Staat van het Bestuur 2022: blijven werken aan een sterk openbaar bestuur
In het openbaar bestuur werken gedreven mensen, maar het verloop is groot. En inwoners staan positief tegenover meer burgerparticipatie, maar er wordt in de praktijk weinig gebruik van gemaakt. Dit zijn enkele inzichten uit het vandaag verschenen rapport De Staat van het Bestuur 2022. De Staat van het Bestuur is een tweejaarlijks trendrapport van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over hoe het met gemeenten, provincies en waterschappen gaat, wat inwoners daarvan merken, en welke beleidsplannen er zijn die bijdragen aan een sterk openbaar bestuur.
Minister Hanke Bruins Slot presenteerde de Staat van het Bestuur tijdens de Dag van het Bestuur in Leiden. Bij dezelfde gelegenheid ondertekende zij samen met vertegenwoordigers van de andere bestuurslagen de vernieuwde Code Interbestuurlijke Verhoudingen, waarin Rijk, gemeenten, provincies en waterschappen vastleggen hoe ze samenwerken.
Hanke Bruins Slot: “De Staat van het Bestuur laat zien dat we ons openbaar bestuur niet voor lief moeten nemen en er constant aan moeten blijven werken. Het is daarbij van groot belang dat Rijk, gemeenten, provincies en waterschappen goed samenwerken. Daarom is het mooi dat alle bestuurslagen vandaag hun handtekening hebben gezet onder de nieuwe Code Interbestuurlijke Verhoudingen. Die gaat bijdragen aan het versterken van ons openbaar bestuur – en uiteindelijk bij het maken van beleid dat voor goede oplossingen zorgt.”
Ondersteuning decentraal bestuur
De Staat van het Bestuur 2022 laat zien dat in het decentraal openbaar bestuur in Nederland betrokken mensen werken, die iets willen bijdragen aan de samenleving en veel tijd steken in hun werk. Het werk is ook veeleisend, en het verloop is groot. In de periode 2018 – 2022 is bijvoorbeeld in gemeenten 38% van de raadsleden en 47% van de wethouders tussentijds vertrokken.
Het ministerie van BZK is in gesprek met de beroeps- en belangenverenigingen van het decentraal bestuur om na te gaan wat er nog meer nodig is om hun positie te verbeteren. Denk daarbij aan extra ondersteuning, zoals scholing en ondersteuning door rekenkamers en griffiers.
Meer mogelijkheden voor burgerparticipatie
Inwoners vinden lokale referenda, inspraak, burgerfora en andere vormen van burgerparticipatie belangrijk. Er wordt in de praktijk echter nog weinig gebruik van gemaakt, blijkt uit de Staat van het Bestuur. Om de verbinding tussen inwoners en hun bestuur te versterken, werkt het ministerie van BZK aan een wet Participatie op decentraal niveau. Het wetsvoorstel beoogt decentrale overheden te verplichten om vast te leggen hoe ze hun inwoners betrekken bij de voorbereiding, uitvoering en evaluatie van beleidsplannen.
Op 17 maart 2023 presenteerde minister Bruins Slot (BZK) daarnaast de Aanpak burgerparticipatie en burgerfora. Het kabinet wil deze kabinetsperiode naast het burgerforum klimaat- en energiebeleid aan de slag met de verkenning van nog een burgerforum. Daarnaast gaat het kabinet bestaande vormen van het betrekken van inwoners verbeteren. Bijvoorbeeld door internetconsultatie rondom nieuwe wetten begrijpelijker en toegankelijker te maken.
Nieuwe Code Interbestuurlijke Verhoudingen ondertekend
Tijdens de Dag van het Bestuur werd ook de vernieuwde Code Interbestuurlijke Verhoudingen ondertekend. De Code Interbestuurlijke Verhoudingen van de Vereniging Nederlandse Gemeenten, het Interprovinciaal Overleg, de Unie van Waterschappen en het Rijk legt vast hoe overheden samenwerken. Bijvoorbeeld: als er op Europees niveau beleid wordt ontwikkeld dat effect heeft op gemeenten, is de afspraak dat de Rijksoverheid de gemeenten daarbij betrekt. Waar de oude Code eerder afbakende welke overheid wat moest doen, is de nieuwe code meer gericht op samenwerking bij het oplossen van maatschappelijke uitdagingen. Waarbij elke overheidslaag bijdraagt waar dat nodig is.