Programma Vereenvoudiging Inkomensondersteuning voor Mensen (VIM)

Het kabinet wil het stelsel van inkomensondersteuning (zoals uitkeringen en toeslagen) eenvoudiger maken. Voor veel mensen is het huidige stelsel veel te ingewikkeld. Dat leidt er onder andere toe dat mensen geen gebruik maken van de inkomensondersteuning waar zij wel recht op hebben en die ze vaak ook hard nodig hebben. Met het programma Vereenvoudiging Inkomensondersteuning voor Mensen (VIM) onderzoeken de betrokken overheidsorganisaties hoe de inkomensondersteuning eenvoudiger en begrijpelijker kan. Daarbij kijken ze zowel naar de korte termijn als de middellange- en de lange termijn.

Over het programma

Het programma VIM is een samenwerking tussen de ministeries van SZW, Financiën, VWS, OCW en BZK, de publieke dienstverleners UWV, Dienst Toeslagen, Belastingdienst, SVB en DUO en gemeenten (via VNG en Divosa). Het programma is op 1 juli 2023 gestart en loopt tot de zomer van 2025.

Waarom is dit programma nodig?

De Nederlandse overheid heeft veel regelingen om mensen die dat nodig hebben, te ondersteunen in hun inkomen. Het gaat om uitkeringen, toeslagen en gemeentelijke regelingen. Dit stelsel is steeds verder gegroeid en voor veel mensen inmiddels te ingewikkeld geworden. Mensen lopen er daarom regelmatig in vast. Het is lastig om het overzicht te hebben en te weten waar je wat kunt aanvragen. Soms werken de regelingen ook onvoorspelbaar op elkaar in. Daarnaast zijn veel mensen door de kans op terugvorderingen bang dat ze geld moeten terugbetalen. Dit alles zorgt ervoor dat mensen soms geen inkomensondersteuning aanvragen terwijl ze hier wel recht op hebben. Of dat mensen huiverig zijn om (meer) te gaan werken omdat zij niet goed kunnen overzien of zij er dan wel op vooruitgaan.

Wat gaan we doen?

Het programma werkt tegelijk aan voorstellen voor korte, middellange en lange termijn. 

Korte termijn

Op korte termijn gaat het programma onder andere aan de slag met:

  • Veel geld kwijt aan zorg, wonen en vervoer
    Mensen met een beperking zijn soms veel geld kwijt aan zaken als zorg, wonen en vervoer. In combinatie met een laag inkomen en ingewikkelde regelingen kunnen zij nu onder het bestaansminimum terechtkomen.
  • Terugbetalen van te veel ontvangen uitkering
    Dit gebeurt bijvoorbeeld als mensen halverwege het jaar meer gaan verdienen, en eerder ontvangen uitkering terug moeten betalen. Door een nabetaling van een uitkering kunnen ook problemen ontstaan zoals uitkeringsbedragen die bruto worden teruggevorderd, terwijl mensen deze bedragen netto ontvangen.
  • Stapeling van regelingen
    Huishoudens krijgen soms te maken met een stapeling van regelingen bij UWV en gemeente om tot sociaal minimum te komen. Dit leidt tot een administratieve last en tot niet-gebruik.  

Middellange termijn

  • Harmoniseren begrippen
    Begrippen zoals “vermogen”, “inkomen” en “partner” hebben in de wetten en de uitvoering rond inkomensondersteuning vaak een verschillende betekenis. Dit is verwarrend en kan voor problemen zorgen. Het programma werkt daarom aan een voorstel om de begrippen over partnerschap, inkomen en vermogen zoveel mogelijk op elkaar af te stemmen.

    Dit zorg voor meer duidelijkheid voor mensen die gebruik maken van de verschillende regelingen, maar ook voor de uitvoeringsorganisaties. Het programma begint met een analyse van de begrippen in de verschillende wetten waar de verschillen mogelijk een probleem opleveren. Daarna volgen voorstellen voor meer eenduidig gebruik van begrippen.

Lange termijn

Voor de lange termijn ontwikkelt het programma een plan met verschillende varianten die allemaal  fundamentele en realistische veranderingen met zich meebrengen. Hiervoor kijkt het programma onder andere naar onderzoeken en goede voorbeelden in andere landen. Maar ook naar lopende projecten die bezig zijn met het eenvoudiger maken van de regels.

Een begrijpelijker en eenvoudiger stelsel is niet van de ene op de andere dag geregeld. Hiervoor zijn naar verwachting meerdere kabinetsperiodes nodig. Het is aan komende kabinetten om de varianten te bekijken en te laten uitvoeren. Eind 2024 krijgt de Tweede Kamer het eerste overzicht van de lange termijnvarianten. In het voorjaar van 2025 worden de scenario’s verder uitgewerkt.