Plannen kabinet omgaan met slavernijverleden

Het kabinet investeert € 200 miljoen om meer kennis en bewustwording over het gedeelde slavernijverleden te krijgen. En een beter begrip van de gevolgen van het slavernijverleden in onze tijd. Ook blijft het kabinet hard werken aan gelijke kansen en de strijd tegen discriminatie en racisme.

3 doelen kabinetsplannen slavernijverleden

Het kabinet heeft voor de komende jaren de volgende 3 doelen opgesteld:

  • Meer kennis en bewustwording over slavernijverleden. Bijvoorbeeld door slavernij, racisme en discriminatie een belangrijke plek in het onderwijs te geven. 
  • Erkennen en herdenken slavernijverleden. Zo heeft het kabinet begin 2025 een Herdenkingscomité Slavernijverleden opgericht om de aandacht voor het slavernijverleden levend te houden en om samen te herdenken. 
  • Gevolgen en verwerking slavernijverleden. Bijvoorbeeld, door intensieve bestrijding van discriminatie, racisme en kansenongelijkheid. En door het mogelijk te maken om achternamen die voortkomen uit het  slavernijverleden te wijzigen. 

Fonds voor kennen, herdenken en verwerken slavernijverleden

Het kabinet heeft € 200 miljoen vrijgemaakt om aandacht te geven aan het slavernijverleden. Alle ministeries werken samen om die € 200 miljoen effectief en eerlijk te gebruiken. Zodat het geld gaat naar de gemeenschappen waarvoor het bedoeld is, in het hele Koninkrijk en Suriname. 

Het fonds bestaat uit 2 delen: 

Nakomelingen en verschillende betrokken organisaties in Nederland, het Caribisch deel van het Koninkrijk en Suriname bepalen samen de bestemming van het fonds en ook van de subsidieregeling.

Herdenkingscomité Slavernijverleden

De Nederlandse betrokkenheid bij de slavernij heeft diepe sporen nagelaten binnen de samenleving van het Koninkrijk en Suriname. De overheid vindt het belangrijk om hier aandacht aan te blijven geven. Het Herdenkingscomité Slavernijverleden zorgt hiervoor. Onder meer door de kennis hierover onder Nederlanders te vergroten en onderzoek naar het slavernijverleden te stimuleren. Jaarlijks is hiervoor € 8 miljoen beschikbaar. 

Nationale Herdenking Slavernijverleden

Het Herdenkingscomité organiseert vanaf 2025 de Nationale Herdenking Slavernijverleden op 1 juli in Amsterdam. Het comité werkt daarbij nauw samen met NiNsee (Nationaal Instituut Nederlands Slavernijverleden en Erfenis).

Kennis over gevolgen slavernijverleden vergroten

Het kabinet wil meer kennis en bewustwording over het gedeelde slavernijverleden in de samenleving. Veel mensen weten daar weinig over.

Daarom wil de Rijksoverheid dat mensen meer met elkaar praten over het slavernijverleden. En over de invloed die dat ook nu nog heeft. Dat gebeurt op verschillende manieren:

  • Met een ‘gespreksstarter’: een soort levensgrote variant op het spel ‘Wie is het?’ Daarmee komen mensen in gesprek over het slavernijverleden. Deze ‘gespreksstarter’ is in 2024 gemaakt en al op 18 plekken gebruikt. In 2025 gebeurt dat opnieuw op meerdere plekken.
  • In het Leernetwerk Doorwerking Slavernijverleden zijn 20 deelnemende gemeenten samen aan de slag gegaan met het herkennen, erkennen en herdenken van het slavernijverleden in hun eigen gemeente.

Nieuwsbrief Programma Slavernijverleden

Wilt u op de hoogte blijven van de voortgang van het Programma Slavernijverleden? Meld u dan aan voor de nieuwsbrief door een e-mail te sturen aan PostbusProgrammaSlavernijverleden@minbzk.nl. De nieuwsbrief is er in 4 talen: Nederlands, Engels, Papiamento en Papiamentu. Zet in uw e-mail welke taal u wilt. 
Bekijk het overzicht van nieuwsbrieven tot nu toe.

Ook interessant