Zorgplicht en samenwerken scholen in passend onderwijs
Om elk kind een passende onderwijsplek te bieden hebben scholen een zorgplicht. Scholen werken daarbij samen in een regio. Deze samenwerkingsverbanden zorgen ervoor dat er een passende plek is voor alle leerlingen in de regio.
Zorgplicht scholen
Scholen moeten ervoor zorgen dat elk kind een passende plek krijgt. Ook als het kind extra begeleiding en ondersteuning nodig heeft. Deze verplichting voor scholen heet zorgplicht. De zorgplicht geldt voor kinderen die al op school zitten en kinderen die worden aangemeld. De school zoekt in overleg met de ouders een passende plek. De opties zijn:
- de eigen school;
- een andere gewone school als de school van keuze hulp die nodig is niet kan bieden;
- een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs.
Met de zorgplicht wil de overheid voorkomen dat kinderen van school naar school worden gestuurd. Bijvoorbeeld omdat er op de school van keuze geen passend onderwijs voor ze is.
Aanmelden van leerlingen
Ouders melden hun kind schriftelijk aan bij de school die ze willen. Dan gaat de zorgplicht in. De school onderzoekt of de leerling op school terecht kan. Scholen kunnen daarvoor om extra informatie vragen bij de ouders. Kan de school zelf geen passende onderwijsplek bieden? Dan moeten zij een passende plek op een andere gewone of speciale school regelen. Dat gebeurt in overleg met de ouders.
Verwijderen van leerlingen
De zorgplicht houdt ook in dat een school een leerling pas mag verwijderen als een andere school die leerling toelaat. Zo valt een leerling niet tussen wal en schip.
Schoolondersteuningsprofiel
In het schoolondersteuningsprofiel staat welke extra ondersteuning de school kan bieden aan leerlingen. Ook staat hierin welke doelen de school heeft voor de toekomst. Leraren, leiding en bestuur stellen samen het schoolondersteuningsprofiel op. Ouders kunnen informatie over het schoolondersteuningsprofiel gebruiken om te kijken of een school geschikt is voor hun kind.
Samenwerkingsverband gewone scholen en scholen uit het speciaal onderwijs
Gewone scholen en scholen uit het speciaal onderwijs werken samen. Binnen het samenwerkingsverband maken zij afspraken over hoe de extra ondersteuning in de regio geregeld is. Dit aanbod moet dekkend zijn. Dat betekent dat alle kinderen in de regio een passende plek kunnen krijgen. Zo kunnen de scholen samen:
- de basisondersteuning op alle scholen in de regio vaststellen;
- alle kinderen een passende onderwijsplek bieden;
- extra onderwijsondersteuning regelen;
- kinderen die dat nodig hebben een plek bieden in het speciaal onderwijs;
- het budget voor extra begeleiding op school verdelen.
De afspraken van het samenwerkingsverband staan in het ondersteuningsplan.
Toezicht houden op verantwoordelijkheid van scholen
De Inspectie voor het Onderwijs houdt toezicht op de uitvoering van de taken van de samenwerkingsverbanden. Dit om de kwaliteit en de aanpak van de samenwerking te verzekeren.
De inspectie controleert of:
- de samenwerkingsverbanden hun taken goed uitvoeren;
- ze hun budget voor extra hulp aan leerlingen eerlijk en goed verdelen;
- ze organisatorisch goed functioneren.