Toespraak staatssecretaris De Vries congres Scherp in Veiligheid

Toespraak van staatssecretaris De Vries op het congres Scherp in Veiligheid, op 20 juni 2024 in Thialf Heerenveen.

Goedemiddag. Goed om hier te zijn. Een bijzondere plek, voor mij als Fries. Het is dan wel geen Leeuwarden, waar ik vandaan kom, maar toch…

Mooi en belangrijk dat jullie de hele dag aandacht hebben besteed aan het onderwerp veiligheid. Als staatssecretaris verantwoordelijk voor de Douane gaat dat onderwerp mij aan het hart. Zo maak ik mij hard voor de bestrijding van ondermijnende criminaliteit. Ik hoef u niet te vertellen waarom dat belangrijk is. U weet misschien wel beter dan ik waarom dat nodig is en hoe de dagelijkse praktijk eruit ziet als het gaat om de bestrijding van ondermijnende criminaliteit.

Als ik het goed heb begrepen is het onderwerp Douane vandaag nog niet veel aan de orde geweest. Fijn dat ik daar nu wel wat over kan delen. Want de Douane is een cruciale schakel. De Douane kan drugs en grondstoffen hiervoor aan de grens onderscheppen en op die manier voorkomen dat die in het binnenland terecht komt en dat u met de consequenties ervan te maken krijgt. Dan denk ik bijvoorbeeld aan de drugslabs in het binnenland. Sinds 2017 heeft de politie 16 drugslabs aangetroffen in Friesland. Een drugslab kent grote risico’s. Dan denk ik aan de ontploffing van een drugslab in Haule twee jaar geleden, waarbij een dode viel. Jongeren worden geronseld om het vuile werk op te knappen voor een drugsbende, dat gebeurde onder meer in Wolvega. De dealers proberen ook in Friesland kwetsbare mensen, zoals minderjarigen, aan de drugs te helpen, bijvoorbeeld in Surhuisterveen. En boeren worden onder druk gezet om hun schuur te laten gebruiken door criminelen.

Ik sta stil bij een aantal belangrijke ontwikkelingen die de Douane raken. Wellicht ziet u daarin raakvlakken met uw werk, of heeft u vanuit uw werk tips, en kunnen we het daar straks met elkaar over hebben. Ter inleiding van dat gesprek wil ik graag stilstaan bij samenwerking in het binnenland, internationale samenwerking en de weerbaarheid van douaniers.

Ten eerste samenwerking in het binnenland. Nederland heeft een goede infrastructuur, met onze havens en luchthavens. Criminelen maken daar misbruik van. Dat doen ze vaak op innovatieve wijze, en ze laten zich niet belemmeren door wetten en regels. Wij moeten daarom ook waar dat kan belemmeringen in de aanpak van criminelen weghalen.

Een voorbeeld van zo’n belemmering kan zijn dat de informatie beschikbaar is bij de ene dienst, maar niet gedeeld kan worden met de andere dienst. Dat kan als er een vermoeden is van een strafbaar feit. Maar dat kan níét als er een andere goede reden is om die informatie te delen. Zo kan het de politie bijvoorbeeld helpen als ze douanegegevens gebruiken om inzicht te krijgen in welke bedrijven een bepaald soort grondstof van drugs hebben geïmporteerd, om zo mogelijke producenten van synthetische drugs in beeld te krijgen. Ik heb een wetsvoorstel ingediend om te zorgen dat de Douane vaker gegevens kan delen met politie, KMAR, FIOD en de FIU. Door gegevens te delen en te combineren kunnen de diensten hopelijk vroegtijdig strafbare feiten opsporen.

Ook op andere manieren werken diensten samen. Zo is er in de haven van Rotterdam het Hit and Run Cargo Team, het HARC team. In dat team werken de Douane, politie, het OM en de FIOD samen aan de opsporing en vervolging van grote ondermijningsonderzoeken.

Een zelfde soort samenwerking – en een zelfde soort naam – wordt gebruikt om smokkel in de post tegen te gaan. Daar is er sinds een paar maanden het Hit and Run Post Team, het HARP. Binnen dat team zetten diensten zich gezamenlijk in om te voorkomen dat Nederland als exportland wordt gebruikt voor synthetische drugs, zoals XTC.

En het laatste verband dat ik noem waarin diensten de krachten bundelen is het Combiteam Smoke. Dit is een samenwerkingsverband tussen de Douane, de FIOD en het OM. Zij onderzoeken de geldstromen en logistieke keten rond tabaksfraude. Belangrijk, omdat met illegale sigaretten vaak het kapitaal verdiend wordt waarmee andere criminaliteit gefinancierd wordt.

Ondernemers kunnen informatie hebben die waardevol is bij de bestrijding van ondermijnende criminaliteit. Daarom hebben we vorig jaar een convenant getekend met rederijen. Zo delen we signalen van verdachte activiteiten en werken we samen aan innovatieve oplossingen in de strijd tegen drugssmokkel. Op die manier kan de Douane gerichter controleren en de pakkans vergroten.

Douaniers zijn dag en nacht actief en alert in onze havens. Maar hoe goed we die ook beveiligen, criminelen zijn altijd net als water: altijd op zoek naar het laagste punt. Daarom is het ook goed om stil te staan bij het risico op het waterbed-effect. Als de haven van Rotterdam goed beveiligd is, zoeken ze een andere poort naar Europa. Daarom hebben we steeds meer aandacht voor het beveiligen van andere plekken waar criminelen de drugs naar binnen kunnen brengen. De Douane heeft steeds meer capaciteit gekregen in de haven van Vlissingen.

En ook hier in Fryslân houdt de Douane toezicht. Dat helpt tegen het zogeheten ‘dropping at sea’. Smokkelaars gooien vanaf grote zeeschepen partijen drugs overboord. Kleinere schepen pikken deze drugs op en brengen ze aan land. Om dit tegen te gaan zet de Douane hier sinds kort drones, een extra schip en camera’s in.

Dan kom ik nu bij het thema internationale samenwerking. Want het beschermen van de Nederlandse havens en kuststrook is niet genoeg. We zien dat Nederlandse smokkelaars ook de haven van Antwerpen gebruiken. Daarom werken we nauw samen met België.

Het duikteam van de Douane duikt ook in Antwerpen, we wisselen informatie uit en een Nederlandse risico-analist wordt tijdelijk ingezet bij de Belgische Douane om snel signalen te kunnen delen. Twee maanden geleden was ik in de haven van Hamburg. Ook daarmee werken we steeds meer samen.

Ook essentieel is de samenwerking met landen in Latijns-Amerika, waar de drugs vandaan komt. Want alle drugs waarvan ze daar voorkomen dat die naar Nederland vertrekken, hoeven we hier niet te onderscheppen. Het is daarom belangrijk dat we informatie uitwisselen, bijvoorbeeld over drugszendingen en modus operandi. Om daarvoor een juridische basis te krijgen hebben we een douaneverdrag gesloten met Ecuador. En om te zorgen dat we elkaar weten te vinden, zijn er in meerdere landen douaneliaisons en -attachées gekomen, die nauw samenwerken met de Douane daar. Bovendien  wisselen we scanbeelden uit met Brazilië en trainen douaniers uit bijvoorbeeld Suriname in Rotterdam.

Het laatste thema dat ik aan wil snijden, is de weerbaarheid van douaniers. Wat u ongetwijfeld zult herkennen, is dat effectieve bestrijding van criminaliteit valt of staat met inzet van onze eigen mensen. Zij houden dag en nacht ons land veilig. We moeten zorgen dat ze dit zelf ook op een veilige manier kunnen doen. Zijn douaniers bijvoorbeeld voldoende toegerust?

In België werd in november vorig jaar een grenspost van de Douane overvallen door criminelen die drugs kwamen halen. We moeten er alles aan doen om te voorkomen dat dit ook in Nederland gebeurt.

Daarom hebben we bijvoorbeeld gezorgd dat de douaniers die drugstransporten begeleiden, namelijk het Team Bijzondere Bijstand van de Douane, semi-automatische schoudervuurwapens hebben.

Misschien herkent u ook dat onze medewerkers kwetsbaar zijn voor criminelen. Als je bij de douane werkt, heb je voor criminelen vaak waardevolle informatie. Ik heb het hier vaak met douaniers over gehad. Helaas zijn er teveel voorbeelden van dat ze gevolgd worden in de auto, bij het voetbalveld van hun zoon of dochter worden aangesproken of online onder druk worden gezet. We doen er alles aan om douaniers daartegen te beschermen en ze weerbaar te maken.

Met dat doel is een bureau Veiligheid en Integriteit opgericht binnen de Douane. We zorgen er voor dat douaniers alleen bij de informatie kunnen die ze echt nodig hebben. We hebben de aanvraag van een VOG P voor nieuwe medewerkers ingevoerd, dat is een verklaring waarbij ook politiegegevens betrokken worden. Douaniers kunnen ervoor kiezen om in plaats van een naambordje een nummer op hun uniform te dragen. Douaniers van wie het voor het werk nodig is dat ze een auto mee naar huis nemen, kunnen een auto zonder strepen meenemen. Daarnaast moedigen we aan om het gesprek aan te gaan met elkaar. Meld het als je benaderd wordt door een crimineel.

Wat mij betreft zetten we nog verdere stappen. We willen toe naar continue screening van medewerkers, dat vergroot het vertrouwen in de collega’s met wie je dagelijks samenwerkt. En we willen toe naar logging van activiteiten in de systemen, zodat we kunnen zien welke douanier welke container bekijkt.

Dit is een onderwerp dat vast ook in uw werk speelt dus ik ben ook benieuwd naar uw ervaring.

Kortom: we doen heel veel om drugssmokkel tegen te gaan. Tegelijkertijd is er altijd meer nodig. Om erachter te komen wat we meer kunnen doen is, helpt het als je met elkaar het gesprek aangaat. Goed dus dat we dat vandaag hier doen. Ik ben erg benieuwd naar uw ervaringen, reflecties op mijn verhaal en vragen.

Dank u wel.