Huisvesting kleine scholen
Leerlingendaling heeft gevolgen voor huisvesting en onderhoud van scholen. Daarom is het belangrijk dat het schoolbestuur snel met de gemeente in gesprek gaat. Bijvoorbeeld over planvorming.
Gezamenlijke huisvesting kleine scholen
Scholen die te klein worden voor hun gebouw, kunnen gezamenlijk in 1 gebouw trekken. Bij een zeer sterke leerlingendaling passen 2 scholen (later) misschien in 1 van de bestaande gebouwen. Of is de gemeente bereid nieuwbouw mogelijk te maken voor meer scholen op 1 centrale plek.
Gezamenlijke huisvesting kleine school met andere instellingen
Andere instellingen kunnen leegstaande lokalen huren voor een prijs die de kosten dekt. Zoals een vereniging, buurthuis of buitenschoolse opvang.
Dit medegebruik van een schoolgebouw mag alleen voor onderwijs of culturele en maatschappelijke doelen. Voor verhuur is altijd toestemming van de gemeente nodig. De partij die gebruik gaat maken van de lege ruimte, moet een overeenkomst tekenen voor medegebruik of verhuur.
Nieuwe bestemming voor gebouw
Wanneer er na fusie of sluiting een leeg schoolgebouw achterblijft, wordt de gemeente weer eigenaar. Dat gaat via een officieel document. Dan is de gemeente verantwoordelijk om een nieuwe bestemming voor het gebouw te vinden.
School zoekt zelf huisvesting
De gemeente is verantwoordelijk om voor huisvesting van scholen te zorgen. De gemeente kan besluiten om dit helemaal aan de school over te dragen. Dus inclusief onderhoud, renovatie of nieuwbouw. De gemeente geeft het beschikbare geld dan door aan het schoolbestuur. Dat geeft schoolbesturen meer ruimte in beslissingen over huisvesting.
De invulling van deze overgedragen verantwoordelijkheid kan bijvoorbeeld via een samenwerking tussen schoolbesturen. Zo’n coöperatie zorgt voor alle schoolgebouwen en stelt een toekomstgericht huisvestingsplan op. Dit past niet bij ieder schoolbestuur. Er moet namelijk voldoende kennis zijn over de financiële kant en over het onderhoud van gebouwen.