Inleidend statement persconferentie na ministerraad 17 april 2020
Inleidend statement van minister-president Rutte tijdens de wekelijkse persconferentie van 17 april 2020 over de aanpak van het coronavirus. Bekijk de hele persconferentie via YouTube. Of lees de letterlijke tekst van de persconferentie.
Minister-president Rutte:
Goeiemiddag. Vandaag in de ministerraad natuurlijk ook gesproken over de situatie rondom corona en de situatie nu in Nederland. En ik denk dat we met z’n allen kunnen vaststellen dat we ons met het merendeel houden aan de adviezen, aan de noodzakelijke maatregelen, zelfbeheersing, gezond verstand. Dus dat is op zichzelf denk ik goed nieuws. Tegelijkertijd ook vandaag weer besproken dat dat natuurlijk, dat geldt voor de leden van de ministerraad zoals dat voor 17 miljoen mensen geldt, natuurlijk ook voor ieder van ons persoonlijk ingewikkeld is, veel vraagt. Ouders die thuiswerken en tegelijkertijd moeten helpen bij thuisonderwijs, ondernemers die vrezen voor het voortbestaan van hun bedrijf, maar ook al die mensen in cruciale beroepen, vitale beroepen die zich de hele dag inzetten voor onze samenleving. En uiteraard daarnaast de grote kwestie van het beschermen van onze ouderen en tegelijkertijd de zorgwekkende berichten over de verpleeghuizen en het ook beheersbaar houden van de situatie in de zorg en tegelijkertijd ook weer daar het feit dat op dit moment mensen niet bezocht kunnen worden in de verpleeghuizen, wat natuurlijk ook weer ingrijpend is voor wie dat betreft. Tegelijkertijd zie je wel ook daar weer dat er een eerste voorzichtig effect nu is van alle maatregelen. Dat zien we onder andere natuurlijk terug nu in een iets afvlakkende stijging van het aantal ziekenhuisopnames, we zien het in een iets afbuigend aantal mensen dat op de intensive cares ligt en tegelijkertijd is dat aantal nog steeds heel hoog.
Het is nu wel zo dat we aan het kijken zijn met de ziekenhuizen wat dat betekent ook om de reguliere zorg weer te hervatten. Ik wil eerst nog een keer hier gezegd hebben: ook tijdens de hoogste piek op het gebied van corona, nu ongeveer een week geleden op de IC, was er gewoon – tussen aanhalingstekens, want zo gewoon is het niet – was er ruimte voor mensen die bijvoorbeeld vanwege hartklachten of andere omstandigheden aangewezen zouden zijn op ziekenhuiszorg of erger nog, aangewezen zouden zijn op een plek op de intensive care. Die ruimte is er en ik wil het nog een keer herhalen: als iemand denkt ‘vanwege de problemen met corona en de enorme druk die dat op de ziekenhuizen legt, meld ik mij niet bij de huisarts met ernstige klachten’, doe dat alsjeblieft wel. Ga wel naar de huisarts, die stuurt je wel door naar het ziekenhuis als dat nodig is, er is plek in het ziekenhuis daarvoor, er is plek op de IC’s daarvoor. Dat is de acute zorg, bijvoorbeeld bij ernstige hartklachten en andere ernstige aandoeningen, hersenbloedingen et cetera. Echt cruciaal dat dat wel gebeurt, dat mensen dan niet thuisblijven, dat ze ook hun medicijnen ophalen bij de apotheken. Ook daar zijn signalen van dat dat niet altijd gebeurt, dat mensen zeggen: laat ik maar niet naar de apotheek gaan, die heeft het al zo druk. Ook te organiseren is natuurlijk dat medicijnen eventueel worden thuisgebracht. Maar dat is de acute zorg, die was ook de afgelopen weken gelukkig, naast die enorme druk die er op de ziekenhuizen lag, mogelijk. Waar we nu naar kijken is ook heel voorzichtig weer de reguliere zorg te kunnen hervatten, omdat dat ook zo belangrijk is. Je kunt niet eindeloos natuurlijk bepaalde operaties of bepaalde ingrepen uitstellen. Tegelijkertijd daar ook weer belangrijk te kijken naar: wat kunnen de zorgverleners aan? Die hebben een enorme prestatie geleverd en leveren die nog steeds iedere dag. Dus waar nu weer een klein beetje ruimte komt, ook weer voor reguliere zorg, dus planbare operaties en wat dat eventueel ook zou vragen aan capaciteit op de intensive cares, dan wordt er natuurlijk heel goed gekeken nu in de snelheid waarmee je dat kunt opschalen, wat ook de zorgmedewerkers daar nu nog kunnen verstouwen. En laten we ons echt realiseren: daar wordt nog steeds zo’n topprestatie geleverd. Maar ook de verdubbeling van de IC-capaciteit heeft zo veel gevraagd, dat we dat heel zorgvuldig moeten doen en ook moeten kijken hoe we dat dan verdelen over het land. De Nederlandse Zorgautoriteit zorgt daar voor een goede coördinatie, zodat niet mensen in een streek in Nederland waar minder druk op de IC’s is eerder kans hebben op een planbare operatie dan mensen in andere delen van Nederland. Dat is een heel zorgvuldig proces, maar het is belangrijk dat we daaraan werken.
Dan leeft iedereen in Nederland natuurlijk, merk ik in Nederland, toe naar: wat gebeurt er volgende week met het oog op al of niet verlenging van de maatregelen na 28 april? En ik kan daar uitvoerig gaan herhalen wat ik ook in de persconferentie daar, ik dacht was het woensdag, eergisteren over gezegd heb. Ik snap, ikzelf ook: iedereen snakt naar een versoepeling van de maatregelen. Maar gegeven hoe de cijfers zich ontwikkelen, ook vandaag weer een heel aanzienlijk aantal overleden mensen, helaas heel triest, ook weer toch een fors aantal mensen opgenomen in de ziekenhuizen, de IC-capaciteit, de druk op de IC’s neemt iets af, maar er is echt op dit moment nog geen ruimte om ineens te denken dat we volgende week met het oog op 28 april alles kunnen laten vieren. Je hoopt dat er iets ruimte is om een paar punten weer iets versoepeling aan te brengen, maar het is ook nog onzeker of dat kan. Dus dat gaan we echt heel zorgvuldig bezien. En in dat opzicht is mijn oproep echt aan Nederland: houd vol. En dat zal, ook al zal er iets mogelijk zijn volgende week met het oog op 28 april, ook na 28 april gewoon nog steeds gelden. Al zou er enige verruiming zijn, dan nog steeds zal de hoofdboodschap blijven: hou vol. Want het is niet zo dat we ineens allemaal weer de straat op kunnen. Ik vraag in dat opzicht, nadat we bij Pasen aandacht hebben gevraagd natuurlijk voor de risico’s van grote groepen mensen op straat, vraag ik dat nu ook richting volgende week waar het betreft de Ramadan. Ook een periode waarin mensen normaal gesproken elkaar opzoeken, bijvoorbeeld tijdens de dagelijkse iftar. En ik vraag alle moslims in Nederland om ook dit moment van de dag thuis, met het gezin of hoe dan ook, door te brengen. Het is echt van groot belang. Hoe moeilijk het ook is, houd je ook tijdens de Ramadan aan de voorschriften. We moeten dit echt samen doen. En ik weet dat moskeeën en andere maatschappelijke organisaties, ook waar het betreft de moslimgemeenschap in Nederland, daar heel actief mee bezig zijn en dat waardeer ik enorm.
Nogmaals, volgende week persconferentie, zal dat vermoed ik dinsdag zijn, met: hoe gaan we om met de situatie na 28 april? De ankerpunten die we eergisteren hebben genoemd zijn daarbij leidend: de druk op de zorg, de bescherming van ouderen en mensen met een zwakke gezondheid, maar ook zicht op en inzicht in de verspreiding van het virus. Dat zullen belangrijke ankerpunten zijn om te kijken of er enige versoepeling mogelijk is. Maar dan nog steeds zal dat geen alternatief zijn voor de anderhalvemetersamenleving, daar zitten we nu in en daar zullen we echt nog lang mee te maken hebben. En daarom is het ook zo belangrijke dat iedereen blijft nadenken hoe in zijn of haar sector, als die al open is, denk aan de detailhandel: hoe kun je ervoor zorgen dat je die anderhalve meter daar zo goed mogelijk vorm geeft? Maar ook aan sectoren die nu gesloten zijn en misschien iets verlichting richting 28 april en anders hopelijk later: bereid nu wel vast voor hoe dat in jouw sector eruit zou zien. En dat gaat dus van cafés en restaurants en terrassen tot en met de strandtenten maar ook de theaters, de scholen, de musea, de recreatiesector et cetera et cetera.
Dan tot slot wil ik echt voor één punt aandacht vragen en dat is dat inmiddels veertien zendmasten in Nederland in de afgelopen tijd, daar is brandgesticht. En daar heeft Ferd Grapperhaus namens het kabinet al over gezegd dat dit letterlijk, letterlijk levensgevaarlijk is en ik wil dat hier herhalen. Het is letterlijk levensgevaarlijk, omdat behalve dat wij misschien daardoor niet onze eigen telefoontjes op dat moment kunnen doen in zo’n regio waar zo’n zendmast belangrijk, veel erger nog is dat dit direct onze hulpdiensten raakt. Het raakt direct de noodoproepen en de gevolgen kunnen dus letterlijk gevolgen van leven of dood zijn. Dus ik herhaal hier de woorden van Ferd Grapperhaus: dit is letterlijk levensgevaarlijk. Dit raakt niet alleen onze iPhonetjes of wat we ook allemaal voor spullen hebben, het raakt ook gewoon onze hulpdiensten en dat is zeer ernstig, letterlijk levensgevaarlijk. De politie doet er alles aan om de daders op te sporen en ze te kunnen berechten en nogmaals, stop hiermee. Dit is echt van groot belang, dit is echt letterlijk levensgevaarlijk, al helemaal nu in een tijd waarin er zo veel druk ligt op onze hulpdiensten is dit totaal onacceptabel. Dat wou ik echt nog even ook hier naar voren brengen.