Ontwikkeling private sector in ontwikkelingslanden

Het midden- en kleinbedrijf (mkb) zorgt wereldwijd voor economische ontwikkeling, banen en inkomsten. Ook voor de armste mensen. Investeren in het mkb in ontwikkelingslanden helpt om armoede en ongelijkheid te verminderen. Daarom werkt de Rijksoverheid aan de ontwikkeling van de private sector. Vrouwelijke ondernemers en jongeren staan hierin centraal.  

Ondernemingsklimaat versterken

Samen met partners onderzoekt Nederland hoe de omstandigheden voor ondernemers in ontwikkelingslanden beter kunnen. Zodat het mkb zich daar beter kan ontwikkelen. En duurzaam kan groeien. Want een sterker ondernemingsklimaat zorgt voor meer en betere banen. 

Nederland werkt daarom samen met boeren- en werkgeversorganisaties, vakbonden en Kamers van Koophandel. En steunt projecten op het gebied van infrastructuur, werkgelegenheid en onderwijs. De focus ligt daarbij op sectoren waar: 

  • de armoede en ongelijkheid het grootst is; 
  • de lokale behoefte ligt;  
  • Nederland het meest kan bieden. 

Dit zijn bijvoorbeeld de sectoren landbouw, water en circulaire economie. 

Productie en handel verduurzamen

Nederland is een handelsland en heeft een grote rol in internationale waardeketens. Denk bijvoorbeeld aan de invoer en verwerking van producten uit het buitenland zoals cacao, palmolie en textiel. Of Nederlandse bedrijven die in het buitenland hun producten maken. De overheid vindt het belangrijk dat dit duurzaam gebeurt. En draagt daarom bij aan de verduurzaming van de productie in ontwikkelingslanden. Maar ook aan de verduurzaming van de handel en het vervoer van deze goederen. 

Dit doet Nederland bijvoorbeeld door lokale ondernemers te trainen in digitale handel. En het lokale mkb te helpen bij de export naar Europa. Daarnaast steunt Nederland lokale overheden in het maken van wet- en regelgeving. Bijvoorbeeld voor betere arbeidsomstandigheden, hogere minimumlonen en het uitbannen van kinderarbeid.

Duurzame en inclusieve financiële sector

Nederland draagt ook bij aan programma’s die financiële producten en diensten ontwikkelen voor het mkb in ontwikkelingslanden, zoals verzekeringen en leningen met gunstige(re) voorwaarden. In deze programma’s ligt de nadruk op vrouwelijke en jonge ondernemers. En ondernemers die producten, banen en diensten bieden voor achtergestelde groepen. 

Samenwerking met het bedrijfsleven

Voor de ontwikkeling van de private sector in ontwikkelingslanden werkt de Rijksoverheid samen met: 

  • organisaties met een maatschappelijk, sociaal of wetenschappelijk doel (ngo’s); 
  • kennisinstellingen; 
  • lokale partners; 
  • het (Nederlandse) bedrijfsleven. Bijvoorbeeld via partnerschappen zoals de SDG Partnerschapsfaciliteit (SDGP). 

Landen

De landen waarin Nederland werkt aan de ontwikkeling van de private sector zijn: Algerije, Angola, Bangladesh, Benin, Burkina Faso, Burundi, Colombia, DR Congo, Egypte, Ethiopië, Ghana, India, Indonesië, Irak, Ivoorkust, Jordanië, Kenia, Libanon, Libië, Mali, Marokko, Moldavië, Mozambique, Niger, Nigeria, Oekraïne, Palestijnse gebieden, Rwanda, Senegal, Soedan, Somalië, Suriname, Tanzania, Tsjaad, Tunesië, Oeganda, Vietnam, Zimbabwe, Zuid-Afrika en Zuid-Soedan.