Bescherming bijen en andere bestuivers

Het aantal (wilde) bijen, vlinders, zweefvliegen en andere bestuivende insecten daalt wereldwijd. Van de 360 soorten bijen in Nederland dreigt meer dan de helft te verdwijnen. De Rijksoverheid neemt maatregelen om de bijensterfte en daling van alle bestuivers uiterlijk in 2030 te stoppen.

Bestuiving belangrijk voor voedselvoorziening en biodiversiteit

Insecten zijn nodig om het stuifmeel van de ene bloem naar de andere te brengen. Veel voedselgewassen en planten kunnen zich daarna pas voortplanten of vruchten krijgen. Bestuiving is nodig voor meer dan 75% van de voedselgewassen, vooral groenten en fruit.

In de natuur heeft meer dan 85% van de wilde planten bestuiving nodig. Insecten zijn daarom van belangrijk voor de land- en tuinbouw. Appels, peren, aardbeien en tomaten groeien bijvoorbeeld veel beter als ze door verschillende insecten bestoven zijn.

Aantal bijen gaat wereldwijd achteruit

Nationaal en internationaal zijn er zorgen over (wilde) bijen. Nederland kent 360 soorten bijen. Maar meer dan de helft van de wilde bijensoorten dreigt te verdwijnen. Zij staan op de  nationale Rode Lijst Bijen. Met de ‘Rode Lijst Nederlandse bijen’ houdt de Rijksoverheid het aantal wilde bijen in Nederland in de gaten.

Minder bijen door te weinig voedsel en nestgelegenheid

De grootste bedreiging voor de wilde bij is gebrek aan voedsel en nestgelegenheid. Dit is een direct gevolg van:

  • de intensieve grootschalige landbouw;
  • de verstedelijking;
  • het strakker en efficiënter beheer van het openbare groen. Bijen hebben bloemen nodig. Die vinden ze bijvoorbeeld te weinig op gazons.

Tegengaan afname bijen met Nationale Bijenstrategie

Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) heeft de Nationale Bijenstrategie voor behoud en groei van de bijenpopulatie gemaakt. Natuurbeschermingsorganisaties, bedrijven, onderzoeksinstituten, land- en tuinbouworganisaties en semioverheden zijn nauw betrokken bij de strategie. Zij werken met elkaar aan meer dan 100 plannen die bijdragen aan het behoud van bijen en andere bestuivers.

Aantal bijen en bestuivers in 2030 minimaal stabiel

Het aantal bijen en andere bestuivers in Nederland moet in 2030 niet kleiner geworden zijn. Of zelfs gegroeid zijn. In 2023 laat LNV de aantallen tellen om te meten of het aantal bestuivers groeit. In 2030 is er weer een telling om te meten of het doel van de Nationale Bijenstrategie behaald is.

Maatregelen voor meer bijen en bestuivers

  • Versterking leefomgeving wilde bijen op land en in stad
    Denk hierbij aan de aanleg van meer velden, parken en tuinen met inheemse bloeiende bloemen, planten en struiken. Bijvoorbeeld met klaver, bijenbomen of winterlinden. Door meer los zand, onverharde paden en rommelige hoekjes kunnen bestuivers hun nesten ondergronds bouwen. Deze maatregelen moeten vooral gemeenten, provincies en waterschappen uitvoeren. Maar ook boeren en tuinders die hun bedrijven, akkers en erven bijvriendelijk inrichten.
  • Goed opgeleide imkers
    Voor de honingbij is het belangrijk dat de imkers goed zijn opgeleid. Als imkers weten hoe honingbijen gezond blijven, kunnen zij de bijenpopulatie beter beschermen tegen ziekten en plagen.
  • Duurzame gewasbescherming in land- en tuinbouw
    Het is bijvoorbeeld al verboden om schadelijke middelen voor gewasbescherming te gebruiken op aantrekkelijke gewassen voor bijen.

Internationale samenwerking voor behoud bijen

Nederland heeft het initiatief genomen om ook internationaal meer samen te werken. Zodat de landen samen kunnen zorgen dat het beter gaat met bijen en andere bestuivers. De landen die meedoen vormen de Coalition of the Willing on Pollinators (Engels). Het samenwerkingsverband organiseert bijeenkomsten en verspreidt kennis over bestuiving en bestuivers.

Videospeler
00:00
00:00
00:00
Gebruik pijl omhoog/omlaag om het volume te verhogen/verlagen.