Organogram ministerie van VWS: Directoraat-generaal (DG) Langdurige Zorg

Marieke Kleiboer | directeur

Taakomschrijving
Kinderen in Nederland groeien gezond en veilig op. Dat is de maatschappelijke doelstelling van de directie Jeugd. De directie is verantwoordelijk voor het stelsel van preventie en jeugdhulp, zoals dit in de Jeugdwet is vastgelegd. Op grond van de Jeugdwet zijn gemeenten bestuurlijk en financieel verantwoordelijk voor de uitvoering van jeugdhulp.

Aandachtsgebieden

• Hervormingsagenda jeugd (2023-2028)
  Dit is afgesloten met 5 partijen (jongeren- en cliëntenorganisatie, professionals, aanbieders, gemeenten en Rijk) en richt zich op:

• Faciliteren en ondersteunen van netwerken in de buurt en wijk rondom jeugdigen (kinderopvang, onderwijs, informele steunfiguren, sport, en andere algemene voorzieningen).
• Betere toegang tot zorg in de wijk met stevige multidisciplinaire wijkteams, die zowel naar kind als gezin kijken indien professionele hulp aan de orde is. Focus op collectieve (vrij toegankelijke) voorzieningen in plaats van individuele zorg.
• Betere inkoop en organisatie van individuele specialistische hulp voor jeugdigen die dit echt nodig hebben. Regionale samenwerking tussen gemeenten wordt verplicht en bepaalde vormen van zorg moeten minimaal op regionaal niveau worden ingekocht om beschikbaarheid en continuïteit van zorg te garanderen.
  • Versterken van rechten van kinderen, onder meer door het verbeteren van participatie van (ervaringsdeskundige) jeugdigen bij besluitvorming.
  • Af- en ombouw van gesloten jeugdzorg en opbouw alternatieven.
    Als ouders niet in staat zijn hun kind een gezonde en veilige opvoeding te bieden, er sprake is van een ontwikkelingsbedreiging van een kind en ouders vrijwillige hulp afwijzen, kan een kinderrechter een kinderbeschermingsmaatregel opleggen. De uitvoering van de jeugdbeschermingsketen wordt de komende jaren vereenvoudigd: jeugdigen en hun gezin moeten meer centraal staan en de beschermingsketen moet worden omgebouwd van estafette naar een team model waarin betrokken organisaties (Gecertificeerde Instellingen, gemeenten, Veilig Thuis organisaties, wijkteams etc.) samenwerken.
• Toekomstscenario kind- en gezinsbescherming.
  Om uithuisplaatsing te voorkomen en jeugdigen en hun ouders beter te beschermen wordt de beschermingsketen herzien op basis van de volgende uitgangspunten:
  (1) kind- en gezin echt centraal; (2) eenvoudig; (3) in goede samenwerking (team i.p.v. estafette model); (4) betere rechtsbescherming voor ouders en kinderen.
• Randvoorwaardelijke thema’s zoals kennis, data en monitoring, regelgeving, en financiën (er wordt een nieuwe financieringsstructuur voor de jeugdwet ontworpen), internationale samenwerking, en verminderen administratieve lasten.
• Toezicht. Het Rijk houdt toezicht op gemeenten. De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) en de Inspectie van Justitie en Veiligheid zijn verantwoordelijk voor onafhankelijk toezicht op zorgaanbieders. De Jeugdautoriteit (straks Nza) heeft de taak om risico’s met betrekking tot de continuïteit van cruciale zorg voor jeugdigen te signaleren, te voorkomen en op te kunnen vangen.

Michiel Geschiere | directeur

Taakomschrijving
Mensen met een blijvende behoefte aan zorg en ondersteuning willen zo veel mogelijk hun eigen leven leiden. Samen met mensen die belangrijk voor hen zijn en op een plek waar ze zich thuis voelen. Zij kunnen waar nodig een beroep doen op langdurige zorg, waar zorgverleners met plezier werken en bijdragen aan levensgeluk. De toegankelijkheid, kwaliteit en betaalbaarheid van de langdurige zorg is niet vanzelfsprekend. Vernieuwing van de langdurige zorg is en blijft nodig. De directie Langdurige Zorg (LZ) wil vooropgaan in de vernieuwing van de langdurige zorg. Vernieuwen doen we samen met onze partners en de mensen om wie het gaat. We werken met plezier samen vanuit verbinding en vertrouwen. Waar nodig nemen wij de leiding. Dit doen we vanuit de kernwaarden lef, nieuwsgierigheid en zakelijkheid. De directie richt zich daarbij specifiek op de Wet Langdurige zorg (ouderenzorg, gehandicaptenzorg en langdurige GGZ) en op een aantal VWS brede programma’s zoals palliatieve zorg, dementiezorg en de vernieuwingen in de ouderenzorg (WOZO).

Aandachtsgebieden

• Toegankelijkheid en voldoende passend aanbod.
  Het waarborgen van de toegankelijkheid en continuïteit van langdurige zorg vraagt een goed systeem van indicatiestelling, voldoende passende zorgplekken en een passend budgettair kader. Hiervoor werken we samen met onder andere het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ), de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa), Zorginstituut Nederland (ZIN), zorgkantoren en zorgaanbieders.
• Kwaliteit van de langdurige zorg.
  Organisaties in de zorg zijn zelf verantwoordelijk voor de kwaliteit van de langdurige zorg. Wij stimuleren en faciliteren waar nodig en gewenst vanuit onze verantwoordelijkheid in samenwerking met Zorginstituut Nederland en vertegenwoordigers uit de zorg.
• Vereenvoudigen van het (regionaal samen)werken in de praktijk en leren van casuïstiek. Om de rechten van cliënten te waarborgen en de uitvoering te vereenvoudigen, stellen wij een wetsvoorstel Wet zorg en dwang op. Ook stimuleren wij elektronische gegevensuitwisseling in de langdurige zorg, met name bij verpleegkundige overdracht en domeinoverstijgende samenwerking. Daarnaast ondersteunt LZ mensen die er via de reguliere instanties niet uitkomen, met gerichte hulp en/of verwijzing naar het juiste loket en leren hiervan. De VWS brede verdeling van alle casussen vindt bij LZ plaats.
• Ontwikkelen van de kennisinfrastructuur voor de langdurige zorg en deze adequaat onderhouden. Met ondersteuningsprogramma’s helpen we onze sectoren op regionaal en instellingsniveau bij de gewenste transformatie.
• Dementie.
  Aan de hand van de Nationale Dementiestrategie willen we er nu en in de toekomst voor zorgen dat mensen goede dementiezorg en ondersteuning ontvangen en dat er voldoende (wetenschappelijk) onderzoek wordt gedaan naar preventie, behandeling en genezing van dementie.
• Palliatieve zorg.
  Met het Nationaal Programma Palliatieve zorg II (NPPZ II), het ZonMw programma Palliantie II en de subsidieregeling Palliatieve terminale zorg en geestelijke verzorging thuis, richten wij ons op het verbeteren van de kwaliteit van leven voor mensen van alle leeftijden die ongeneeslijk ziek zijn of voor wie het levenseinde door kwetsbaarheid in zicht komt.
• Toekomstbestendige Ouderenzorg.
  Wie ouder wordt, kan rekenen op goede en betaalbare zorg en ondersteuning, als dat nodig is. Dat moet in de toekomst zo blijven. Ook al neemt het aantal ouderen toe en stijgt het aantal zorgverleners niet mee. Het doel van het VWS brede programma Wonen, Ondersteuning en Zorg Ouderen (WOZO) is om - samen met een groot aantal partijen in de samenleving - de zorg en ondersteuning voor ouderen toekomstbestendig te maken.

Maartje Roelofs, directeur

Taakomschrijving
De missie van DMO is: De burger participeert vanuit zijn eigen verantwoordelijkheid en eigen kracht in de samenleving. Het is onze taak gemeenten en veldpartijen in een positie te brengen zodat ze burgers effectief en efficiënt kunnen ondersteunen. Tevens werken we aan het versterken van de sociale basis en samenredzaamheid van mensen. De directie Maatschappelijke Ondersteuning is hierbij verantwoordelijk voor het stelsel van ondersteuning zoals dat in de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is vastgelegd. De gemeenten zijn hiervoor bestuurlijk en financieel verantwoordelijk.
 

Aandachtsgebieden

• Een toekomstbestendig stelsel van maatschappelijke ondersteuning
  De Wmo 2015 richt zich op ondersteuning van zelfredzaamheid en participatie. DMO ontwikkelt beleid voor specifieke doelgroepen zoals langer thuiswonende ouderen, (dreigend) dakloze mensen, mensen met een handicap, mensen met een licht verstandelijke beperking en mensen met een psychiatrische kwetsbaarheid. Mensen die daarin niet zelf kunnen voorzien, kunnen voor hulp en ondersteuning bij hun gemeente terecht: de Wmo 2015 is immers een gedecentraliseerde wet. DMO heeft de verantwoordelijkheid voor het stelsel: toezien op goede kaders (bijvoorbeeld via wet- en regelgeving en interbestuurlijk toezicht) en (voldoende) bekostiging en – in samenwerking met het veld - het verminderen van administratieve lasten.
• Sterke samenleving; versterken van de sociale basis
  Door het versterken van de sociale basis en welzijn van mensen wordt gewerkt aan de veerkracht van wijken en preventie van problematiek zoals uitval of dakloosheid. We werken met gemeenten aan een goede ondersteuning van mantelzorgers, vrijwilligers en burgerinitiatieven.
• Inclusieve maatschappij
  Met het versturen van de Nationale strategie voor de implementatie van het VN-verdrag handicap aan de Tweede Kamer (begin 2024) gaat het proces van start voor het opstellen van een werkagenda bij de belangrijke thema’s uit de strategie.
• Versterken toegang
  Een belangrijke Wmo-opgave is meer maatwerk, slimme(re) lokale oplossingen en minder schotten en een betere samenwerking tussen de domeinen. De directie MO draagt daaraan bij door bestuurlijke afspraken over gezamenlijke doelstellingen, gemeenten te ondersteunen bij het realiseren van verbeteringen in de uitvoeringspraktijk en door te zorgen dat gemeenten beschikken over de juiste kennis en informatie.
• Veilig Thuis
  De directie MO is verantwoordelijk voor Veilig Thuis (het advies- en meldpunt voor huiselijk geweld en kindermishandeling). Een aandachtspunt is het voorkomen van financieel misbruik van ouderen. Ook is DMO coördinerend in de aanpak van geweld tegen vrouwen.
• Herdenken en nooit vergeten
  Het levend houden van het verhaal van de Tweede Wereldoorlog en de ondersteuning van oorlogsgetroffenen. Belangrijke aandachtspunten hierbij zijn het 80 jaar verhaal van de Tweede Wereldoorlog en de vrijheid, de collectieve erkenning van de Indische en Molukse gemeenschap en Sinti en Roma en het bereiken van jongeren met de Holocaust.
• Eén tegen eenzaamheid
  Vermindert eenzaamheid onder alle Nederlanders door: bewustwording over eenzaamheid te vergroten o.a. door campagne en kennisontwikkeling, meer maatschappelijk initiatief tegen eenzaamheid te bevorderen o.a. door partijen in de Nationale Coalitie te activeren en alle gemeenten in Nederland te ondersteunen bij hun lokale aanpak eenzaamheid. Gemeenten worden financieel ondersteund en d.m.v. adviseurs.
• Wonen en zorg
  We zetten ons ervoor in dat mensen met een beperking of met psychische of psychosociale problemen en alle ouderen, met passende ondersteuning en zorg, zo lang mogelijk zelfstandig kunnen wonen. We hebben daarbij aandacht voor mensen die uitstromen uit een intramurale setting. Samen met BZK en stichting WOZnet zetten we in op realisatie van voldoende geschikte woningen.

Kjille Lammertsma | directeur

Taakomschrijving
De directie Zorgverzekeringen voelt zich verantwoordelijk voor en draagt bij aan het toekomstbestendig houden van de zorg. We doen dat vanuit het perspectief van de verzekerde en vanuit onze kennis en expertise van de werking van de Zorgverzekeringwet (Zvw) en de Wet langdurige zorg (Wlz). De directie Zorgverzekeringen levert een wezenlijke bijdrage aan de goede werking van de zorgverzekeringswetten en het vergroten van de samenhang tussen de domeinen.

Aandachtsgebieden

• Wat is verzekerde zorg?
  De directie Z is verantwoordelijk voor de aanspraak op verzekerde zorg zoals vastgelegd in de Zvw en de Wlz. Bijvoorbeeld: de aanspraak op huisartsenzorg, medisch-specialistische zorg, geneesmiddelenzorg en langdurige zorg. Hieronder vallen onderwerpen als omvang van het verzekerde pakket, passende zorg, dure geneesmiddelen en preventie in de zorg. Daarom trekt de directie ook de jaarlijkse aanpassing van het basispakket van de Zorgverzekeringswet. Ook zijn we verantwoordelijk voor de aanspraak op zorg over de grens, waarbij verschillende regels gelden voor de EU, landen waar Nederland een sociaal zekerheidsverdrag mee heeft gesloten en andere landen.
• Wie zijn verzekerd?
  De directie houdt verzekeraars scherp op hun plicht iedereen te accepteren voor de basisverzekering (acceptatieplicht). Hieronder vallen ook onderwerpen als niet-verzekerd zijn, wanbetalers en schuldenproblematiek.
• Wat betalen mensen voor de zorg(verzekering)?
  Dit betreft de ontwikkeling van de premie, het eigen risico, eigen betalingen(over domeinen heen), zorgtoeslag en de gevolgen voor het gebruik van zorg en ondersteuning. Het gaat zowel om de Zvw als de Wlz.
• Hoe wordt verzekerd?
  Hieronder vallen thema’s als het contracteringsproces, wachtlijsten en hoe verzekeraars bijdragen aan een ander zorglandschap. Het gaat hierbij zowel om de inkoop door verzekeraars in de Zvw als door zorgkantoren in de Wlz.
• Hoe functioneert de zorgverzekeringsmarkt?
  Wat is de verhouding tussen zorgaanbieders, verzekerden en verzekeraars? Hoe kunnen verzekeraars zich onderscheiden (polis-aanbod, overstapseizoen)? Wat is de ontwikkeling van premies, reserves en resultaten van verzekeraars?
• Hoe bevorderen we een gelijk speelveld tussen verzekeraars?
  We willen dat verzekerdenpopulaties even aantrekkelijk zijn voor verzekeraars, of het nu gezonde jongeren zijn of chronisch zieke ouderen. Het risicovereveningsmodel is de motor onder het stelsel en zorgt voor risicosolidariteit tussen gezond en chronisch ziek.
• Samenwerking in de regio tussen verzekeraars, zorgkantoren en andere ketenpartijen, zoals gemeenten.
  Regionale samenwerking en zorgvernieuwing zijn onderdeel van een brede beweging waarin alle partijen samen werken aan een transitie, in alle domeinen en over de domeinen heen. De directie Zorgverzekeringen coördineert dit.
• De directie Z is accounthouder voor het Zorginstituut, het CAK, de SKGZ, de aangewezen zorgverzekeraars die verantwoordelijk zijn voor de vergoeding van medische zorg van verzekerden uit het buitenland die tijdelijk in Nederland verblijven (orgaan van tijdelijk verblijf, Zilveren Kruis), respectievelijk wonen (orgaan van de woonplaats, CZ). Ook onderhoudt de directie op reguliere basis de contacten met de Zorgverzekeraars en Zorgverzekeraars Nederland (ZN).