Langdurige zorg aan huis: wie is waarvoor verantwoordelijk?
De Rijksoverheid, de gemeenten, de zorgverzekeraars en zorgkantoren zijn samen verantwoordelijk voor de langdurige zorg aan huis.
Ondersteuning thuis is taak van gemeente
De gemeente regelt ondersteuning thuis via de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). De officiële naam van deze wet is Wmo 2015. Het gaat hierbij om niet-medische ondersteuning. Bijvoorbeeld dagbesteding of huishoudelijke hulp. Ook de ondersteuning van mantelzorgers is een taak van de gemeente.
Zorgverzekeraar vergoedt verpleging en verzorging thuis
De zorgverzekeraar vergoedt de verpleging en verzorging thuis voor mensen die dat nodig hebben. Voorbeelden zijn het geven van medicijnen en hulp bij het douchen. Een wijkverpleegkundige bepaalt wat er nodig is en wie de zorg uitvoert. Dit kan bijvoorbeeld de wijkverpleegkundige zelf zijn, maar ook een verzorgende.
Zorg via de Wet langdurige zorg (Wlz)
Mensen die de hele dag toezicht of zorg in de buurt nodig hebben, hebben recht op zorg uit de Wet langdurige zorg (Wlz). Het gaat dan om zware zorg voor kwetsbare ouderen, gehandicapten of mensen met een psychische stoornis. Zij krijgen deze zorg met een Wlz-indicatie.
Thuis (blijven) wonen met een Wlz-indicatie kan als deze zorg verantwoord en doelmatig is.