Oorspronkelijke redenen samenvoegen provincies Flevoland, Noord-Holland en Utrecht
De samenvoeging van de provincies Flevoland, Noord-Holland en Utrecht gaat niet door. De Noordvleugelprovincie had een eerste stap moeten zijn op weg naar een sterker provinciaal bestuur. Voor deze samenvoeging had het kabinet diverse redenen.
Evenwicht tussen taken en omvang provincie
De provincies hebben de afgelopen jaren meer verantwoordelijkheden gekregen op de terreinen van ruimte, natuur en economie. Ze zijn alleen niet meegegroeid met de schaal van de maatschappelijke vraagstukken waar ze voor gesteld staan. In de provincies Flevoland, Noord-Holland en Utrecht gaat het bijvoorbeeld om de bouw van een grote hoeveelheid woningen. En de verbetering van het vestigings- en leefklimaat. Door de provincies samen te voegen wilde het kabinet iets aan dit probleem doen.
Betere coördinatie op gebied van ruimte en economie
Een sterkere provincie is beter in staat om als ‘regionaal gebiedsregisseur’ ruimtelijke en economische ontwikkelingen te coördineren. Denk bijvoorbeeld aan het beleid voor de herstructurering van bedrijventerreinen. Samenvoeging zou het voor de provinciebesturen makkelijker maken om dit soort problemen aan te pakken.
Snellere besluitvorming (verminderen ‘bestuurlijke drukte’)
Minder provincies betekent snellere besluitvorming. Bij maatschappelijke vraagstukken die de provinciegrenzen overschrijden, moeten provincies veel afstemmen, onderling en met andere partijen. Door de vele betrokken partijen is het bovendien vaak onduidelijk wie verantwoordelijk is voor het eindresultaat. Ambtenaren, burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties ervaren dit als te veel bestuurlijke drukte. Samenvoeging van de 3 provincies zou deze bestuurlijke drukte kunnen verminderen.
Sterkere positie bij samenwerking
Samenvoeging versterkt de positie van provincies ten opzichte van gemeenten en waterschappen. Dit is belangrijk, omdat gemeenten de afgelopen jaren juist krachtiger zijn geworden: ze zijn samengevoegd of werken met elkaar samen. Los van de komst van de provincie Flevoland (in 1986) zijn de provincies sinds de 19e eeuw hetzelfde gebleven.
In Flevoland, Noord-Holland en Utrecht is vooral de positie van de provincie ten opzichte van de grote steden belangrijk. De nieuwe provincie zou een stevige samenwerkingspartner kunnen zijn, ook voor maatschappelijke organisaties, het bedrijfsleven en de Rijksoverheid.
Beter concurreren met Europese regio’s
Door samenvoeging zijn provincies beter in staat om hun belangen binnen Europa te behartigen. De Europese Unie (EU) spitst beleid en geld steeds meer toe op Europese regio’s. Deze ontwikkelingen vragen om een stevige positie van de provincies. Maar de provincies zijn te klein om effectief te werken en te kunnen concurreren met andere Europese regio’s. In Brussel werken de 3 provincies daarom al samen.