Overheden bundelen krachten op gebied van circulariteit

Overheden gaan nog beter samenwerken om kansen rondom circulariteit beter te benutten. Daarover hebben ze afspraken gemaakt op de Nationale Conferentie Circulaire Economie in Leeuwarden.

De Rijksoverheid, provincies, gemeenten en waterschappen ondertekenden donderdag de overeenkomst Krachtenbundeling Circulaire Economie. Staatssecretaris Chris Jansen (Openbaar Vervoer en Milieu) zette zijn handtekening namens de Rijksoverheid.

Kansen voor innovatie

In een circulaire economie worden spullen die vaak als afval worden gezien, hergebruikt en worden materialen gerecycled. Zo zijn er minder nieuwe grondstoffen nodig en verkleinen we onze afhankelijkheid van andere landen, onder meer op het gebied van kritieke grondstoffen. Ook biedt circulariteit kansen voor Nederlandse ondernemers om te innoveren en voor hun verdienvermogen.

Het kabinet wil dat de economie in 2050 volledig circulair is. Samenwerking met andere partijen, zoals medeoverheden, het bedrijfsleven en consumenten is hiervoor essentieel. De overeenkomst die werd getekend zal hieraan bijdragen.

Effectiever samenwerken

Met deze samenwerking zorgen de verschillende overheden ervoor dat publiek geld efficiënter besteed wordt, doordat dubbel werk voorkomen wordt. Beleidsmaatregelen worden beter op elkaar afgestemd. Denk bijvoorbeeld aan gezamenlijke principes voor circulair inkoopbeleid, wat duidelijkheid en voorspelbaarheid geeft voor marktpartijen. Ook gaan de partijen samen meer kennis ontwikkelen én delen op het gebied van de circulaire economie. Bijvoorbeeld rond vergunningverlening.

Staatssecretaris Jansen: “Door het ondertekenen van de overeenkomst Krachtenbundeling Circulaire Economie zetten Rijk en regio een belangrijke stap in de versnelling van de circulaire transitie. Door gezamenlijk op te trekken, kunnen we als overheden sterker en efficiënter bijdragen aan een circulaire economie in Nederland. Een economie die bijdraagt aan onze strategische onafhankelijkheid en waar Nederlandse ondernemers een goede boterham mee kunnen verdienen, zowel nu als in de toekomst.”

Friso Douwstra, portetfeuillehouder Circulaire Economie namens het Interprovinciaal Overleg: “De Nederlandse provincies behoren tot de meest concurrerende regio’s van Europa. Het kabinet heeft de ambitie om deze positie verder te versterken. Als provincies zien we de commerciële kansen van de circulaire economie in de regio. Of het nu gaat om grondstoffenbesparing, slimmere ketensamenwerking of nieuwe businessmodellen: circulariteit is handel! Door als overheden onze krachten te bundelen, kunnen we onze regio’s, bedrijven en ondernemers beter ondersteunen en stimuleren in deze transitie, zodat zij nog concurrerender worden.”

Maaike Veeningen, wethouder gemeente Almere, namens de VNG-commissie EKEM: “Gemeenten zijn cruciale spelers in de transitie naar een circulaire economie. Zij zetten zich al volop in, maar niemand kan deze transitie alleen realiseren. Door de krachten te bundelen, werken we slimmer, voorkomen we dat we het wiel opnieuw uitvinden en kunnen we samen schaal bereiken. Samenwerking is de sleutel om circulaire ambities om te zetten in concrete resultaten. Nu gaan we aan de slag!”

Sander Mager, vice-voorzitter van de Unie van Waterschappen: “Als waterschappen kunnen we op termijn ons werk niet meer doen als de transitie naar een circulaire economie stokt. We hebben veel materialen nodig om dijken, gemalen en zuiveringsinstallaties te bouwen en onderhouden. Die materialen worden duurder en schaarser. Het is essentieel dat we als overheden onze inkoopkracht bundelen en massa maken richting marktpartijen voor meer hergebruikte en biobased materialen. Waterschappen dragen zelf ook bij, bijvoorbeeld door het terugwinnen van grondstoffen uit rioolwater en door bagger en maaisel van dijken in te zetten voor biobased materialen.”