Inleidend statement persconferentie na ministerraad 2 december 2022
Inleidend statement van minister-president Rutte tijdens de wekelijkse persconferentie na afloop van de ministerraad. Met daarin onder meer aandacht voor de situatie in Oekraïne en een vooruitblik op de EU-Westelijke Balkantop van aanstaande dinsdag. Bekijk de hele persconferentie via YouTube. Of lees de letterlijke tekst van de persconferentie.
Minister-president Rutte: Goedemiddag. Ja, goed jullie te zien. Ik wil beginnen met een paar opmerkingen te maken over de verschrikkelijke situatie in Oekraïne. Ik heb afgelopen maandag weer gesproken met Volodimir Zelenski, de president, en uiteraard ook vandaag in de ministerraad was dit weer onderwerp van gesprek. De wrede luchtaanvallen van Rusland, die gaan door. Iedere dag zitten Oekraïense burgers op dit moment in angst en er vallen heel onschuldige slachtoffers en miljoenen Oekraïners zitten zonder stroom, zonder water en ook zonder verwarming. En zeker met de invallende winter, inmiddels al zo’n beetje ingevallen winter is dat een grote reden tot zorg.
Het is duidelijk dat Rusland deze winter gebruikt als een wapen en dat is onacceptabel. We moeten er alles aan doen om Oekraïne te helpen om de gevolgen hiervan zo goed mogelijk op te vangen. Dat is natuurlijk militair, daar gaan we ook mee door, met spullen leveren. Maar ook humanitair, door het sturen van hulpgoederen, bijvoorbeeld generatoren en door steun bij het herstellen van oorlogsschade, zeker aan de, wat dan heet, de vitale infrastructuur. Ook blijven we als Nederland helpen bij het doen van onderzoek naar mensenrechtenschendingen en oorlogsmisdaden zodat de daders vervolgd kunnen worden voor de wreedheden die nu, op dit moment, in Oekraïne worden begaan. Duidelijk is dat we alles op alles moeten zetten om de Oekraïners te helpen in deze moeilijke tijden. We mogen hen letterlijk en figuurlijk niet in de kou en het donker laten zitten.
De situatie in Oekraïne zal zonder twijfel ook op de agenda staan van de top aanstaande dinsdag op de Westelijke Balkan in Tirana. Landen in deze regio hebben vaak heel direct te maken met de gevolgen van de Russische invasie van Oekraïne, bijvoorbeeld omdat ook zij geraakt worden in hun energievoorziening. En bijvoorbeeld om dat ze hulp van Europa nodig hebben, ook op het terrein van hun verdediging. Daarom is het ook zo belangrijk dat de Europese Unie bijspringt, onder meer met een recent steunpakket voor de energie-infrastructuur. Want wat we willen voorkomen is dat de aanhoudende Russische agressie in Oekraïne leidt tot meer instabiliteit, ook in die regio.
Op deze top zullen we zonder twijfel ook spreken over een gevoelig onderwerp, namelijk migratie. We zien dat de instroom van irreguliere migratie in Europa de laatste tijd weer sterk toeneemt en dat gaat in belangrijke mate via de zogenaamde Westelijke Balkanroute en dat is zorgwekkend. Voor Nederland, maar ook voor alle andere Europese landen die daarmee te maken hebben en dat is ook deels de verklaring van de hoge instroom in dit land. Dat vraagt om een internationale aanpak om deze aantallen zo goed mogelijk te beperken. Dat moeten we doen binnen de Europese Unie, maar ook in samenwerking met deze transitlanden op de Westelijke Balkan. Daarbij is het bijvoorbeeld van belang dat de Westelijke Balkanlanden zich aansluiten bij het EU-visumbeleid en dat we goed samenwerken aan de terugkeer van irreguliere migranten naar hun landen van herkomst. Deze top is daarom ook bij uitstek een gelegenheid om deze zaken te bespreken en dat zal ik dan ook namens Nederland zeker doen.
Dan, tot slot, kent u het besluit van de Nederlandse regering dat wij het wereldkampioenschap voetbal in Qatar gaan winnen. Dat is geen belofte, maar een mededeling. Wij kijken nu uit naar de achtste finales van het Nederlands elftal morgen tegen de Verenigde Staten. Als kabinet zullen wij naar deze wedstrijd geen afvaardiging afvaardigen, we zullen wel naar de finale gaan met een goede delegatie. Voor de tussenliggende wedstrijden na morgen, er komen er nog twee voor de finale na morgen, zullen we per keer kijken of we gaan. In principe niet, maar we kijken wel wat andere landen, onze tegenstanders, wie zij afvaardigen op regeringsniveau, en dan kan het zijn dat wij ook gaan. Maar in principe gaan we alleen naar de finale.