Voorwaarden coffeeshops in wietexperiment

Alle coffeeshophouders in deelnemende gemeenten moeten meedoen aan het wietexperiment. En aan voorwaarden voldoen die in de wet- en regelgeving zijn vastgelegd. Zij moeten bijvoorbeeld een administratie bijhouden.

Verplicht deelnemen aan het experiment

Alle coffeeshops in deelnemende gemeenten zijn verplicht om mee te doen aan het experiment. Zo gelden voor alle coffeeshops dezelfde regels.

Alle voorwaarden voor coffeeshops die deelnemen aan het wietexperiment staan in het Besluit experiment gesloten coffeeshopketen.

Bestaande wet- en regelgeving tijdens experiment

De bestaande wet- en regelgeving blijft tijdens het experiment voor een groot deel gelden. De coffeeshophouder mag bijvoorbeeld geen:

  • reclame maken;
  • overlast veroorzaken;
  • grote hoeveelheden per keer verkopen;
  • harddrugs aanwezig hebben of verkopen;
  • alcohol schenken, verkopen of aanwezig hebben in de coffeeshops;
  • jongeren onder de 18 jaar toelaten.

Nieuwe regelgeving tijdens experiment

Op de volgende punten gelden tijdens het experiment andere regels dan de reguliere wet- en regelgeving.  

Handelsvoorraad

  • Tijdens het experiment geldt de huidige grens van 500 gram handelsvoorraad niet.
    In principe mag de coffeeshop 1 week handelsvoorraad aanhouden. De burgemeester bepaalt hoe de weekvoorraad wordt vastgesteld.
  • De burgemeester mag extra regels maken. Bijvoorbeeld om een lager maximum in te stellen.
  • Tijdens het experiment moeten coffeeshophouders hun handelsvoorraad binnen de coffeeshop bewaren. Cannabis die is besteld maar nog niet geleverd is, valt niet onder de handelsvoorraad.

Aanbod cannabis

Als de experimenteerfase eenmaal is begonnen, mogen coffeeshops uitsluitend cannabis van aangewezen telers afnemen, in voorraad hebben en verkopen. Tijdens de aanloopfase en de overgangsfase van het experiment gelden nog afwijkende regels. Lees meer over de verschillende fasen van het experiment.

Administratie bijhouden

Coffeeshops moeten een track & trace systeem gebruiken. Dit is nodig om te controleren of de keten van teler naar coffeeshop naar klant gesloten is. Daarvoor legt de coffeeshophouder de volgende gegevens vast:

  • welke cannabis en hoeveel op welke datum is ontvangen van welke teler;
  • welke vervoerder de cannabis heeft geleverd;
  • wat de voorraad is;
  • welke cannabis en hoeveel er op welke datum is verkocht.

Toepassing ingezetenencriterium

In de deelnemende gemeenten aan de grens met Duitsland of België (Breda, Heerlen en Maastricht) mogen coffeeshophouders alleen personen toelaten die in Nederland wonen. De coffeeshophouder mag alleen aan deze personen cannabis verkopen. Dit heet het ingezetenencriterium.

Burgemeesters van andere deelnemende gemeenten kunnen deze verplichting ook laten gelden voor de coffeeshops in hun gemeente.

Informatie geven over gezondheidsproblemen door cannabis

Klanten van coffeeshops in deelnemende gemeenten moeten goede informatie kunnen krijgen over (de risico’s van) het gebruik van cannabis. Het verkopend personeel moet daarin getraind worden.

Vertoont een klant probleemgedrag door gebruik van cannabis? Dan moet het personeel die klant goed kunnen informeren en zo nodig doorverwijzen naar hulpverlening. Daarom moet verkopend personeel:

  • de risico’s van cannabis kennen (bijvoorbeeld de effecten en gezondheidsrisico’s);
  • klanten kunnen adviseren en informatie geven zoals een bijsluiter of verwijzing naar een website;
  • problematisch cannabisgebruik kunnen herkennen;
  • weten wat te doen bij klanten die door cannabisgebruik probleemgedrag vertonen.

Ook moet in de coffeeshop het voorlichtingsmateriaal voor de klanten goed zichtbaar aanwezig zijn. Dat materiaal moet het gebruik van cannabis, de risico’s daarvan of van problematisch gebruik duidelijk uitleggen.

Ontwikkelingen experiment volgen

Wilt u op de hoogte blijven? Dan kunt u zich abonneren op nieuwsberichten en abonneren op documenten over het experiment gesloten coffeeshopketen.