Rede van Fryslân door minister Brekelmans

Minister Brekelmans (Defensie) spreekt de Rede van Fryslân uit. Op donderdag 5 december deelt hij in de Statenzaal van het Provinciehuis in Leeuwarden zijn visie over vrede en veiligheid, vanuit Nederlands perspectief in het algemeen en Fryslân in het bijzonder.

Rju achte Kommissaris, boargemaster, kolleezjeleden, staeteleden, bêste oanwêzigen en sjoggers fan de livestream, goeiemoarn.

Tank foar de útnoeging om hjir hjoed wêze te meien.

Moai dat jimme der allegearre binne.

Zo, voor mij als Brabander was dit niet eenvoudig.

Met uw welnemen schakel ik toch graag over op het Nederlands.

Dank dus, zei ik, voor de uitnodiging om hier vandaag te mogen spreken.
In uw mooie provincie.
Goed dat u er allemaal bent.

Vanochtend vroeg was ik al bij de Vliegbasis Leeuwarden.
Een machtige plek, vanwaar in februari ‘22 direct na de Russische invasie in Oekraïne F-35’s opstegen om het NAVO-luchtruim te verdedigen.
De plek, vanwaar onze luchtmacht bij toerbeurt 24/7 het luchtruim van de Benelux bewaakt.
De plek ook, vanwaar we onbemande vliegtuigen besturen die bij nacht en ontij de oostflank in de gaten houden.
Ontzettend belangrijk om in het huidige tijdsgewricht onze veiligheid te garanderen.

En ja, ik ken ook het geluid.
Dus ik begrijp ook de zorgen die hier leven en de demonstratie hier voor het Provinciehuis.
Ik zal daar vandaag ook op ingaan.

Dames en heren,

Bij binnenkomst in het Provinciehuis passeerde ik zojuist een bronzen plaquette.
En ik vind het mooi daar even bij stil te staan.

In het reliëf staan twee familiewapens afgebeeld, plus de gemeentewapens van Wymbritseradiel en Utingeradeel, en twee Nederlandse leeuwen.

Daarbij 2 namen van Friese burgemeesters die in de Tweede Wereldoorlog in verzet kwamen en dat met hun leven bekochten:

  • Mr. P.M. Van Baerdt van Sminia, burgemeester van Utingeradeel, en
  • Mr. S.M. Van Haersma Buma, burgemeester van Wymbritseradiel.

Die laatste was de opa van de huidige burgemeester van Leeuwarden, de heer Sybrand van Haersma Buma.
Hij richtte in de oorlog het Legioen Oud-Frontstrijders op, een verzetsorganisatie van voormalig militairen.

Op 3 februari 1941 belegden de Duitsers een bijeenkomst in Leeuwarden, waarbij alle burgemeesters en politiechefs aanwezig moesten zijn.
Burgemeester Van Haersma Buma droeg op dat moment een uitgezaagd dubbeltje op zijn revers – een zogenoemd ‘koninginnekopje’.

Het kwam hem duur te staan.
Hij werd gearresteerd en uit het burgemeestersambt ontheven.
Kort daarna werd hij via het ‘Oranje Hotel’ in Scheveningen overgebracht naar Kamp Amersfoort en vervolgens op transport gezet naar concentratiekamp Neuengamme, waar hij op 1 december 1942 overleed.

Zoals de heer Buma zijn er veel heldenverhalen van mensen die het hoogste offer brachten voor onze vrijheid.
Wij kunnen deze offers herdenken, omdat in de Tweede Wereldoorlog vrijheid in Europa overwon.

Dat geldt evenzeer voor de Koude Oorlog.
Ook deze oorlog heeft in de wereld vele offers gevraagd, maar ook hier waren het vrijheid en democratie die overwonnen.

En dat, dames en heren, brengt me terug naar het heden.
Want vandaag staan de vrijheid en democratie in Europa opnieuw onder druk.

Rusland heeft in Europa een agressieoorlog ontketend die al bijna drie jaar duurt.

En Rusland is die oorlog op dit moment aan het winnen.
Als Oekraïne vanuit een zwakke positie wordt gedwongen over een vredesdeal te onderhandelen, dan zal Zelensky grote concessies moeten doen.
En dan is na meer dan drie jaar oorlog in Oekraïne de conclusie dat agressie in Europa overwint.

Dat was niet de uitkomst van de Tweede Wereldoorlog, niet de uitkomst van de Koude Oorlog, maar straks mogelijk wel de uitkomst van de oorlog in Oekraïne.
En we moeten beseffen hoe gevaarlijk dat is.
Wat dat betekent.
We leven dan echt in een ander Europa dan voorheen.
Onze kinderen en kleinkinderen groeien dan op in een ander Europa dan wij.

Want zo’n afloop zal in de toekomst meer agressie en oorlog uitlokken.
Niet alleen in Oekraïne, maar ook op andere plekken in de wereld. 

Als agressie in Europa overwint, kan dat China aanmoedigen tot meer agressie tegen Taiwan.
Als agressie in Europa overwint, kan dat Iran aanmoedigen tot meer agressie in het Midden-Oosten.
China, Rusland, Iran en Noord-Korea weten dan dat als je agressie maar lang genoeg volhoudt, het westen na ongeveer drie jaar door de knieën gaat.
Dat is dan het uithoudingsvermogen van de democratische cyclus.

Dag mag niet de uitkomst zijn van meer dan drie jaar grootschalige oorlog.
Agressie in Europa mag nooit meer overwinnen.

We hebben uit de Tweede Wereldoorlog nog een andere les getrokken: het risico van appeasement, ofwel: schijnvrede.
Na 3 jaar grootschalige oorlog snakken mensen naar vrede.
In Oekraïne, maar ook in andere landen in Europa.
Ook bij ons.

Mensen denken: laat ze alsjeblieft vrede sluiten, dan is alle ellende en escalatie voorbij.
Zelf ben ik sinds februari 2022 vier keer in Oekraine gezien en heb al het leed van dichtbij gezien en gevoeld. 
Ik begrijp die wens van veel mensen daarom heel goed, maar dat is helaas niet de realiteit.

Als Oekraïne en Rusland nu een staakt-het-vuren of zelfs vredesbestand overeenkomen, hebben we 2 problemen.

In de 1e plaats: wie gaat dat vredesbestand handhaven?
Welke veiligheidsgaranties horen daarbij?
Wie gaat die leveren?
Dat is nog volledig onduidelijk.
Het gesprek daarover komt internationaal pas net op gang.
Zonder geloofwaardige veiligheidsgaranties, is ieder vredesbestand met Rusland op voorhand een dode letter.
Al heel snel zal Rusland dit gaan testen.
En proberen weer nieuwe stukken van Oekraine afhandig te maken.

In de 2e plaats stelt een vredesbestand Rusland in staat zijn aandacht te verleggen van Oekraïne naar het grensgebied met de NAVO.
Mogelijk gaan dan honderdduizenden Russische troepen naar de grens met Estland, Letland, Litouwen of Polen.

Eerder deze week was ik op bezoek bij mijn Estse collega, en hij kon mij precies aanwijzen waar op de kaart die Russische troepen zullen worden gestationeerd.
Vele tienduizenden of zelfs honderdduizenden militairen, die zogenaamd onschuldige oefeningen doen. 
Denk je eens in wat dat betekent voor het veiligheidsgevoel in die landen.

Verwacht ik dat Rusland dat allemaal gaat doen?
Ja. Helaas wel.
We zien dat hun militaire productie alleen maar stijgt.
Alle prognoses voor de komende jaren laten een stijgende lijn zien.
Waarom zou dat zijn denkt u?

Poetins doelen en ambities reiken verder dan het huidige veroverde gebied in Oekraïne.
Hij heeft niet voor niks pogingen gedaan om steden als Charkiv, Odessa en zelfs Kyiv te veroveren.
En als hij spreekt over de Russkiy Mir, de Russische wereld, dan horen daar ook de Baltische Staten bij, volwaardig lid van de EU en de NAVO.

Daarnaast probeert Rusland dagelijks het westen te destabiliseren en onze samenlevingen te ondermijnen.

Dat is géén ver-van-mijn-bed-show.
Ook ónze veiligheid staat op het spel.
In Nederland en dus ook hier in Fryslân.

Want we lijken hier in vrede te leven, maar in feite is dat niet meer zo.
We bevinden ons in een ‘grijze zone’.
Er is geen oorlog, maar ook geen vrede.

Bijna dagelijks zijn er incidenten die onze veiligheid bedreigen.
Denk aan de cyberaanvallen op Nederlandse ziekenhuizen, havens en universiteiten.
Denk aan de spionage en voorbereidingen op sabotage op zee. 
Rusland brengt stiekem onze internetkabels, gasleidingen en windmolenparken in de Noordzee in kaart; ook hier in Harlingen legde de douane begin dit jaar een Russisch schip aan de ketting.

China plaatste actieve malware op een computernetwerk van Defensie.
En zowel Rusland als China zijn zeer bedreven in het verspreiden van desinformatie via sociale media: een onzichtbaar, maar uiterst effectief wapen om onze samenleving uit elkaar te spelen.

Het is als een man met een bivakmuts die ’s nachts door uw tuin sluipt.
Hij maakt foto’s van uw huis.
Hij rommelt in uw vuilnisbak, op zoek naar informatie.
Hij sluit u een uurtje van het internet af en hackt uw Google-account.

Iedereen die dit zou meemaken, weet: dit is niet zomaar een nieuwsgierige buurman.
Deze persoon is iets van plan.

Duitsland vond explosieven bij een NAVO-pijpleiding in Bellheim.
In het grootste winkelcentrum van Polen woedde een onverklaarbare brand.
We zagen doodskisten onder de Eiffeltoren.
En twee weken geleden werden in de Oostzee tussen Finland en Duitsland twee onderzeese internetkabels doorgesneden.

Op alle fronten is duidelijk: geweld komt steeds dichterbij.
Er is sprake van een permanente dreiging, waartegen wij ons moeten wapenen.
Letterlijk en figuurlijk.
En dat doen we.

Bij de start van dit kabinet hebben we voor Defensie direct een nieuwe koers uitgezet, en daarin een aantal strategische keuzes gemaakt.
Gedwongen door de omstandigheden gaat Defensie terug naar de kern.
En dat is: Nederland en onze bondgenoten beschermen – onze mensen, onze infrastructuur, onze vrije manier van leven.

Met investeringen oplopend tot 24 miljard euro bouwt Defensie aan een sterke en slimme krijgsmacht die goed samenwerkt met onze bondgenoten.

Hiermee levert Nederland een grotere bijdrage aan onze gezamenlijke verdediging via de NAVO.

Een sterke NAVO schrikt af en houdt oorlog buiten de deur.

En mocht die afschrikking onverhoopt niet werken, dan is de reallitet dat onze krijgsmacht klaar moet zijn om te vechten en dat ook vol te kunnen houden.

In het versterken van de krijgsmacht lopen we tegen diverse belemmeringen aan.

Een belangrijke beperking is de capaciteit van de industrie.

Defensie-bedrijven zijn op dit moment onvoldoende in staat om snel alle spullen te leveren die we nodig hebben.

Dit geldt voor wapensystemen, munitie, reserve-onderdelen: in feite vrijwel alles.

Als wij Oekraine onverminderd willen steunen, onze krijgsmacht willen versterken en onze vijanden structureel willen afschrikken, dan moet de productiecapaciteit van de defensie-industrie omhoog – in Europa, maar ook in Nederland.

Daarom investeert dit kabinet voor fors in industrie en innovatie.

Bovenop alle aankopen die wij doen is dat 150 miljoen per jaar, meer dan een miljard in een periode van 7 jaar.

Zodat nu en in de toekomst moeten onze mannen en vrouwen over genoeg van de juiste wapens, voertuigen, technologieën en systemen beschikken.

Alleen zo blijven we onze vijand een stap voor.

Want, dames en heren, dat is in alle opzichten nodig.

We moeten ons realiseren dat als Poetin na Oekraïne een buurland binnenvalt dat bij de NAVO hoort, dan zijn wij ervan.

Dan moet ook Nederland het NAVO-grondgebied verdedigen.

Ons lidmaatschap van de NAVO geeft Nederland bescherming, maar ook een verantwoordelijkheid.

Een aanval op één is een aanval op allen.

Bij Defensie werken we nu daarom dag en nacht aan de noodzakelijke plannen, investeringen, voorbereidingen en oefeningen om hierop voorbereid te zijn.

Dit vraagt veel van iedere eenheid, ieder team en iedere individuele defensiemedewerker.

Van een periode van decennialang bezuinigen en focus op tijdelijke missies ver weg in de wereld, moeten we nu in hele korte de omslag maken naar snelle groei en de permanente verdediging van het NAVO-grondgebied.

Dat gaat niet binnen een dag, week of maand, maar door de toenemende dreiging vanuit Rusland hebben we niet veel tijd.

De urgentie is hoog.

En zo voelen al onze mensen bij Defensie dat.

Maar Defensie kan het niet alleen.

De verantwoordelijkheid voor vrede rust niet alleen op schouders in uniform.

En dan kom ik bij u.

Nu de dreiging toeneemt en Defensie zich voorbereidt, stellen we iedereen de vraag: wat kunt ú doen om onze weerbaarheid te vergroten?

In tijden van vrede is de vraag wat de krijgsmacht voor de samenleving kan doen, in tijden van oorlog is de vraag wat de samenleving voor de krijgsmacht kan doen.

En omdat we in de grijze zone tussen oorlog en vrede zitten, stellen we iedereen de vraag:

Wat kunt u doen als bestuurder, als politicus, als ondernemer of vertegenwoordiger van een maatschappelijke organisatie?

Wat kunt u doen als burger?

Laat ik voorop stellen dat u hier in Fryslân al ontzettend veel doet.

Fryslân speelt een sleutelrol in het bewaken van de vrede en veiligheid in Nederland en Europa.

Ik zei het al: vanuit hier stegen de F-35’s op, om na de grootschalige Russische invasie in Oekraïne het NAVO-luchtruim te verdedigen. 

Vanuit hier, een grondstation in Leeuwarden, besturen we onbemande vliegtuigen die dag-in dag-uit inlichtingen vergaren langs de oostflank.

Vanuit hier beschermen we het luchtruim van de Benelux.

Hier vindt jaarlijks met Frisian Flag één van Europa’s grootste luchtmachtoefeningen plaats.

Vanuit hier bevoorraden we de krijgsmacht met medische hulpmiddelen, zorgen we voor militaire satellietcommunicatie en trainen onze mariniers voor amfibische landingen.

Het is nog maar een greep uit de vele defensieactiviteiten in Leeuwarden, Heerenveen, Burum, Vlieland en de kerosine-opslag bij Deinum.

Een Fries is van nature trots op zijn dierbare ‘heitelân’.

U kunt met recht trots zijn op de Friese bijdrage aan Defensie.

Maar de toenemende onveiligheid in de wereld vraagt ons verder op te schalen.

De krijgsmacht moet groeien – in menskracht, in middelen en wapensystemen, maar ook in ruimte.

Dat geldt vrijwel overal, óók hier in Fryslân.

Willen we voorkomen dat oorlog zich verplaatst van de voorpagina’s naar onze voortuin, dan betekent dit iets voor uw en mijn achtertuin.

De staatssecretaris van Defensie, Gijs Tuinman, heeft daarom per provincie de uitbreidingsmogelijkheden in kaart gebracht.

U weet als geen ander welke opties daarbij voor Fryslân op tafel liggen. 

Plannen met een positieve economische impact – laat ik dat eerst zeggen.

Defensie heeft op dit moment 1310 arbeidsplaatsen in Fryslân en dat aantal zal groeien, evenals de indirecte werkgelegenheid in bijvoorbeeld logistieke ondersteuning, voeding en technische diensten.

De komst van extra bedrijvigheid in Fryslân kan gemeenschappen versterken en regio’s met weinig inwoners nieuwe kansen bieden.

Maar ik begrijp natuurlijk óók de grote impact van eventuele uitbreidingen op uw leefomgeving.

De F-35 maakt een significant ander geluid dan de F-16.

We willen hierin zorgvuldige afwegingen maken, en dit proces transparant zijn en iedereen meenemen.

Het positieve is dat we mensen daarom vanaf het begin betrekken, de keerzijde daarvan is dat mensen wachten in onzekerheid.

Het wachten in onzekerheid brengt veel onrust in de mienskip.

Ik verzeker u dat Defensie de omgeving na besluitvorming zo snel als mogelijk informeert.

Ook voor de asielopvang naast de vliegbasis zoeken we samen een passende oplossing.

Defensie beschermt wat ons dierbaar is.

Naast onze vrijheid en veiligheid, is de welzijn van omwonenden ons ook dierbaar

Daarom proberen we altijd – in wederzijds overleg – de negatieve impact van defensieactiviteiten zoveel mogelijk te beperken.

Ook de natuur is één van de dingen die Friesland zo mooi maakt.

En omdat we moeten beschermen wat ons dierbaar is, vraagt dat om het vinden van een balans

En dat doen we samen.

Om het gesprek te voeren organiseerde Defensie het afgelopen halfjaar vijf informatieavonden: op Vlieland, twee in Leeuwarden, in Munnekezijl en in Joure.

De avonden waren drukbezocht.

En het is begrijpelijk dat de emoties hier en daar hoog opliepen.

Maar tegelijk viel ook uw constructieve houding op.

Veel Friezen dragen Defensie een warm hart toe.

De zichtbare aanwezigheid van de luchtmacht en het oefenterrein draagt van oudsher bij aan een bovengemiddeld respect voor Defensie en de krijgsmacht.

Defensie is hier vaak een familieberoep – van generatie op generatie.

Op informatieavonden ervaren we bij de bereidheid om mee te denken en te zoeken naar oplossingen.

Juist daarom is het zo belangrijk dat we met elkaar in gesprek blijven.

Want het is niet zwart-wit.

Er zijn middenwegen en win-win situaties.

Neem het radarstation van Defensie in Wier.

Na 40 jaar trouwe dienst vervingen we de oude radar in 2020 voor de moderne Smart-L radar van Thales.

Helaas zorgde die voor overlast.

Omwonenden hadden last van het geluid, maar meldden ook storingen in de wifi, lampen en televisies.

Na gesprekken met omwonenden heeft Defensie dit jaar een koepel over de radar geplaatst en op aangeven van dorpsbewoner Hans Blanksma de aandrijving aangepast.

Daardoor voldoet de radar nu aan de geluidsnormen.

De situatie is aangepakt, er is naar mensen geluisterd en dat is goed geweest.

In overleg komen we tot betere oplossingen.

Daarmee kom ik terug op mijn hoofdvraag van deze ochtend: nu de dreiging richting Nederland en onze bondgenoten toeneemt en Defensie zich voorbereidt, wat kunt ú doen?

Naast het meedenken en meehelpen met het vinden van ruimte voor Defensie, wil ik ook ondernemers direct aanspreken.

Ook ú bent nodig om Nederland veilig te houden.

Het Friese bedrijfsleven is al actief op het gebied van drones en onbemande luchtvaartsystemen.

De dronehaven in Heerenveen bijvoorbeeld fungeert als testlocatie voor bedrijven die technologie en veiligheidstoepassingen voor Defensie ontwikkelen.

Op en rond de vliegbasis investeren we in partnerschappen met technologiebedrijven die simulatie- en trainingssoftware voor de F-35 ontwikkelen.

Zodat vliegers kunnen trainen zonder fysieke vluchten, waardoor de omgeving minder wordt belast. 

Innovatiecluster Drachten werkt aan oplossingen zoals sensortechnologie en robotica.

En uiteraard speelt Fryslân van oudsher een rol in de marinebouw.

We zoeken daarnaast nieuwe vormen van regionale samenwerking tussen ondernemers, kennisinstellingen en overheid.

Nieuwe ‘ecosystemen’ zoals dat heet, die samen de Gouden Driehoek vormen die nodig is om onze tegenstanders steeds een stap vóór te blijven.

Defensie heeft ook in Fryslân samenwerkingsverbanden met technische hogescholen en mbo-opleidingen.

Het is goed om te zien dat daarvan ook een aantal studenten en leerlingen hier in de zaal zitten!

Te herkennen aan het uniform.

Ik ben blij dat jullie er zijn, want jullie zijn voor ons essentieel.

Defensie moet groeien en voor een belangrijk deel zit dat in: mensen.

Mensen vormen het hart van Defensie, maar ook het hoofd en de spierkracht.

Het draait om mensen zoals jullie: jongeren die de keus maken op te staan voor Nederland en een stap naar voren te zetten voor onze veiligheid.

Een beroep met een missie.

Om diezelfde reden breidt mijn collega staatssecretaris Tuinman het vrijwillige Dienjaar uit.

In de eerste lichting deden vorig jaar 136 jongeren mee, waarvan meer dan 70% bij Defensie bleef werken.

Afgelopen oktober is de tweede lichting gestart en in 2024 kwamen al meer dan 4.000 nieuwe aanmeldingen binnen.

Gelukkig is het animo om bij Defensie te werken hoog. 

En nee, als het aan mij ligt, keert de opkomstplicht voor de militaire dienst niet terug.

Nederlanders hebben een eigenwijs karakter. Zodra we iets moeten, gaan we in de weerstand. Maar als we zelf keuzes kunnen maken en gemotiveerd zijn, dan gaan we er ook voor.

Bovendien hebben we in Nederland een efficiënt, flexibel en goed getraind beroepsleger.

Nu al is een van onze grootste opgaven om alle startende militairen, reservisten en dienjaarders goed op te leiden en de juiste plek te geven in onze organisatie. Nog grotere aantallen zouden we niet aankunnen.

We zijn als krijgsmacht gediend bij gemotiveerde mensen die er bewust voor kiezen te werken aan een veilig Nederland.

Wat kunt ú doen…?

Dus ook dat: een opleiding kiezen tot militair of burgermedewerker bij Defensie.

Zelf reservist worden of stimuleren dat mensen om u heen dat doen.

Want het gevecht gaat lang niet meer alleen over kruit en kogels.

Het gaat ook over psychologie, data en cyberstrategieën, over robotica en geneeskunde. 

Elke studie en elke ervaring kan een ijzersterke bijdrage leveren aan een veiliger Nederland.

We hebben jullie allemaal nodig.

En dan is er nog dat andere aspect van onszelf ‘wapenen’ tegen de vijand: en dat is onze maatschappelijke weerbaarheid.

Ik zei al: we leven in een grijze zone. 

Er is oorlog en agressie in Europa en de kans dat ook wij in Nederland te maken krijgen met een grootschalig incident, is reëel.

Sabotage van infrastructuur kan onze samenleving hard raken.

Een langdurige internet- of stroomstoring bijvoorbeeld.

Dan rijden er geen treinen, kun je niet pinnen, kunnen leraren moeilijker lesgeven, moet de zorg draaien op noodvoorzieningen en bederft de voedselvoorraad in de koeling.

Thuis, in de winkels en in distributiecentra.

Gaat het mis op de oostflank en raakt de NAVO betrokken, dan is Nederland bovendien een belangrijk doorvoerland voor NAVO-militairen en militair materieel. Via onze grote havens in Rotterdam, Vlissingen en hier in het noorden de Eemshaven, komen dan spullen binnen uit bijvoorbeeld de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en Canada.

Die moeten via ons spoor en onze wegen verder Europa in.

En dan komt het erop aan.

Blijft onze samenleving dan draaien?

Zonder elektriciteit of internet: zijn we dan nog vriendelijk tegen elkaar of überhaupt bereikbaar?

Of vervallen we in chaos, plunderingen, verkeersopstoppingen en grote sociale onrust, en gebeurt er precies wat onze vijand wil?

Om de samenleving draaiende te houden en de NAVO het gevecht te kunnen laten winnen, is het belangrijk dat we weerbaar zijn.

Overheden, bedrijven, burgers.

Dat we hebben nagedacht over wat er kan gebeuren en wat dan de gevolgen zijn.

Wat is de impact als belangrijke voorzieningen uitvallen?

Welke voorbereidingen kunt we treffen om het een tijdje uit te houden, met gezin, huisgenoten, de organisatie waarvoor u werkt?

Iedereen doet er goed aan daar proactief mee bezig te zijn, zodat we voorbereid zijn als het nodig is.

Zeker de bestuurders hier in de zaal wil ik daartoe oproepen: hoe weerbaar is uw provincie, uw gemeente, uw sector?

Maar ook bedrijven: kunt ú verder produceren of uw diensten blijven verlenen als de elektriciteit uitvalt, of het internet?

Heeft uw bedrijf dan een back-up?

Het is enorm belangrijk om dit soort scenario’s te doordenken, met elkaar te oefenen, te simuleren.

Ik weet dat sommige gemeenten en veiligheidsregio’s dit al hebben gedaan, en daar ontzettend veel van leren.

We zijn sommige dingen zo vanzelfsprekend gaan vinden, dat we ons niet realiseren dat we er 100% van afhankelijk zijn.

Daarom raad ik iedereen aan om dit soort crisisscenario’s te simuleren.

Op de website denkvooruit.nl staan hulpmiddelen om te bepalen of u er klaar voor bent.  

Van GPS en mobiele telefonie tot zorg, transport, waterveiligheid en betalingsverkeer

Ook als kabinet besteden wij veel aandacht aan het thema weerbaarheid.

Nog dit jaar verschijnt de kabinetsbrede brief voor een weerbare samenleving tegen militaire en hybride dreigingen.

Daarin brengen we de opdracht in de volle breedte kaart – voor het kabinet, voor medeoverheden, voor bedrijven en burgers.

In de loop van het voorjaar zullen we met concrete maatregelen en acties die aanvullend nodig zijn op al datgene wat we al doen.

Want door samen goed voorbereid te zijn kan Nederland de gevolgen beter aan.

Een weerbare samenleving en een krijgsmacht die paraat staat schrikt tegenstanders af.

Zodat deze vervelende scenario’s zich hopelijk niet zullen voortdoen. 

Dames en heren,

We zijn hier in de prachtige Statenzaal van het Provinciehuis in Leeuwarden.

Hier beneden: de arena van de hedendaagse Friese politiek.

Daar boven, op de gebrandschilderde ramen: fragmenten van de rijke historie en de unieke identiteit van deze provincie.

Elk raam met een eigen verhaal.

Het doet me denken aan Pier Gerlofs Donia.

Oftewel: Grutte Pier, de legendarische Friese vrijheidsstrijder.

In de vroege 16e eeuw vocht hij als een leeuw voor de Friese onafhankelijkheid en vrijheid.

Eerder al boden de Friezen, als enige, weerstand tegen de Romeinen.

Het is diezelfde vastberadenheid die we vandaag nodig hebben om Oekraïne te blijven steunen en te zorgen dat agressie in Europa niet loont.

Om onze vrije samenleving, onze democratische rechtsstaat en onze manier van leven te beschermen, kunnen en mogen we niet naïef zijn.

Dat, dames en heren, is wat u kunt doen.

Om het in het Fries te zeggen:

‘Mei elkoar, foar elkoar.’

Zoals hier in deze mooie Statenzaal naast mij te lezen valt:

‘Concordia res parvae crescunt’

Eendracht maakt macht.

We hebben geen tijd te verliezen. 

Tankewol.