bijvoorbeeld het mkb en het verminderen van de regeldruk. We investeren actief in onderzoek en ontwikkeling en proberen zo onze internationale concurrentiepositie te verstevigen.
Dit kabinet heeft ambitie om weer tot de top 5 van meest concurrerende landen wereldwijd te horen. Dat vereist een lange adem, waarvoor we in deze kabinetsperiode de basis leggen. Via een pact Ondernemingsklimaat wil het kabinet het vertrouwen van ondernemers versterken. We geven ondernemers een stem en uiten onze waardering voor ondernemerschap. Het kabinet organiseert in dat kader dit najaar een ondernemingsklimaattop.
Groene groei, energie en klimaat
Onze huidige economische systemen kennen echter ook een keerzijde, de huidige toenemende vraag naar productie en consumptie is op korte termijn niet houdbaar. Daar zullen we dus écht op een nieuwe manier naar moeten kijken en ons de fundamentele vraag moeten stellen: welke economie willen we zijn? Slim klimaat-, energie- en industriebeleid is hierbij een voorbeeld, het betekent verduurzamen én het Nederlands verdienvermogen versterken. De hele wereld verduurzaamt, Nederland loopt voorop en daarmee biedt dit mondiale exportkansen voor Nederlandse bedrijven.
Om groene groei te realiseren en onze energieonafhankelijkheid te vergroten moeten we nú de juiste keuzes maken. Dit kabinet kiest er daarom voor om naast de voorgenomen bouw van 2 kerncentrales, 2 extra kerncentrales te bouwen. Daarnaast houden we vast aan de bestaande klimaat afspraken. Alleen als we de doelen niet halen, maken we alternatief beleid. Op deze manier kunnen we de planeet schoon doorgeven aan onze kinderen en volgende generaties.
Toegankelijke publieke voorzieningen | Onderwijs en zorg
De kwaliteit van ons onderwijs moet boven elke twijfel verheven zijn. Dat is het nu niet. Onderwijskwaliteit loopt al jaren achteruit, en basisvaardigheden zoals rekenen, lezen en schrijven komen steeds verder onder druk te staan. Steeds meer kinderen verlaten hun school met een taal en/of rekenachterstand. Het Herstelplan Kwaliteit Onderwijs dat nodig is om het tij te keren, is werk in uitvoering en moet begin volgend jaar bij de Tweede Kamer liggen.
Te veel mensen gaan niet naar de dokter of stellen zorg uit omdat ze opzien tegen de rekening. In een welvarend land als Nederland kan het niet zo zijn dat mensen om financiële redenen de zorg mijden. Daarom maakt dit kabinet werk van een gelijkwaardigere toegang tot zorg, door het eigen risico vanaf 2027 fors te verlagen tot 165 euro, met maximum van 50 euro per keer. De hiervoor benodigde wetgeving wordt voortvarend gestart. In 2025 en 2026 wordt het eigen risico al bevroren op het huidige bedrag van 385 euro. Daarnaast komt het kabinet in 2025 met een uitwerking van de besteding van de €600 miljoen voor betere ouderenzorg.
Zorg is mensenwerk. Patiënten hebben een stabiele intensieve zorgrelatie met hun specialist in streekziekenhuizen of in een dichtbij gelegen ziekenhuis in de stad,. Mede daarom is de insteek dat streekziekenhuizen behouden blijven. Dit kan onder andere doordat grote ziekenhuizen kleine ziekenhuizen meer gaan ondersteunen. Zo kunnen zij goede zorg blijven leveren en kunnen eenvoudigere operaties ook in het kleinere ziekenhuis worden uitgevoerd. Daardoor hoeven patiënten minder ver te reizen en is het voor specialisten aantrekkelijk om in het perifere ziekenhuis te blijven werken.
Een betrouwbare overheid, goed bestuur
Voor het vertrouwen van de burger in de overheid en de democratische rechtsstaat is cruciaal dat wetten deugen en uitvoerbaar zijn, en dat de overheid zelf de wetten naleeft en zich betrouwbaar toont. We sporen onevenredige hardheden op en pakken deze aan. Een fundamentele herbezinning is nodig: op welke wijze geeft de overheid de relatie met haar burgers vorm? Op welke wijze maakt de overheid die grote verantwoordelijkheid waar?
Dit kabinet presenteert daarom een agenda voor vernieuwing van de democratie, de rechtsstaat, het bestuur en de controle daarop. Doel is het versterken van het belang van de Grondwet en van de grondrechten, het verbeteren van ‘checks and balances’ in ons democratisch bestel, het versterken van rechtsstatelijke instituties en rechtsbeginselen en het functioneren van de (samenwerkende) overheden.
Tegelijkertijd mag een dergelijke bezinning en een visie voor de lange termijn ons er niet van weerhouden om nú concreet resultaat te boeken op de grote uitdagingen van deze tijd. De relatie tussen de overheid en de burger waar een deel van de samenleving zich lang niet gezien en vertegenwoordigd heeft gevoeld, kan alleen worden verbeterd met handelen vanuit de overheid. Dit geldt in het bijzonder voor de gedupeerde ouders en getroffen jongeren van de toeslagenaffaire en voor de mensen in Groningen en Noord-Drenthe die te maken hebben met de gevolgen van de gaswinning in Groningen.
Veiligheid, internationaal en nationaal
Nederland heeft een sterke internationale oriëntatie en reputatie. Actuele geopolitieke ontwikkelingen en toenemende onrust en instabiliteit in de wereld hebben rechtstreeks effect op ons land.
De agressieoorlog tegen Oekraïne, crisissituatie in het Midden-Oosten of de buitenlandse beïnvloeding vanuit bijvoorbeeld Rusland: het zijn allemaal zaken die Nederlandse belangen raken met risico’s voor onze fysieke, digitale en economische veiligheid. Daarom is het beleid op onze internationale én nationale veiligheid steeds nauwer verweven. Juist omdat instabiliteit over de grens onze nationale veiligheid beïnvloedt, is een realistisch, actief en assertief buitenlandbeleid en defensiebeleid nodig om onze weerbaarheid te vergroten en stabiliteit in kwetsbare landen te bevorderen. Door een betrouwbare partner te zijn binnen de Europese Unie en de NAVO maar ook door daarnaast andere strategische partnerschappen aan te gaan en de internationale rechtsorde te verstreken. Internationale samenwerking (bijvoorbeeld op het vlak van migratie) maakt groot verschil binnen onze landsgrenzen.
Dit kabinet blijft samen met de EU- en NAVO-bondgenoten Oekraïne onverminderd steunen. Doordat vrede en veiligheid in Europa niet meer vanzelfsprekend zijn, moeten Nederland en onze bondgenoten zich beter beschermen door nóg alerter, beter bewapend en beter voorbereid te zijn. Het vergroten van onze weerbaarheid vraagt een stevig en slagvaardig defensieapparaat en dat kan niet zonder investeringen. De budgettaire ondergrens van 2% van het bbp wordt dan ook wettelijk vastgelegd.
Waar contacten tussen landen, mensen en bedrijven toenemen ontstaan kansen voor Nederland die het kabinet wil aangrijpen. Ons ambassadenetwerk vervult een onmisbare rol in de dienstverlening aan Nederlanders en Nederlandse bedrijven in het buitenland. Onze internationale positie op economisch vlak verdient actieve ondersteuning. Als Nederland verdienen we veel van onze euro’s over de grens. Dit kabinet voert een positieve agenda op het vlak van buitenlandse handel en vergroot daarmee het verdienvermogen, wat ook weer bijdraagt aan het vergroten van onze nationale veiligheid en weerbaarheid en de bestaanszekerheid van Nederlanders.
Veiligheid gaat ook over maatschappelijke weerbaarheid: het vermogen van een samenleving om zich te verweren tegen ontwrichting en ondermijning. Deze weerbaarheid vraagt van ons dat we onze vrijheden bewaken, en dat we kiezen voor saamhorigheid in plaats van polarisatie, en dat we stáán voor onze democratische rechtsstaat.
Inlichtingen, handhaving, opsporing en berechting zijn daarbij onontbeerlijk. Politie en justitie gelden meer dan ooit als bewaker van onze vrijheid. Het kabinet stelt daarom structureel middelen beschikbaar voor het beschermen van de nationale veiligheid, de aanpak van de georganiseerde criminaliteit en meer slagkracht voor de politie.
Europese agenda
Europa draagt bij aan onze veiligheid en welvaart. Onze nationale belangen staan daarbij voorop. Nederland heeft dus baat bij een sterke Europese Unie, bijvoorbeeld als het gaat om beperken van de migratie.
Tegelijkertijd moet Europese wetgeving niet verder gaan dan strikt noodzakelijk. Wat betreft dit kabinet komen er geen nieuwe nationale koppen op Europees beleid. In aanvulling op het hoofdlijnenakkoord, kijkt het kabinet – naast landbouw – naar welke andere bestaande nationale koppen kunnen worden geschrapt, uiteraard met behoud van doelbereik en met oog voor de consequenties ervan. Uitgangspunt daarbij is het verminderen van lasten en regeldruk voor ondernemers, zodat ruimte ontstaat voor innovaties die kunnen bijdragen aan een duurzamere toekomst.
Tot slot
Bij de uitwerking van dit regeerprogramma in concrete voorstellen tot wet- en regelgeving wordt scherp getoetst op verenigbaarheid met de Grondwet, het Europese en internationale recht en beginselen. Voor sommige oplossingen is geen nieuw beleid nodig. Maar is dit wél zo, dan komt nieuw beleid tot stand met oog voor haalbaarheid en uitvoerbaarheid.
Dat doen wij samen met provincies, gemeenten, waterschappen en de publieke dienstverleners, die zelf als overheid als hebben aangegeven naar voren te willen stappen. Maar eerst en vooral doen we het met de samenleving. Dit kabinet wil investeren in contact met hen die daadwerkelijk de gevolgen van het beleid ondervinden. Daartoe gaat dit kabinet in gesprek. En in gesprek gaan betekent ook luisteren.
In het debat over de regeringsverklaring hebben we als kabinet de hand uitgestoken naar de hele Tweede Kamer. En dat zal het kabinet ook richting de Eerste Kamer doen! We hebben in de Tweede Kamer de hoop uitgesproken om samen op zoek te gaan naar breed gedragen oplossingen. Het extraparlementaire karakter van dit kabinet biedt ook een uitgelezen kans om de kracht en de kwaliteit van die oplossingen samen met het parlement vorm te geven. Want hoe groot de meningsverschillen ook zijn, we zullen oplossingen moeten vinden voor de grote uitdagingen van deze tijd. Het is de hoop van het kabinet dat die oplossingen onderwerp van de debat zullen zijn en dat we samen het verschil kunnen maken.
Bekijk de andere hoofdstukken uit het regeerprogramma.