Minder beroep op rechtsbijstand tegen de overheid
De afgelopen twee jaar is het aantal keren dat mensen een beroep moesten doen op een advocaat vanwege een probleem met de overheid met 10% gedaald, zo schrijft minister Dekker (Rechtsbescherming) in de voortgangsrapportage over de vernieuwing van de rechtsbijstand.
Minister Dekker:
“Het is goed nieuws dat minder mensen de afgelopen jaren een advocaat nodig hadden in hun contact met de overheid. We brengen de menselijke maat terug en beperken onnodige juridisering.”
In de stelselvernieuwing rechtsbijstand staat het vinden van oplossingen voor (juridische) problemen centraal: minder procedures, betere oplossingen. De advocatuur heeft de afgelopen jaren herhaaldelijk duidelijk gemaakt dat de overheid ook kritisch naar zichzelf moet kijken: mensen die aangewezen zijn op een advocaat zien zich te vaak gesteld tegenover een starre, weinig oplossingsgerichte overheid.
Minister Dekker heeft dit signaal ter harte genomen. Een van de drie hoofdmaatregelen van zijn aanpak om het stelsel van rechtsbijstand te herzien, is gericht op het veranderen van de houding van overheidsorganisaties in het contact met mensen met een (juridisch) probleem. Dit is een grote en hardnekkige opgave.
Uit de voortgangsrapportage over de stelselvernieuwing blijkt dat er al resultaat is geboekt de afgelopen jaren. Door de krachten te bundelen heeft de aanpak de eerste vruchten afgeworpen.
Een van de aannames bij de start van de stelselherziening was dat een reductie van 10% van het aantal toevoegingen in het bestuursrecht mogelijk zou moeten zijn tussen de start van het kabinet in 2017 en 2024, als de stelselvernieuwing gerealiseerd is. Het aantal toevoegingen in het bestuursrecht laat de afgelopen jaren een duidelijke dalende lijn zien, van ruim 61.000 afgegeven toevoegingen in 2017 naar bijna 55.000 in 2019, ofwel een reductie van ruim 10%. De gekozen ambitie is al behaald en kan om die reden naar boven worden bijgesteld.