Video: Wet erkenning Nederlandse Gebarentaal in eenvoudige taal
De wet erkenning Nederlandse Gebarentaal is ondertekend door de koning van Nederland, Willem-Alexander.
Vooraf heeft de Raad van State een advies gegeven over de wet. Daarna hebben de Tweede en de Eerste Kamer deze wet goedgekeurd.
Wat staat er in de wet Erkenning Nederlandse Gebarentaal?
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
Hierin staan 3 artikelen:
- Artikel 1 gaat over de betekenis van de volgende woorden in de wet:
- Wat is de Nederlandse Gebarentaal?
Dit is de visueel-manuele taal die gebruikt wordt door mensen die vaardig zijn in deze taal in Nederland.
- Wie zijn Gebarentaligen?
Dat zijn mensen die gebarentaal vloeiend kunnen gebruiken
- Wie is Onze Minister?
Dat is de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Erkenning van de Nederlandse Gebarentaal
Ja de Nederlandse Gebarentaal wordt erkend.
- Het aanmoedigen van het gebruik van de Nederlandse Gebarentaal
Openbare toespraken van ministers of staatssecretarissen zouden ook in de Nederlandse Gebarentaal te volgen moeten zijn.
En ook andere communicatie vanuit de overheid en het recht zou beschikbaar moeten zijn in gebaren.
Onze minister gaat zich daarvoor inzetten. Elk jaar zal onze minister de resultaten in een rapport aan de Tweede Kamer sturen.
Onze Minister zal ook met provincies, gemeenten, waterschappen en de Raad voor Rechtspraak overleggen, hoe het gebruik van de Nederlandse Gebarentaal aangemoedigd kan worden. Dat wordt dan vastgelegd in beleidsregels.
Hoofdstuk 2. Hoe staat het met de Nederlandse Gebarentaal binnen de verschillende overheden en het recht?
- Crisiscommunicatie
In crisissituaties of noodsituaties zal de gesproken informatie zo snel mogelijk vertaald in de Nederlandse Geabrentaal.
- Eed, belofte of bevestiging
In de wet staat precies voorgeschreven welke woorden je moet zeggen bij het uitspreken van een eed, belofte of bevestiging. Een gebarentalige mag dat ook in de Nederlandse Gebarentaal doen.
Welke gebaren je dan moet gebruiken voor de eed, belofte of bevestiging zal door de minister in een regeling worden vastgelegd.
- Op een rechtszitting kan iemand iets moeten zeggen vanuit zijn/haar beroep, tijdens een verhoor, of omdat h/zij bevoegd is. Als dat een gebarentalige is, mag h/zij dat doen in de Nederlandse Gebarentaal.
- Als een verdachte, of getuige of betrokkene in een strafzaak de Nederlandse Gebarentaal wil gebruiken, bepaalt de rechter of er een tolk ingeschakeld wordt.
Wie betaalt de tolk? Het rijk betaalt de tolk.
Als gaat om een andere rechtszaak dan een strafzaak, dan moet de tolk betaald worden door degene die de tolk heeft aangevraagd.
Hoofdstuk 3. Adviescollege Nederlandse Gebarentaal
- Er komt een adviescollege Nederlandse Gebarentaal, afgekort Adviescollege.
- Wie zitten er in het Adviescollege?
Vijf leden: een voorzitter, een vicevoorzitter en drie leden.
Alle leden worden voorgesteld door het Nederlands Gebarencentrum. Onze Minister is verantwoordelijk voor de benoeming, schorsing of ontslag van de leden.
- Wat doet het Adviescollege?
Het Adviescollege adviseert Onze Minister hoe de Nederlandse Gebarentaal meer gebruikt kan worden in de samenleving. En geeft advies hoe de plannen uitgevoerd kunnen worden en welke behoeften en ontwikkelingen er zijn.
Hoofdstuk 4. Slotbepalingen
- In een andere wet, de Wet veiligheidsregio’s, wordt iets veranderd. Namelijk dat informatie wordt vertaald in de Nederlandse Gebarentaal.
- Deze wet ‘Erkenning Nederlandse Gebarentaal’ moet ook worden vertaald in de Nederlandse Gebarentaal. En daarna in de Staatscourant gezet worden.
- Wanneer begint deze wet? Als de koning de wet ondertekend heeft dan is deze wet van kracht. Niet alles wat in deze wet staat kan tegelijk uitgevoerd worden.
- Wat is de naam van deze wet?
Wet erkenning Nederlandse Gebarentaal.
De wet wordt dus geplaatst in het Staatsblad. En alle ministeries en alle ambtenaren moeten alles wat in deze wet staat nauwkeurig volgen en uitvoeren.