Oproep minister Dijkgraaf: passende stagevergoeding voor álle studenten
Alle studenten die een stage lopen voor hun opleiding verdienen een passende stagevergoeding. Minister Dijkgraaf (Onderwijs) roept de sociale partners van alle sectoren waar dat nog niet is gebeurd op om hierover cao-afspraken te maken. Deze oproep doet hij naar aanleiding van een onderzoek naar stages in het hbo dat hij vandaag naar de Kamer stuurt. Uit het onderzoek onder hbo-studenten blijkt dat met name onderwijsstagiairs meestal geen vergoeding ontvangen voor hun werkzaamheden. Dat geldt ook voor veel zorgstudenten.
Minister Dijkgraaf: “Met het stagepact mbo zijn al afspraken gemaakt met het onderwijs- en werkveld over onder meer stagevergoedingen. Ik wil kijken hoe we daar ook voor het hoger onderwijs aan kunnen werken. Sociale partners kunnen hierover cao-afspraken maken. Want elke student – mbo, hbo of wo - verdient een passende stagevergoeding. Ik vind het zorgelijk dat stagiairs in het onderwijs meestal geen vergoeding krijgen voor hun stage. Zeker in een tijd met grote personeelstekorten horen alle onderwijsstagiairs gewaardeerd te worden. En ook in de zorg is er ruimte voor verbetering als het gaat om stagevergoedingen.”
Onderzoek naar stagevergoedingen in cao’s
Dijkgraaf gaat in samenwerking met het ministerie van SZW jaarlijks onderzoeken of in de cao’s afspraken zijn opgenomen over stagevergoedingen. En om een goed beeld te hebben over de vergoedingen die worden betaald werkt hij met het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) aan een nieuwe monitor. Die moet de stagevergoedingen van mbo-, hbo- en wo-studenten jaarlijks in kaart gaan brengen.
Dijkgraaf zegt blij te zijn dat in het cao-akkoord van zowel het mbo als het hbo zèlf (afgesloten medio dit jaar) wel afspraken staan over stagevergoedingen, voor studenten die stage lopen bij een mbo- of hbo-instelling. Ook geven in sommige regio's de werkgevers in het funderend onderwijs het goede voorbeeld door stagiairs een stagevergoeding te geven. De sociale partners in het primair en voorgezet onderwijs hebben in cao-akkoord de afspraak gemaakt dat ze gaan onderzoeken hoe een stageregeling ingericht en gefinancierd zou kunnen worden. Dijkgraaf gaat ervan uit dat ze zelf stappen zullen nemen naar aanleiding daarvan.
Meerdere onderzoeken naar stages
Als onderdeel van een serie onderzoeken naar stages zijn hbo-studenten uit alle leerjaren bevraagd over stagevergoeding, -tekorten en -begeleiding. Hoewel de meerderheid van de studenten een stagevergoeding ontvangt (gemiddeld € 342 per maand), is het ontvangen van zo’n vergoeding niet binnen alle sectoren gebruikelijk. Studenten economie, techniek of ICT krijgen bijna altijd een stagevergoeding. Dit terwijl ongeveer maar 1op de 5 onderwijsstudenten een stagevergoeding ontvangt.
Verder geeft bijna 1 op de 3 hbo-studenten aan dat het bemachtigen van een stageplaats veel moeite heeft gekost. Dijkgraaf spreekt hier zijn zorg over uit. Hij wijst erop dat hogescholen de financiële middelen uit het Nationaal Programma Onderwijs (NPO) kunnen gebruiken om studenten beter te begeleiden naar een stageplek. Ook wil Dijkgraaf nader verkennen of er aanvullende afspraken nodig zijn voor betere stagebegeleiding.
Erg zorgwekkend is volgens de minister de bevinding dat met name studenten met een migratieachtergrond en vrouwelijke studenten vaker moeite ervaren met het vinden van een stageplek. Een klein deel van de respondenten ziet discriminatie als knelpunt bij het vinden van een plek. Voor hen is stagediscriminatie nog dagelijkse realiteit. Vorig jaar hebben hogescholen, universiteiten, de ministeries van OCW en SZW, studentenorganisaties en werkgevers daarom een manifest ondertekend om stagediscriminatie aan te pakken. Dit komt ook terug in het stagepact mbo. Studenten moeten op zo’n manier worden begeleid dat iedereen een gelijke kans heeft op een stageplek.
Het onderzoek naar hbo-stages is onderdeel van een serie. Om ook een beeld te krijgen van stagevergoedingen en -begeleiding van studenten in het wetenschappelijk onderwijs, zal voor het 3e en tevens laatste onderzoek de scope worden uitgebreid met wo-studenten.