Rutgers: Op de bres voor meer gelijkheid en keuzevrijheid, juist nu
Ministeries
Vrijwel iedereen krijgt in zijn leven te maken met keuzes op het gebied van relaties en seksualiteit. Om deze keuzes bewuster te kunnen maken werkt Rutgers zowel nationaal als internationaal aan seksuele gezondheid. Britt Krabbe draagt als International Program Officer bij Rutgers bij aan een wereld waarin iedereen zijn/haar eigen keuzes op een veilige manier kan maken. Welke impact heeft Covid-19 op het werk van Rutgers?
‘Ik hou mij voornamelijk bezig met het programma Prevention+, een vijfjarig programma dat actief is in Oeganda, Rwanda, Indonesië en Libanon. Het richt zich op gelijkwaardige relaties en het tegengaan van gender gerelateerd geweld (gender based violence).
We werken met vrouwen en meisjes, maar juist ook met mannen en jongens aan de oorzaken die leiden tot het geweld. Jongens en mannen zijn namelijk onderdeel van het systeem dat geweld legitimeert. We werken met dit programma aan het veranderen van sociale normen, wat een uitdaging kan zijn. Mijn ervaring is dat als je daaraan voorbij zou gaan, je niet de grondoorzaken aanstipt hoe geweld tot stand komt.'
Gelijkheid binnen gezinnen
‘Ik ben onder andere in Oeganda geweest om in gesprek te gaan met jongeren die op hun school les krijgen over gendernormen, machtsverhoudingen en ongelijkheid en hoe jongeren een positief verschil kunnen maken.
Het raakte me toen een jongen van 14 vertelde dat hij lange tijd als oudste zoon het enige kind was van het gezin dat naar school ging. Aan de hand van de lessen die hij kreeg over gelijkheid is hij met zijn ouders in gesprek gegaan. Nu gaan alle kinderen, dus ook de dochters, in het gezin naar school. Het is een klein voorbeeld, maar wel iets dat heel concreet is en dat je bijblijft.’
Gevolgen door Covid-19
‘Binnen ons Prevention+ programma kan een deel van de activiteiten die gepland staan voor 2020 niet doorgaan zoals gepland. Maar juist in tijden van social distancing is het extra belangrijk om gendergerelateerd geweld in gezinssituaties tegen te gaan. Waar mogelijk worden activiteiten verschoven naar online platforms.
We zoeken ook naar andere manieren om de doelgroep te bereiken nu landen waar Prevention+ actief is in een lockdown zitten. Dit doen we bijvoorbeeld door het opzetten van campagnes die mensen bewust maken van de link tussen social distancing en een vergroot risico op gendergerelateerd geweld.
In deze campagnes verwijzen we naar manieren waarop mensen hulp kunnen zoeken, waarbij het “do no harm principle” centraal staat. Een mogelijke manier van hulp waar veel lokale partners mee werken zijn telefonische of online counselling sessies, waarbij slachtoffers van geweld in contact staan met professionele hulpverleners die de context goed kennen. Dergelijke hulplijnen zetten een aantal lokale partners tegelijkertijd ook op om hulp te kunnen bieden aan mannen om te voorkomen dat zij geweld gebruiken in hun gezinssituatie.’
Samenwerking
‘Je zou Rutgers kunnen zien als een belangrijke schakel tussen het ministerie van Buitenlandse Zaken en lokale organisaties. De samenwerking met lokale Non Governmental Organizations (NGO’s) is de basis van ons internationale werk. Zij kennen de context het beste en staan in goed contact met de doelgroep. Het is belangrijk dat de gestelde doelen aansluiten bij wat er lokaal speelt en nodig is.
Het ministerie van Buitenlandse Zaken is een hele belangrijke gesprekspartner, waarbij we het niet noodzakelijk altijd met elkaar eens te hoeven zijn. We gaan in gesprek over onze verantwoording, ontmoeten elkaar bij (internationale) evenementen en werken samen via sociale media.’