Integriteit overheid
Integriteit kan het vertrouwen in de overheid maken of breken. Het is dus belangrijk dat ambtenaren, bestuurders en volksvertegenwoordigers integer zijn. Er zijn regels en gedragscodes ontwikkeld om die integriteit zoveel mogelijk te borgen. Maar minstens zo belangrijk is dat integriteit een soort grondhouding moet zijn, een mentaliteit.
De eed of belofte
Ambtenaren, bestuurders en volksvertegenwoordigers moeten zich aan gedragsregels houden. Een ambtenaar die de eed of belofte aflegt, zweert of belooft dat hij deze regels nakomt.
Een ambtenaar, bestuurder of volksvertegenwoordiger zweert door de eed of gelofte af te leggen dat hij:
- trouw is aan de Koning en de Grondwet en alle overige wetten van ons land zal eerbiedigen;
- niet direct of indirect in welke vorm dan ook valse informatie heeft gegeven voor het verkrijgen van de aanstelling;
- voor het verkrijgen van de aanstelling niemand iets heeft geschonken of beloofd en dat ook niet gaat doen;
- voor het verkrijgen van de aanstelling van niemand giften heeft aanvaard. En dat hij aan niemand beloften heeft gedaan en dat ook niet gaat doen;
- plichtsgetrouw en nauwgezet de taken vervult en zaken die hem uit hoofde van de functie vertrouwelijk ter kennis komen of waarvan hij het vertrouwelijke karakter moet inzien, geheim houdt voor anderen dan de personen die hij ambtshalve op de hoogte moet stellen;
- zich gedraagt zoals een goed ambtenaar betaamt, zorgvuldig, onkreukbaar en betrouwbaar is en niets zal doen dat het aanzien van het ambt schaadt.
Basisnormen integriteit
Naast de wettelijke normen zijn er ook de Basisnormen Integriteit. Deze moeten ervoor zorgen dat ambtenaren hun werk integer kunnen doen. Alle overheidsorganisaties moeten zich hieraan houden. In de Basisnormen staat onder meer dat de organisatie:
- regels over integriteit opstelt;
- regelmatig onderzoekt welke functies veel met vertrouwelijke informatie te maken hebben en waar risico’s voor fraude zijn;
- een eigen gedragscode moet hebben;
- regels heeft voor het omgaan met vertrouwelijke informatie, bijvoorbeeld voor beveiliging van computerapparatuur;
- diploma’s of getuigschriften van nieuw personeel controleert;
- een verklaring van goed gedrag vraagt aan nieuw personeel.
De Basisnormen schrijven ook voor dat ambtenaren:
- een eed of belofte moeten afleggen;
- hun nevenwerkzaamheden moeten melden;
- geschenken of diensten met een waarde van meer dan € 50 niet mogen accepteren.
Gedragsregels voor bestuurders en volksvertegenwoordigers
Bestuurders en volksvertegenwoordigers moeten zich onder meer aan de volgende gedragsregels houden:
- Ze moeten de eed of belofte afleggen.
- Ze moeten betaalde en onbetaalde nevenfuncties melden.
- Ze moeten zorgvuldig omgaan met vertrouwelijke informatie.
- Ze mogen alleen onkosten declareren die ze hebben gemaakt voor hun werk.
- Ze mogen geen nevenwerkzaamheden tegen betaling doen voor de gemeente of provincie.
- Ze mogen niet stemmen over zaken die de bestuurder persoonlijk aangaan.
Ministers en staatssecretarissen mogen bovendien geen betaalde en onbetaalde nevenfuncties hebben.
Het Handboek Integriteit voor politieke ambtsdragers van decentrale overheden bundelt alle beschikbare informatie over de integriteit van volksvertegenwoordigers en bestuurders bij gemeenten, provincies en waterschappen.
Registratie integriteit
Alle gemeenten, provincies en ministeries registreren schendingen van integriteit. Hiervoor is de ‘Registratie integriteitschendingen openbaar bestuur en politie’ opgesteld.