Toespraak minister-president Schoof bij Algemene Vergadering van de Verenigde Naties in New York

Meneer de president,
Excellenties,
Dames en heren,

Voor u staat een trotse nieuwe deelnemer aan een voor velen van u vertrouwde bijeenkomst.

Die zin weerspiegelt voor mijn gevoel niet alleen mijn eigen rol, maar vooral de essentie van de VN. Ieder van ons is hier maar tijdelijk. Soms lang, soms kort, maar altijd in ons eigen tijdsgewricht.

Ook vandaag geven we vorm aan die lange traditie. Ook nu komen we samen om te werken aan doelen die groter zijn en verder reiken dan wijzelf op dit moment kunnen realiseren. Ook nu houdt ieder van ons de koers. En na ons geven we de opdracht door aan de volgende generatie.

Dat betekent niet dat onze weg altijd duidelijk is en we onze koers nooit hoeven aan te passen. Integendeel. Onze wereld verandert snel. En helaas op sommige punten niet ten goede.

Oorlog en conflict op zoveel plekken. Klimaatverandering, waarvan de gevolgen steeds duidelijker merkbaar worden. En digitale dreigingen die we tot een paar jaar geleden voor ondenkbaar hadden gehouden.

Vergroot afbeelding Minister-president Schoof spreekt de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties toe.
Beeld: ©ANP / Pamela Smith
Minister-president Schoof spreekt de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties toe.

Precies dat laatste, anticiperen op een onbekende toekomst, is waar ik het vandaag over wil hebben. En ik zeg u meteen: hoewel de problemen van onze tijd misschien nieuw zijn, is mijn boodschap dat niet. De Romeinen wisten het meer dan 2000 jaar geleden al, toen Cicero schreef:

Het is de verantwoordelijkheid van iedere staatsman om in zijn verbeelding een beeld van de toekomst te scheppen met alle toevalligheden die zich zouden kunnen voordoen. Zowel gelukkige als ongelukkige. Maar laat het nooit zover komen dat je moet zeggen: daar heb ik nooit aan gedacht.

Natuurlijk laat de toekomst zich niet zo eenvoudig voorspellen. En ik denk ook niet dat dát is wat Cicero bedoelde.

Wat ik wél denk, is dat Cicero ons opriep om verantwoordelijkheid te nemen. Een verantwoordelijkheid die verder reikt dan alleen de scenario’s die we graag zouden willen. Verder dan onze landsgrenzen. En bovenal: verder dan wat alleen op korte termijn mogelijk is.

Het lijkt haast onmogelijk. Maar het is hier, op deze plek, dat we wel beter weten.

De geschiedenis van de VN laat ons steeds weer zien wat er mogelijk is als we onze krachten bundelen en volhouden. Zonder de VN waren er geen klimaatakkoorden. Geen ontwapeningsverdragen. Geen ontwikkelingsdoelen of internationale gerechtshoven.

We komen van ver. En we kunnen nog veel verder. Door in deze onvoorspelbare wereld onze kracht te vinden in onze voorspelbaarheid. Door terug te keren naar de basis van waaruit we vertrokken zijn: een gedeeld besef van verantwoordelijkheid.

Om die basis te behouden, zullen we onszelf moeten versterken en verbeteren. Bijvoorbeeld door stappen te zetten in uitdagende hervormingsdiscussies.

Ik vertel u niets nieuws als ik zeg dat de VN Veiligheidsraad al lang niet meer de realiteit van de 21eeuw weerspiegelt. En om de VN legitiem, robuust en levendig te houden, is het noodzakelijk de zetels geografisch beter te verdelen, met in ieder geval een permanente vertegenwoordiging vanuit Afrika. Dat is een opdracht voor ons allemaal en het Koninkrijk der Nederlanden zal voorstellen die dit mogelijk maken, dan ook van harte steunen.

Ook op andere terreinen moeten we ons veel sneller dan we gewend zijn, aanpassen aan de nieuwe realiteit. Want hoewel oorlog en conflict van alle tijden zijn, is de uitvoering daarvan dat niet. En de woorden die we sinds mensenheugenis gebruiken, dekken niet altijd meer de lading.

Oorlog. Vrede.

Iedereen weet wat ze betekenen, maar de wereld is niet meer zo zwart-wit.
Sinds een aantal jaren hebben we ook te maken met iets dat een tussenvorm lijkt te zijn.

Steeds meer landen ontwikkelen offensieve cyberprogramma’s. Die vormen een steeds acutere dreiging voor onze kritieke infrastructuur, onze veiligheid, ons verdienmodel en ons intellectueel eigendom. 

Het zijn grote uitdagingen, die ons dwingen ons voor te bereiden op een toekomst die zich niet altijd laat voorspellen. Maar we kunnen wel anticiperen. En dat doen we.
 
Met het Pact for the Future hebben we collectief grote stappen gezet.
Van hervorming van onze internationale financiële architectuur, tot cyber- tot outerspace-onderwerpen. Dat we daarin geslaagd zijn, kan alleen maar komen doordat we samen willen werken aan een eerlijk en zeker bestaan voor iedereen, zowel voor mensen nu als voor de generaties na ons.

Ik ben dan ook trots op de Declaration on Future Generations, een belangrijk middel om tot dit doel te komen, waarvan Jamaica en het Koninkrijk der Nederlanden co-facilitators waren. Die brede internationale samenwerking is het kloppend hart van de VN. En met elk onderwerp dat we in gezamenlijkheid oppakken, wordt onze effectiviteit vergroot.

Hoe belangrijk dat is, blijkt wel als we het hebben over klimaatverandering. Er zijn nog steeds landen die denken dat dit hen niet aangaat, omdat de directe gevolgen voor hen nog beheersbaar zijn.

Maar dat is slechts schijn. Van wateroverlast tot waterschaarste: wereldwijd ondervinden we de gevolgen, ook in delen van ons koninkrijk.
Dat geldt al helemaal voor de Small Island Developing States. Landen waar de zeespiegelstijging niet alleen in de toekomst, maar nu al tot problemen leidt.

En alle problemen, veroorzaakt door klimaatverandering, grijpen in elkaar.
Dus nee: klimaatverandering beperkt zich niet tot direct getroffen landen. Of eigenlijk: ieder land is een direct getroffen land.
 

De sleutel van onze aanpak: samenwerking

In die constatering ligt de sleutel van onze aanpak: samenwerking.
Natuurlijk door ons te committeren aan de klimaatdoelstellingen van Parijs, de Sustainable Development Goals en de afspraken die we tijdens COP29 zullen maken. Maar ook door ieders eigen kennis en kunde in te zetten.

Nederland kent een lange traditie in de strijd tegen water. Die ervaring zetten we wereldwijd in, net als onze deskundigheid op het gebied van voedselzekerheid.

Tegelijkertijd zien we ons geconfronteerd met thema’s die blijvend onze aandacht vragen. Die zo oud zijn als de VN zelf. Het beschermen van mensenrechten, democratie en de internationale rechtsorde.

Er zijn zoveel landen waarin deze waarden onder druk staan. Bijvoorbeeld in Venezuela, waar mensen vragen dat hun stem wordt gehoord. Tegen hen wil ik zeggen: wij horen jullie stem. Wij horen jullie roep om een democratische transitie. En vandaag, op dit podium, vraag ik dat we die stemmen niet vergeten.

En dat is maar 1 voorbeeld. Er zijn zoveel meer landen zijn die zich vergeten voelen. Die zich afvragen waar de ogen van de wereld zijn als het om hun nood gaat. Omdat ook hun dagelijkse realiteit die van oorlog, honger en armoede is. Dat geldt bijvoorbeeld voor de mensen in Soedan, waar 25 miljoen mensen in acute hongersnood verkeren.

Het is onze taak onze ogen niet te sluiten. Ons niet af te wenden. Maar om te luisteren en te handelen.

Het Koninkrijk der Nederlanden maakte eerder dit jaar € 10 miljoen vrij, waarmee we in totaal € 80 miljoen beschikbaar stellen om de ergste nood te ledigen in Soedan en buurlanden. Maar ieder van ons weet: het is niet meer dan een druppel op de gloeiende plaat.

Dames en heren, ik zou nog een lange lijst met landen kunnen toevoegen die onze hulp en steun nodig hebben. En ik zou ieder van hen tekort doen. U weet net zo goed als ik waar de oorlogen en conflicten zijn.

In Europa hebben we lange tijd gedacht dat we niet meer na hoefden te denken over mensenrechten, vrede en veiligheid. Dat ze er altijd als vanzelf zouden zijn. We hadden het mis. En hoe.

Misschien dat sommigen van u nu denken: ‘Weer Oekraïne’. En dat klopt. Maar u weet ook: de slachtoffers van deze Russische oorlog beperken zich niet tot die in Oekraïne. Deze oorlog raakt iedereen.

En mensen in kwetsbare landen weten daar helaas alles van. Sinds de mondiale voedselvoorziening wordt ingezet als oorlogswapen, worden miljoenen mensen teruggeduwd in honger en armoede. Ook zij zijn slachtoffer van Rusland.

Dus tegen iedereen die nog twijfelt, zou ik willen zeggen: Het is geen oorlog tussen Rusland en Oekraïne. Het is een oorlog van een agressor tegen alles waar wij in de VN voor staan.

Het Handvest van de Verenigde Naties, de basis voor ons allemaal, is hier duidelijk over: geen enkel land mag proberen grenzen met geweld te veranderen. En hoewel het aan Oekraïne is om de voorwaarden voor een rechtvaardige en duurzame vrede te schetsen, kunnen we de verantwoordelijkheid voor de uitvoering niet alleen aan hen overlaten.
Oekraïne verdient onze hulp en steun in elke stap van dit proces.

Bijvoorbeeld bij het organiseren en deelnemen aan een volgende vredesdiscussie. Bij het aanspreken van landen die de Russische defensie-industrie materieel steunen of hen helpen sancties te ontwijken. Maar ook bij het ter verantwoording roepen van Rusland. Er mag geen straffeloosheid zijn voor hun flagrante schendingen van het Handvest.

Nederland zet zich vol in voor restoring justice for Ukraine. En ja, dat vraagt om een lange adem. Maar die hebben we. We hebben de tijd, het geduld en de middelen. Bijvoorbeeld met het ICC en IGH, 2 pijlers onder accountability, gehuisvest in mijn eigen stad Den Haag; stad van vrede en recht.

Ik hoef u niet uit te leggen hoe belangrijk het is dat zij in vrijheid en onafhankelijkheid hun werk kunnen doen. En ook dat is onze collectieve verantwoordelijkheid.

Als we het hebben over collectieve verantwoordelijkheid, is er helaas ook dat andere grote conflict. 7 oktober is bijna een jaar geleden.
Bijna een jaar geleden dat terreurorganisatie Hamas zijn gruweldaden uitvoerde en de daarop volgende oorlog uitbrak.

Het leed sindsdien is ongekend. Al veel te veel onschuldige burgers zijn omgekomen, ontvoerd of verwond. Veel te veel mensen zijn op de vlucht, en hebben hun naasten en bezittingen verloren.

De laatste dagen is ook een groot aantal burgerslachtoffers in Libanon te betreuren. En nog veel meer mensen in de regio dreigt hetzelfde lot te wachten, als dit niet stopt.

Dat mag niet gebeuren. Een grote regionale oorlog moet absoluut worden voorkomen. Net als een nieuwe aanval op Israël.

Dat begint met het steunen van internationale diplomatieke initiatieven zoals het voorstel van de Verenigde Staten en Frankrijk voor een tijdelijk staakt-het-vuren. Een voorstel dat door veel landen gesteund wordt, ook door landen in de regio. We roepen Israël en Libanon op om dit te steunen:
 geef diplomatie een kans.

Ik weet dat als het om Israël en Gaza gaat, mensen al snel hun oude stellingen betrekken. Hele generaties groeien op met wantrouwen, angst en zelfs haat richting de ander.

Maar als we proberen verder te kijken, zien we dat in dit conflict iedereen verloren heeft. En iedere suggestie van winst voor de 1, betekent niets anders dan verlies. Verlies aan beide kanten.

Daarom is nu politiek leiderschap en moed nodig, eveneens aan beide kanten. Om de voortdurende geweldspiraal te doorbreken en de ander te zien voor wie hij is: een mens, op zoek naar een veilige plek om te leven. Naast elkaar, in plaats van tegenover elkaar.

De  1e stappen zijn niet moeilijk te bedenken. Een onmiddellijk staakt-het-vuren. Een directe en onvoorwaardelijke vrijlating van alle gijzelaars. Acute, grootschalige hulp voor de mensen in Gaza. En iedereen moet zich houden aan het internationaal recht.

Veel is onmogelijk, tot het gedaan is

Ik weet dat het makkelijk klinkt. n ik weet ook dat iets graag willen, niet hetzelfde is als het ook gedaan krijgen. Maar zoals Nelson Mandela zei: veel is onmogelijk, tot het gedaan is.

Dames en heren,

Onze geschiedenis laat ons elke keer weer zien dat het kan. Want we komen van ver. En we moeten nog verder.

Maar het pad dat achter ons ligt, zal ons vooruit brengen. Als we vasthouden aan waar we voor staan. Onze gedeelde waarden. Onze gedeelde koers. En boven alles: ons vermogen vol te houden.

Dank u wel.