Toespraak staatssecretaris Paul bij uitreiking Geschiedenisdocent van het Jaar

Op zaterdag 5 oktober 2024 hield staatssecretaris Paul  (OCW)een toespraak bij de uitreiking van Geschiedenisdocent van het Jaar in het Rijksmuseum in Amsterdam. 

Het gesproken woord geldt.

Goedemiddag allemaal.

We zijn vandaag bij elkaar gekomen om geschiedenis te schrijven. Want straks wordt voor de tiende keer de Geschiedenisdocent van het Jaar gekozen.

Ik ben ontzettend benieuwd wie de winnaar zal zijn. En ik gok de rest van de zaal ook. Toch?

Een goede geschiedenisleraar is zo belangrijk. Want dat is iemand die je van alles leert over het verleden, en hoe dat het heden heeft gevormd. Die je bijvoorbeeld meer bijbrengt over onze democratie, over hoe je het beste historische bronnen kunt lezen of feit van fake news kunt onderscheiden.

Geschiedenis raakt ons allemaal. Daarom is het belangrijk dat we jongeren kennis van het verleden meegeven. Dat de bouwstenen van ons bestaan van generatie op generatie gaan.

Terwijl ik hier sta, moet ik denken aan Puntje. Zo noemden mijn klasgenoten en ikzelf onze geliefde geschiedenisdocent op de middelbare school. Het was de bijnaam van meneer Van ’t Hooft, die zo werd genoemd vanwege een wratje in zijn gezicht.

Puntje was een prototype geschiedenisleraar: hij kon meesterlijk vertellen en wist haast moeiteloos de historie in woorden te vangen. Het leek wel alsof hij de hele klas in een tijdmachine zette, en meenam op een reis langs grote gebeurtenissen uit de geschiedenis.

Dat is een geweldige gave, die we absoluut niet moeten onderschatten. Een gave die jullie, Hidde, Joke en Wim, bezitten. Jullie zijn de 'puntjes' van jullie leerlingen. Nee, dat dekt de lading niet. Ik zou jullie eerder de lichtpunten van jullie leerlingen noemen.

Want zij waarderen jullie enthousiasme, passie en creativiteit, waarmee jullie de geschiedenis tot leven weten te wekken. Jullie laten je licht schijnen op de mooie én minder mooie kanten van het verleden, zodat jullie leerlingen er in het heden lessen uit kunnen trekken. En we hopelijk in de toekomst niet in herhaling vallen. 

Jullie weten de liefde voor de geschiedenis aan te wakkeren bij jullie leerlingen. En ze benieuwd te maken naar het verleden.

Dat doen jullie allemaal op je eigen, unieke manier. En wie weet dat beter dan jullie eigen leerlingen. Laat ik daarom hun woorden gebruiken om uit te leggen waarom jullie zulke geweldige geschiedenisdocenten zijn.

Hidde, dan begin ik bij jou. Jouw leerlingen roemen je betrokkenheid, geduld én je humor. Regelmatig loop je met een helm op door het klaslokaal, om de geschiedenis net wat meer tot leven te wekken.

Joke, jouw leerlingen kijken altijd halsreikend uit naar wat je meeneemt naar de les. Dat kan van alles zijn: flashcards, een pop-up-boek of een werkende miniatuurstoomtrein. Spullen waarmee jij het verleden tastbaar maakt.

Wim, jouw leerlingen noemen je ‘echt de beste’. Want jij zit niet stilletjes een boek voor te lezen in de klas. Nee, jij laat al toneelspelend zien hoe het eraan toeging in de Eerste Wereldoorlog. Een les die een aantal van jouw leerlingen nooit meer zal vergeten.

Beste mensen,

Ik denk dat de jury er een zware kluif aan heeft om een winnaar aan te wijzen. In mijn ogen hebben jullie alle drie allang gewonnen. Sterker nog: ik vind dat deze prijs geldt voor alle geschiedenisdocenten. Want jullie hebben allemaal ontiegelijk belangrijk werk. Samen houden jullie de geschiedenis levend voor jullie leerlingen. Houden jullie de historie actueel.

En dat is elke dag weer belangrijk.

Dank jullie wel!