Letterlijke tekst persconferentie na ministerraad 28 maart 2025

Letterlijke tekst van de persconferentie van minister-president Schoof na afloop van de ministerraad op 28 maart 2025. Bekijk de hele persconferentie via YouTube.

Oekraïne (1)

SCHOOF

Goedemiddag. Goed u weer te zien hier, vier dagen slechts na de vorige ministerraad, afgelopen maandag. Een midweek waarin er weer veel ontwikkelingen zijn geweest op het internationaal niveau, rondom Oekraïne. Daarmee zijn we de ministerraad dan ook begonnen.

Zo hebben we onder meer gesproken over de afspraken over de Zwarte Zee die de VS dinsdag naar buiten heeft gebracht, na overleg met Oekraïne en Rusland, waarbij opvalt dat het gaat om twee separate verklaringen, die verschillend uitgelegd worden door de betrokken landen. Bovendien zien we dat Rusland extra voorwaarden heeft gesteld voor de overeenkomst zou kunnen ingaan en dat het doorgaat met zware droneaanvallen, onder meer op de haven van Mykolajiv aan de Zwarte Zee. Het valt dus te bezien of Rusland de daad bij het woord wil voegen, of dat het blijft bij ontregelen en vertragen. We moeten daarom de druk op Rusland hooghouden, om haar agressieoorlog te stoppen en sancties waar mogelijk aanscherpen. Juist na een staakt-het vuren is een sterk en modern Oekraïens leger een onvervangbare garantie voor vrede en veiligheid. Voor Oekraïne en ook voor Europa. Daar waren de landen, die gisteren bijeenkwamen in Parijs, het geheel over eens. Daarnaast moeten we vooral zorgen dat we snel kunnen schakelen, mocht er uiteindelijk een bestand of een vrede komen. Maar eventuele militaire inzet moet stoelen op een scherp afgebakend politiek mandaat en duidelijkheid over bijvoorbeeld escalatiemechanismes. Ook dat vergt de komende weken, naast militaire planning, nog nadere uitwerking. Nederland blijft daarbij nauw bij betrokken, zodat we uiteindelijk ook een weloverwogen besluit kunnen nemen of en hoe we een bijdrage kunnen leveren. Ik heb al eerder gezegd: dat gaan we heel zorgvuldig doen, met het kabinet en ook met het parlement.

EU-meerjarenbegroting

In de huidige geopolitieke context is het van belang dat we werken aan een veerkrachtige EU, die een stevige positie inneemt op het wereldtoneel. Dat begint al met een EU-meerjarenbegroting – het zogeheten MFK, Meerjarig Financieel Kader – die zich ook richt op de grootste uitdagingen waar Europa en Nederland voor staan. Wat Nederland betreft zijn dat: veiligheid en defensie, een streng migratie- en asielbeleid en versterking van het Europese concurrentievermogen. Naleving van de rechtsstaat is daarbij een belangrijk kompas. En ons uitgangspunt blijf dat de Nederlandse afdrachten aan de EU niet verder stijgen. Voor ambitieus Europees beleid hoeven we het MFK niet verder uit te breiden, maar moeten we juist scherpe keuzes kunnen maken. Met die inzet – vandaag vastgesteld in de ministerraad – gaan wij later dit jaar de onderhandelingen in, als de Commissie haar voorstellen heeft gepresenteerd. Daar komen we de komende jaren ongetwijfeld vaker over te spreken.

Minister Faber en de Spreidingswet

BREEDVELD (NOS)

Minister Faber zei vandaag ‘ik begrijp er niets meer van waarom die Spreidingswet maar niet op de agenda van de ministerraad gezet wordt’ en ze suggereerde dat we dat u maar eens moesten vragen. Hoe zit dat?

SCHOOF

Nou laat duidelijk zijn dat de Spreidingswet een belangrijke wet is. Tegelijkertijd: processen, daar ben ik ook voor als minister-president, processen moeten ordentelijk worden voorbereid en dat betekent dat het nog niet op de agenda heeft gestaan en dat ik verwacht dat het spoedig op de agenda staat.

BREEDVELD

Zij zegt ‘ik heb mijn huiswerk gedaan, ik heb de stukken klaarliggen, ik heb het ingediend’. Waar wacht u nog op?

SCHOOF

Nou, ik heb vandaag ook, vanochtend, met mevrouw Faber daar natuurlijk over gesproken. Over mijn gesprek met Faber doe ik dan verder geen mededelingen, maar één ding is helder: zodra het klaar is, dan is het klaar, om het maar Cruijffiaans te zeggen, dan gaat het ook naar de onderraad en de ministerraad.

BREEDVELD

En is het niet klaar omdat er nog geen overeenstemming is tussen minister Faber en minister Keijzer over het afschaffen van die voorrangsprocedure voor statushouders en het inrichten van doorstroomlocaties. Is dat het probleem?

SCHOOF

Nee, er was gewoon sprake van, in mijn ogen, dat het nog niet voldoende was afgestemd en dat betekent dat ik het daarom niet op de agenda heb gezet. Het heeft dus ook nog niet op de agenda gestaan. Ik heb in sommige berichten gelezen dat het van de agenda zou zijn afgehaald, daar is allemaal geen sprake van. Die afstemming vindt op dit moment gewoon volop plaats en het zal snel op de agenda komen. En laat ik nog eens, althans, laat ik duidelijk maken: mijn rol is niet om een specifiek voorstel te vertragen of niet op de agenda te zetten of juist wel op te agenda te zetten. Mijn rol is om ervoor te zeggen dat er een ordentelijk proces aan vooraf gaat en dat maakt niet uit over welk wetsvoorstel of welke nota of waar het dan ook over gaat, dat staat er los van. En dat betekent dat we in dit geval ik het noodzakelijk vond om het pas later te agenderen. En ik hoop dat het spoedig kan, want het is een buitengewoon belangrijk wetsvoorstel wat ook in het hoofdlijnakkoord en het regeerprogramma staat.

BREEDVELD

En welke afstemming ontbreekt er dan aan en op welke manier is het dan nu nog niet ordentelijk?

SCHOOF

Ja, maar dat laat ik in de boezem van het kabinet want ik heb natuurlijk vandaag ook de kranten gelezen en tot mijn grote spijt moet ik constateren dat discussies die in de ministerraad plaatsvinden op de een of andere manier terug te lezen zijn of er in ieder geval beelden over worden gewisseld in de media, dat op zichzelf vernomen, en niet dat het in de media staat, maar dat dat lekt en dat erover gesproken wordt vanuit de ministerraad of kringen rondom de ministerraad, dat is uitermate zorgelijk en daar baal ik ongelooflijk van.

BREEDVELD

En wat vindt u ervan dat minister Faber openlijk u aanvalt voor afgaand aan de ministerraad?

SCHOOF

Nou, ik vind niet dat ze mij heeft aangevallen. Ik vind dat zij haar standpunt heeft toegelicht. Ik heb daar met haar goed over gesproken en het is duidelijk, het was nog niet geagendeerd deze week.

BREEDVELD

Ja, maar goed, zij beklaagt zich openlijk, ‘ik snap er niks meer van, u moet het maar aan de premier vragen’. (Onverstaanbaar, red.)

SCHOOF

Nou, dat heb ik met haar overgesproken en zij kent mijn standpunt.

BREEDVELD

U heeft eerder natuurlijk met uw ministers gesproken over het lekken, over berichten die in de media verschijnen vanuit de boezem van het kabinet. Kennelijk helpt het niet?

SCHOOF

Nou, ik heb daar vandaag ook in het kabinet, hebben we daar met elkaar over gesproken, want behalve dat er uit de ministerraad van de afgelopen maandag beelden en verhalen aan de buiten zijn gekomen, heb ik ook geconstateerd dat uit de onderraad van de afgelopen dinsdag gelekt is met betrekking tot een stuk over de nieuwe opzet van de verkiezingen, zoals mevrouw Uitermark, minister van BZK, dat wilde voorstellen. Dus, al met al, er zijn mensen die zeggen ‘ja, je moet wennen, in Den Haag lekt nou eenmaal alles’, maar ik blijf me daartegen verzetten. En ik blijf ook de bewindslieden oproepen en ook iedereen daaromheen om de grootst mogelijke zorgvuldigheid te betrachten want alleen een ordentelijk proces en een beetje rust, zonder dat het allemaal vooraf allemaal, zeg maar, toch in uw media staat, maar nogmaals ik verwijt u niks, dat is slecht voor uiteindelijke besluitvorming in het kabinet.

SCHREINEMACHERS (RTL)

Meneer Schoof, u zei ‘de ordentelijke voorbereiding, die schoot tekort’. Betekent dat dat mevrouw Faber haar huiswerk niet goed had gedaan?

SCHOOF

Nee, ze werkt ontzettend hard, dus daar heeft het niks mee te maken.

SCHREINEMACHERS

Waarmee dan wel?

SCHOOF

Nou, ik moet er gewoon voor zorgen dat het ook in de tijd, dat iedereen wel de kans heeft om dat op de juiste manier te bekijken, dus dat is daar een onderdeel van. En dan kan ik me goed voorstellen, nogmaals mevrouw Faber werkt echt hard, ook met grote betrokkenheid, asielwetgeving gaat ook ergens over, er staat grote druk op, ook voor dit proces, althans voor dit kabinet, ook in de samenleving, grote druk, dus dan snap ik wel dat ze af en toe denkt ‘ja ik wil gewoon door’.

SCHEINEMACHERS

Ja, zij zegt ‘ik heb me een stukken weken geleden al aangeleverd’. U zegt ‘het is te kort dag geweest’. Wie heeft er dan gelijk?

SCHOOF

Ik zeg dat, nou ja, laat ik zeggen dat: de premier bepaalt de orde in de ministerraad en ik heb het niet geagendeerd.

SCHREINEMACHERS

En het is niet weken geleden al aangeleverd door haar?

SCHOOF

Nee, ik heb dit zeg maar kortelings gezegd dat het deze week niet op de onderraad en de ministerraad kwam.

SCHREINEMACHERS

Maar waren de stukken wel volledig en af? Zijn ze gewoon te laat ingeleverd? Of was het nog onvoldragen?

SCHOOF

Nee, u vraagt allemaal details. Ik vond dat het onvoldoende was om het op dat moment te agenderen voor de onderraad en de ministerraad. Ik ga ervan uit dat het nu heel snel kan.

SCHREINEMACHERS

Kan het volgende week alsnog worden besproken in de ministerraad?

SCHOOF

Kan, het kunnen, kan altijd, maar het is afwachten of het op de onderraad in de ministerraad kan.

SCHREINEMACHERS

Ik bedoel, is het ordentelijke proces dat nodig is voordat het in de ministerraad kan worden besproken, is dat nu afgerond?

SCHOOF

Het ordentelijke proces is volop aan de gang.

SCHREINEMACHERS

U zegt ‘de Spreidingswet is een belangrijke wet’, zij zegt ‘het is een belangrijke wet om zo snel mogelijk van tafel te vegen’.

SCHOOF

Sorry? Die spreidingswet in te trekken bedoelt u? Ja, nee, nee, ik zat even met van tafel. Sorry, excuus. Ik zat even over ‘van tafel’… Ja, ik ben het met haar eens: het is in het hoofdlijnenakkoord en in ons regeerprogramma staat het ook heel nadrukkelijk. Dus inhoudelijk is daar geen enkel verschil van mening.

SCHREINEMACHERS

Ja, ze zei er ook als toelichting bij ‘Nederland moet niet een groot asielzoekerscentrum worden’. Bent u het daar ook mee eens?

SCHOOF

Ik denk dat de Spreidingswet heeft als functie tot een verdeling te komen, daarvan hebben we in het regeerprogramma afgesproken en in het hoofdlijnenakkoord, dat die Spreidingswet wordt ingetrokken en dat die functie komt te vervallen en dat betekent dat we dus op een andere manier tot de spreiding van de noodzakelijke asiellocaties willen komen. Maar belangrijker: we hebben niet voor niets ook enige tijd geleden de asielnoodmaatregelenwet aangenomen en die moeten uiteindelijk ook leiden tot een forse daling van de asielinstromen en ook toename van de terugkeer en grip op de migratie. Dat is de manier waarop uiteindelijk ook de asielopvanglocaties ook op een ordentelijke manier in Nederland kunnen worden geregeld.

SCHREINEMACHERS

Als u het inhoudelijk niet met elkaar oneens bent, waarom heeft zij dan toch het gevoel dat ze door u wordt tegengewerkt?

SCHOOF

Nou, ik denk niet dat zij het gevoel heeft dat ze door mij wordt tegengewerkt. Zij wilde het graag op de agenda zetten. Ik ben voor een ordentelijk proces, dat is ook mijn rol, dat is mijn taak. Ik vond dat daar op dat moment niet aan werd voldaan en heb gezegd: dan kan het nu niet op de agenda worden gezet betreffende onderraad, en je hebt een onderraad nodig voordat je naar de ministerraad gaat. En ik ga ervan uit dat het echt snel op de onderraad van de ministerraad nu wordt geagendeerd.

DE WINTHER (DE TELEGRAAF)

Meneer Schoof, denkt u dat het hele kabinet weet wat de eenheid van kabinetsbeleid inhoudt?

SCHOOF

Nou, dit heeft een vervolgvraag, dus als u die dan meteen stelt, dan kunnen we daar doorgaan.

DE WINTHER

U durft hem niet te beantwoorden, begrijp ik?

SCHOOF

Jawel, ik ga ervan uit dat iedereen weet… Nou laat ik me dan toch even in uw val meenemen: ik ga ervan uit dat iedereen in het kabinet weet wat de eenheid van kabinetsbeleid is.

DE WINTHER

Ja, waarom zien we dan het tegenovergestelde?

SCHOOF

En dan bedoelt u?

DE WINTHER

Nou ja, mensen die u de maat nemen, mensen die uit het kabinet vertellen over wat er allemaal binnen kamers gebeurt. Het is eigenlijk een wekelijks schouwspel aan het worden. Stevige gesprekken die de vicepremier met de minister-president zegt te moeten hebben, voorafgaand aan de ministerraad. Vandaag weer dat de minister van Asiel zegt dat u het aan het tegenwerken bent. Klinkt niet als eenheid van kabinetsbeleid, of wel?

SCHOOF

Ja, maar eenheid van kabinetsbeleid gaat ook over zeg maar het beleid dat je met elkaar voorstaat. En daarop bestaat geen misverstand, ook niet als het gaat over de Spreidingswet, ook niet als het gaat over de steun van de Oekraïne, dat is allemaal eenheid van kabinetsbeleid, dat er in de ministerraad af en toe stevige, maar ook wat mij betreft hele begrijpelijke, stevige discussies plaatsvinden, ja daarvan vind ik ook goed, ik vind het uitermate vervelend, en ik zei het net ook al, ik baal er echt onwijs van, maar ik zou misschien ook liever nog andere woorden gebruiken, maar goed.

DE WINTHER

Dat mag hoor.

SCHOOF

Nou, ik vind dat op een persconferentie niet gepast, ik vind het überhaupt misschien niet gepast als premier, toch, laat ik zeggen, ook hiervoor geldt: enige rust en orde is denk ik ook belangrijk, daar ben ik ook van, daar ben ik ook voor, ook in de ministerraad. En dan baal ik enorm van dat dat soort dingen inderdaad naar buiten gaan, maar dat ondermijnt wat mij betreft niet eenheid van kabinetsbeleid, maar het beeld wat daarmee wordt opgeroepen, daar baal ik ook enorm van, daar hebben we het vanochtend ook in de ministerraad over gehad, en zeg maar dat balen, dat wordt in ieder geval, dat wordt in ieder geval door iedereen gedeeld.

DE WINTHER

Het is niet voor het eerst, hè?

SCHOOF

Nee, het komt af en toe voor, maar ik heb in vorige kabinetten dat ook wel eens gezien, en daar praat je dan met elkaar goed over, en probeer je met elkaar vooral te kijken: hoe krijgen we dit nou goed op de rails? Want we hebben belangrijke dingen te doen, we doen ook belangrijke dingen, we hebben vandaag weer gesproken over, zeg maar, de geopolitieke situatie, de veiligheid in Europa, Oekraïne, dat zijn echt wezenlijke onderwerpen. We hebben, wat ik net zei, over het Meerjarig Financieel Kader de inzet bepaald, daar zijn we over meer dingen bespreken. We zitten midden in het proces van de voorjaarsnota, dus er gebeurt echt van alles. En des te betreurenswaardiger is het dat dan de aandacht wordt afgeleid doordat er allerlei verhalen rondom het kabinet komen. Maar ja, die verhalen komen wel uit de boezem of de omgeving van het kabinet.

DE WINTHER

Ja, en u constateert met mij dat dat niet voor het eerst is. Hoe komt het dat uw woorden geen indruk maken bij uw collega's?

SCHOOF

Nee, er is een verschil tussen dat je woorden wel indruk maken en dat er toch af en toe dingen zich herhalen bij verschillende bewindspersonen en hun entourage. Dus ik twijfel totaal niet aan zeg maar de rol die ik heb in de ministerraad, als voorzitter van de ministerraad en de rol die ik heb als premier. Op een paar grote belangrijke onderwerpen waar ik ook gewoon merk dat zeg maar de rol die ik heb, dat die ook door iedereen wordt gewaardeerd, af en toe wordt tegengesproken waar we er uiteindelijk altijd uitkomt.

DE WINTHER

Ja, intussen kijkt Nederland mee elke week en ziet ook vandaag weer wat er gebeurt door minister die grote woorden gebruikt. In dit geval richting u. Wordt er eigenlijk ook nog wel eens een consequentie verbonden aan die toch hele duidelijke de-loyaliteit vanuit uw ploeg richting u?

SCHOOF

Nee, ik vind dat we als kabinet gezamenlijk voor een zware opdracht staan. Mensen werken daar  snoeihard aan. Iedereen voor zich. Mijn taak is ook om dat bij elkaar te brengen en ook bij elkaar te houden. En dan laat ik me ook niet afleiden door dingen die er toch omheen gebeuren. Ik spreek iedereen er wel op aan. En ik heb er ook gesprekken over. Ik vind het onwenselijk, wat ik ook net al zei. Dat is een iets ander, nog vriendelijker woord dan dat ik ervan baal. Maar je staat met elkaar wel voor die gezamenlijke klus om te zorgen dat we woningen gaan bouwen, dat we grip krijgen op asiel, dat we iets doen aan de bestaanszekerheid, dat we die Voorjaarsnota zo meteen afkrijgen. En ook dat we zorgen dat Europa, Oekraïne, Nederland in die veranderende geopolitiek context veilig blijft. Dat vind ik het allerbelangrijkste dan de vraag gaan stellen: moeten er geen poppetjes gewisseld worden?

DE WINTHER

Nou ja, dat zou een consequentie kunnen zijn. Die had ik volgens mij niet aangedragen. Maar dat is ook waar u aan denkt op zo’n moment?

SCHOOF

Nee, u zei consequenties. En die vertaalde ik op een bepaalde manier. En ik vind dat niet aan de orde.

DE WINTHER

Oké, dus het is niet aan de orde. Dus eigenlijk kan het volgende week weer gebeuren?

SCHOOF

Nou, ik ga ervan uit dat de gesprekken die we ook in de ministerraad met elkaar hebben, dat dat leidt tot een verinnerlijking bij de diverse bewindslieden en dat we met elkaar voorzichtig zijn omdat we begrijpen welke rol en taak we hebben. En dat is ook de sfeer die ik vanochtend in de ministerraad heb geproefd.

DE WINTHER

Kunt u tot slot aangeven welk etiket u nou zou plakken op wat we nu toch al een paar keer hebben gezien, namelijk dat er door bewindspersonen eigenlijk twijfel wordt gezaaid over welke kant het kabinet nou precies op wil? U bent daar af en toe lijdend voorwerp bij. Nederland vindt het denk ik vooral een rommeltje. Wat is uw kwalificatie?

SCHOOF

Nee, ik denk dat in het kabinet en voor mij geen enkel vraagstuk is waar dit kabinet voor staat, namelijk: zorgen voor die belangrijke prioriteiten waar ik het eerder vanmiddag over had.

Namelijk:  zorgen dat er woningen worden gebouwd, zorgen dat we grip op de asiel krijgen, zorgen dat we bestaanszekerheid, zorgen dat we zeg maar in de huidige geopolitieke context, die buitengewoon onrustig is, dat we ons daarop focussen, daarop concentreren. Daarom hebben we vanochtend wel even, natuurlijk, kort gesproken, ook met elkaar, over… we hebben allemaal de kranten gelezen en hoe kijken we daar nou tegenaan en hoe zorgen we er nou voor dat we ons weer richten op datgene wat belangrijk is? En dat is niet dat zeg maar wat allemaal in die kranten staat, althans op dit punt, dat is dat we gezamenlijk voor een opgave staan voor Nederland en daar is iedereen aan ge-commit.

VERWEIJ (AD)

Meneer Schoof, is er op dit moment niet een serieus probleem aan het ontstaan met mevrouw Faber?

SCHOOF

Moet je uitleggen.

VERWEIJ

Nou ja, ik noem het even op: er is weinig reflectief vermogen bij haar te bespeuren, ze verricht geen politiek handwerk om haar asielwetten door beide Kamers heen te loodsen, de altijd redelijke Henri Bontenbal, fractievoorzitter van het CDA, schoot laatst zelfs uit zijn slof over Faber. Ze jaagde gisteren de voltallige Tweede Kamer tegen zich in het harnas door alle amendementen te ontraden op een wet over arbeidsmigratie. En ze valt zelfs u openlijk af. Wat moet u daar nou mee?

SCHOOF

Mevrouw Faber werkt snoeihard voor een belangrijke opgave in het kabinet. Ze heeft twee asielwetten vrij recent door de Kamer… Sorry, door het kabinet…

VERWEIJ

Was het maar door de Kamer al gegaan.

SCHOOF

Nee, maar dat kan helemaal nog niet door de Kamer. Dat had in de tijd niet eens gekund. Dus het ligt nu in de Kamer. Dus ze is echt volop bezig daaraan te werken. En dat is ook precies haar opdracht. En daar laat ik het bij.

VERWEIJ

Denkt u niet soms: was maar Gidi Markuszower de asielminister geworden?

SCHOOF

Nee, ik denk nooit in termen van: had het bij iemand anders gestaan, over geen enkele minister en ook niet over mezelf.

VERWEIJ

U heeft het ook over grip op migratie krijgen maar Faber heeft niet eens grip op haar Spreidingswet, die ze wel of niet in wil trekken.

SCHOOF

Nee, maar laat nou duidelijk zijn dat de grip op migratie is belangrijk voor de twee asielwetten die nu in de Kamer liggen. Overigens zien we op dit moment ook in de Europese context al een daling van de asielinstroom. We werken, ook mevrouw Faber, maar ook in Europa, hard aan de terugkeer. Daar ben ik zelf ook nauw bij betrokken. Dus we krijgen die grip op die migratie. En daarnaast hebben we ook zorgen over de asiellocaties, of de opvanglocaties. Daarvoor hebben we afgesproken dat de Spreidingswet wordt ingetrokken. Dat voorstel, dat wordt ongetwijfeld heel snel in het kabinet besproken. Er is een enkele discussie over de prioriteit van dat wetsvoorstel.

VERWEIJ

Nee, maar ik kan me wel voorstellen dat zij inmiddels de grip op migratie in de weg staat?

SCHOOF

Nee.

VERWEIJ

Nee, dus u heeft het volste vertrouwen in haar?

SCHOOF

Ja.

VERWEIJ

Oké, nou dat is goed om te horen. Dan nog even over iets anders, heel kort. Het gaat ook over lekkages, over Signal.

SCHOOF

Over Signal, ja.

VERWEIJ

Ja, dat zijn andere soorten lekkages.

SCHOOF

Er waren mensen die naar boven keken, dus die schrokken even.

VERWEIJ

Nee, nee, rustig aan, geen waterlekkages. Maar de afgelopen week werd de wereld eigenlijk wel opgeschrikt door een bijzondere lekkage vanuit het Witte Huis. Hoe kijkt u daarnaar?

SCHOOF

Nou, met enige verbazing. Maar dat zal u ook niet verbazen, gelet op mijn achtergrond, gelet op de besluiten die ikzelf heb genomen rondom de vergadering van de ministerraad en de onderraden, namelijk zonder telefoons vergaderen. We hebben ook in Nederland speciale telefoons ten behoeve van staatsgeheimen en communicatie, die wordt ook gebruikt voor staatsgeheimen en communicatie. We hebben beveiligd internet tot en met departementaal vertrouwelijks, zoals dat zo mooi heet. En we zijn ons er allemaal zeer van bewust, ook in Nederland, dat, of het nou Signal is of Whatsapp of het maakt niet uit welk middel, dat je daar alleen maar op wisselt, datgene wat openbaar mag en kan zijn.

VERWEIJ

Heeft u de beveiliging nog aangescherpt naar aanleiding van deze berichten?

SCHOOF

Nee. want de lijnen…

VERWEIJ

Omdat het al veilig genoeg was?

SCHOOF

… zijn volstrekt helder en ik bedoel: ik sluit niet uit dat we binnenkort dat ook nog eens even herhalen naar iedereen. Maar het feit dat we helemaal in het begin, ongeveer negen maanden geleden, zijn begonnen met die telefoons weg te leggen, dat was al een enorme wake-up call voor iedereen over hoe gaan wij om met vertrouwelijke informatie.

VERWEIJ

Dus er zit geen enkel risico in Nederland?

SCHOOF

Ik zeg niet dat ik geen enkel risico zie, dat is heel iets anders. Want risico’s zijn er altijd en je werkt niet aan risico uit maar je werkt aan risicobeheersing en daar zijn al onze maatregelen op gericht. En daarom kijk ik ook met enige verbazing naar de informatie die op de Signal-app gewisseld is in Amerika.

STANS (NIEUWSUUR)

Mevrouw Schoof, u zei net een aantal keer ‘minister Faber werkt heel erg hard’, dat zegt zij zelf ook. Maar als het daar dus niet in zit, levert ze dan slecht werk af met die snelheid?

SCHOOF

Nee.

STANS

Nee, waar zit het dan wel in? Want u zegt ‘niet geagendeerd, maar ze werkt heel hard’. Je kan heel hard werken, maar nog steeds slecht werk afleveren…

SCHOOF

Nee, hoor nee, dan loop je helemaal…

STANS

…(onverstaanbaar, red.) een logische conclusie?

SCHOOF

Nee hoor, dan hoef je helemaal geen slecht werk af te leveren, maar dat kan zijn, ik wil eigenlijk niet eens erop ingaan, eerlijk gezegd, het heeft niets te maken met slecht werk, het heeft te maken met de ordentelijkheid van het proces. Dat is ook precies mijn rol dus ik meet me geen inhoudelijk oordeel aan, ik let op de ordentelijkheid van het proces. Daarin is in mijn ogen, was daar niet aan voldaan, daarom heb ik het niet laten agenderen voor de onderraad van de ministerraad. Dat ordentelijke proces is inmiddels in volle gang en ik ga ervan uit dat we echt heel snel de stukken in de onderraad van de ministerraad hebben.

STANS

Kunt u dan iets meer uitleggen, denk ik, voor iedereen die dat dan ziet, wat is dan ordentelijk? Wat is dan waardoor het nog niet is besproken?

SCHOOF

Ordentelijk is, als het niet over de inhoud gaat, is dat de stukken op tijd worden aangeleverd en afgestemd worden aangeleverd dan wel, als die afstemming nog niet helemaal tot overeenstemming heeft geleid, dat je helder maakt waar het niet overeenstemmen in zit.

STANS

U heeft, zei u, een gesprek gehad met minister Faber, daar gaat u verder niet over uitweiden. U zegt ook vaak ‘ik ga niks zeggen over tweet of andere berichten op sociale media’, maar als nou na het gesprek dat u heeft gehad met Marjolein Faber, een aantal minuten voordat de minister naar buiten loopt, Geert Wilders nog een bericht eruit gooit dat die Spreidingswet, die afschaffing moet doorgaan, geen verder uitstel. Wordt er dan überhaupt naar u geluisterd door de PVV, of vanuit het kabinetssmaldeel, of vanuit de fractie?

SCHOOF

Ja, nou ja, ik moet natuurlijk inderdaad beginnen met de mededeling dat ik nooit het ziet van fractieleiders reageren…

STANS

Maar u ziet ook op dat moment…

SCHOOF

Nee, ik ga verder, dus daar begin ik mee en dat zeg ik ook. En tegelijkertijd: in het hoofdlijnenakkoord en het regeerprogramma, ik zei het net ook naar aanleiding van vragen van de collega’s, is er geen enkel misverstand, ook niet binnen dit kabinet, over de wenselijkheid om de Spreidingswet in te trekken en het ook zo snel mogelijk te doen.

STANS

Maar u ziet ook de timing ervan, u heeft een gesprek erover, volgens mij zei u dat het een goed gesprek was, en vervolgens komt die tweet eroverheen: ‘hup, het moet nu gaan gebeuren’. Wordt het dan u heel erg moeilijk gemaakt?

SCHOOF

Nee, want ik zou echt werkelijk niet weten waarom, zeg ik u heel eerlijk, omdat datgene wat er in die tweet stond, niet anders is dan wat er in het hoofdlijnenakkoord en het regeerprogramma staat, als het gaat om de wenselijkheid en de snelheid die we daarmee moeten betrachten.

EK (SBS)

Nou, meneer Schoof, in die tweet staat ook dat Faber wordt tegengewerkt en dat dat nu eens moet stoppen, en dat Nederland niet een heel groot asielzoekerscentrum moet worden. Woorden die Faber precies zo herhaalde, nadat ze naar buiten kwam. Hoe, nou ja, dat is dan toch juist heel erg lastig, want daar wordt wel zeker geïnstitueerd, dat u Faber tegenwerkt?

SCHOOF

Nee, ik heb niemand tegengewerkt, ik let op een ordentelijk proces, en ik ben voor snelle behandeling van de Spreidingswet.

EK

Nee, dat zegt u, maar uw minister zegt wat anders namelijk dat zij het totaal niet snapt, en dat houdt ze gewoon bijna vol bij de uitloop van de ministerraad, waarom dit nog niet geagendeerd is. Dus heeft u haar dan niet duidelijk kunnen maken waarom u dat niet heeft gedaan?

SCHOOF

Nou, ik hou van de inhoud van mijn respect met mevrouw Faber niet in, dat zei ik net al, maar de snelle behandeling van het wetsvoorstel is aan de orde maar wel langs de lijnen van een ordentelijk proces, en daar ben ik voor in die bewaking.

EK

Ja, maar zij vindt dus dat dat allang had kunnen gebeuren en dat openlijk zo zeggen, buiten de ministerraad om, dat tornt dan toch wel gewoon aan uw gezag ook?

SCHOOF

Nee, want het wordt pas geagendeerd op het moment dat ik dat accordeer en dat is na een ordentelijk proces, zo gaat het met alles, met elk wetsvoorstel, het maakt niet uit, met elke nota.

EK

Nee, dat snap ik maar zij insinueert…

SCHOOF

Ja, maar het is wel belangrijk om te zeggen, omdat ook in de afgelopen negen maanden er regelmatig discussie is geweest met individuele ministers over het wel of niet agenderen.

EK

Binnenskamers.

SCHOOF

Absoluut binnenskamers, en het hoort ook binnenskamers.

EK

En dat is het verschil hier natuurlijk.

SCHOOF

Ja, maar het hoort ook binnenskamers, daar heb ik natuurlijk ook over gesproken. Maar dat neemt niet weg dat de ordentelijkheid van het proces, wat mij betreft, voorop blijft staan. En dat is dus ook hoe we dat doen. En dat betekent dat zodra er een ordentelijk proces heeft plaatsgevonden, dan kan het geagendeerd worden in de onderraad en de ministerraad. En ik kan u verzekeren, dat is snel.

EK

Want u zegt ook steeds ‘wij willen ons focussen op de belangrijke dingen, we hebben de woningbouw, we hebben stikstof, allemaal grote problemen’, maar telkens, dat zei een collega van De Telegraaf ook al, komt dit, popt dit op? Dit is bijna een wekelijks gebeuren wat juist afleidt en ook tot de vraag doet leiden: kan er wel gefocust worden op die belangrijke problemen als er steeds onderling zo overhoopligt?

SCHOOF

Ja, want vanochtend hebben we hierbij stilgestaan maar daarna zijn we weer gewoon naar de agenda gegaan en daar hebben we zeer serieuze gesprekken gevoerd, ook overigens verder in de prima sfeer, met betrekking tot Oekraïne, met betrekking tot het MFK. Ik heb de agenda niet meteen helemaal meer scherp voor mijn ogen maar in ieder geval: die punten zijn allemaal gewoon ordentelijk besproken. En ja, ook de afgelopen week hebben we dinsdag echt weer een forse aantal onderraden gehad, we hebben weer een ministeriële commissie Economie en Natuurherstel gehad en daar gaan we ook volgende week weer snoeihard mee verder. Sterker nog: we hebben twee ministerraden gehad deze week. Dus we werken echt snoeihard verder.

EK

Dus die onderlinge verhoudingen tussen ministers die wel degelijk moeten samenwerken op belangrijke dossiers, zoals een Mona Keijzer en een minister Faber, dat staat niet in de weg van het snel invoeren van dit soort beleidstukken?

SCHOOF

Nee, men werkt gewoon intensief samen en verschilt af en toe van mening, dat geldt ook over andere onderwerpen. Maar uiteindelijk zullen we ervoor zorgen dat deze trajecten netjes en ordentelijk en snel zullen doorlopen.

EK

Ja, want het lijkt me dat het bijna elke vrijdag nu zo te zijn: er is enorm veel gerommel voorafgaand aan de ministerraad, uw eigen kabinetsleden spreken zich uit ofwel tegen u ofwel tegen het beleid van het kabinet, dan komt er daarna de ministerraad, komen ze weer naar buiten, heeft u ze toegesproken en dan kunt u hier waar alles gladstrijken en dan gaat het maar weer door.

SCHOOF

Nou, u maakt er nou een soort wekelijkse happening van…

EK

Nou ja…

SCHOOF

…dat lijkt me enigszins bezijden de waarheid. Gelukkig hebben we ook hier met enige regelmaat ook andere gesprekken namelijk over die dingen waar het kabinet voor staat en besluiten die het kabinet heeft genomen, wetsvoorstellen of nota’s die via de ministerraad naar de Kamer zijn gestuurd. Er wordt ondertussen gewoon snoeihard gewerkt door het kabinet.

EK

Het zou bijna drie kwartier lang hier tijdens de persconferentie steeds over de inhoudelijke voorstellen kunnen gaan als dit niet zo vaak gebeurt.

SCHOOF

Ja, daar zijn we samen bij.

EK

Wij ook?

SCHOOF

Ja, u bent er ook.

EK

Nee, zeker…

SCHOOF

We zijn nu alweer een half uur hierover aan het praten dus, ja, en ik wil met alle plezier met u…

EK

Ja, maar vindt u dat dan niet…

SCHOOF

…over het inhoudelijke het gesprek aan gaan.

EK

Nee, want dat zeiden ook bewindslieden van u van ‘ach, die media, daar gaan we weer’. Maar snapt u wel ook waar dat vandaan komt? Dat er ook hierop wordt gefocust om die onderlinge verhoudingen?

SCHOOF

Maar natuurlijk. Daarom zei ik ook net al ‘ik verwijt u helemaal niks’. Mijn probleem zit in het feit dat dit soort dingen, die horen binnenkamers met elkaar besproken te worden. En het mag af en toe ook flink stevig, daar heb ik geen enkel probleem mee. Maar naar buiten toe ga je dit soort dingen niet doen. Want dat leidt af van datgene wat er gebeurt. Alleen de dader ligt altijd op het kerkhof om het maar eens in gewoon Nederlands te zeggen. Dus je kan nooit zeggen: maar dat was Pietje of dat was Marietje of maakt niet uit. Maar het gaat wel op de een of andere manier naar buiten. En ik probeer dus ook elke keer weer in die ministerraad bij dit soort situaties, maar overigens doe ik dat niet elke week, want er is ook niet elke week reden voor om dat te doen. Maar vandaag vond ik het echt wel reden voor om dat te doen. Om nog eens een keer terug te komen op het lekken, op het teveel vertellen met informatie die afleidt van datgene waar het kabinet voor staat. Ik weet niet wie dat doet. Ik weet niet waar het vandaan komt. Ik weet ook niet of het bewindslieden zijn of het allemaal daar in de omgeving van de ministerie zit.

EK

Gaat u dat uitzoeken?

SCHOOF

Dat weet ik allemaal niet. Nou ja, de ervaring leert dat het meestal weinig zin heeft om dat uit te zoeken. Daar heb ik uitgebreide ervaring mee zou ik bijna zeggen in vorige functies. Dus dat schiet niet op. Omdat het vaak teveel mensen worden dingen verteld, worden dingen gezegd waardoor het heel moeilijk is om dat allemaal weer terug te vinden.

POSTHUMUS

Volkskrant, zelfde onderwerp.

SCHOOF

Heerlijk. Ik kan niet wachten. Ik vind het echt zo belangrijk.

MEIJER (DE VOLKSKRANT)

Over uw eigen rol dan. Die is wel belangrijk. Mevrouw Faber heeft twee weken geleden in de Eerste Kamer omstandig uitgelegd dat die spreidingswet alleen kan worden ingetrokken in samenhang met twee wetten die van mevrouw Keijzer moeten komen. Het is een heel ingewikkeld vlechtwerk, werd gezegd. Dat het dan twee weken later zo uit de rails is gelopen, neemt u dat uzelf dan nog op een of andere manier kwalijk?

SCHOOF

Nee. Omdat ik heel expliciet juist voor de ordentelijkheid van het proces was en ik daarom vond dat zeg maar er een aantal dingen anders moesten voordat het in de onderraad kwam.

MEIJER

Ja, maar het proces was heel duidelijk en was ook bij mevrouw Faber, blijkens haar eigen woorden, ook heel duidelijk hoe ingewikkeld het was. Ik neem aan dat u dat ook hoort en denkt: daar moet ik flink bovenop zitten…

SCHOOF

Het is hele ingewikkelde materie. Want die dingen zeg maar schakelen heel ingewikkeld op elkaar in. Bovendien, over een wetsvoorstel heeft al consultatie plaatsgevonden. Althans, vindt plaats of heeft plaatsgevonden, wil ik even vanaf zijn. Maar hebben we overigens in de ministerraad gehad een aantal weken geleden. Daar heeft u ook overigens niemand over gehoord. Dus dat is gewoon door de ministerraad gegaan voor consultatie. En ja, er is samenhang. Maar op de manier waarop je op die samenhang tussen al die verschillende voorstellen met elkaar doet en hoe je het ook in de tijd doet, is ook onderwerp van gesprek. Overigens los ook van het feit dat überhaupt om te kijken hoe dit in verschillende stadia kan lopen om te zorgen dat het op elkaar afgestemd op het juiste moment elk traject loopt.

MEIJER

Ja, maar het tijdpad werd er toen ook al bij gezegd, namelijk dat het eind van deze maand, dus deze maandag of vrijdag, in de ministerraad had moeten zitten. Denkt u dan niet: daar ga ik eens even goed naar kijken om te zorgen dat het ook werkelijk kan?

SCHOOF

Ik volg echt niet elk debat in de Eerste Kamer en wat daar aan mededelingen worden gedaan. De minister is in eerste instantie zelf verantwoordelijk voor de afstemming en de indiening van de stukken. En mijn rol is om te kijken of uiteindelijk de ordentelijkheid van het proces, vreselijke termen, kan er niks aan doen, maar of die geborgd is. Als dat niet zo is, dan schuif ik het gewoon op. En daar is niks vreemds aan. Dat is helemaal niet gek.

MEIJER

Nou…

SCHOOF

Dat is een normaal proces. Maakt niet uit welke wet of welke nota of welke dingen het is. Nu lijkt het net alsof het over de Spreidingswet gaat. Ja, het is onderwerp van discussie, het intrekken van de Spreidingswet. Maar daar gaat het in essentie niet over. Mijn opmerkingen en mijn ingrepen hebben niets te maken met het wetsvoorstel waar het feitelijk nu over gaat. Althans, de nota waar het nu feitelijk over gaat.

MEIJER

Ja, die contourennota. Maar het raakt uw kabinet in zoverre dat in dat debat in de Eerste Kamer werd al gezegd: als we het hele traject doorlopen vanaf eind maart, is die Spreidingswet sowieso niet voor het eind van het jaar ingetrokken. Dus dat betekent sowieso dat 1 juni of 1 juli moet het kabinet gedwongen plekken gaan aanwijzen om asielzoekers op te vangen. Dat is iets wat uw kabinet per se niet wil. Door dit proces nu niet ordentelijk te laten verlopen maar eigenlijk uit de rails te laten lopen, komt u toch ook als kabinet in zijn geheel in de problemen?

SCHOOF

Ja, maar nou kan ik u toch even niet meer volgen. Want enerzijds constateert u dat ik het sowieso niet red en mevrouw Faber niet en anderzijds zegt u: als u dus het niet vandaag op de agenda zet, dan komt er helemaal niks van terecht. Dat kan niet waar zijn.

MEIJER

Het gaat nu alleen maar langer duren.

SCHOOF

Ik praat hier ook niet over het opschuiven in termen van maanden. Ik praat hier in termen van opschuiven van 1, 2 weken max. Daar hebben we het over om dat ordentelijk proces gewoon te laten doorlopen.

MEIJER

Dus u gaat in de zomer gemeenten aanwijzen die verplicht asielzoekers moeten opvangen?

SCHOOF

Als dat het resultaat is van het feit dat het wetsvoorstel van de intrekking, en u heeft net gezegd: dat gaat ‘ie nooit redden, dan is dat de onlosmakende consequentie.

MEIJER

Nu zeker niet meer.

SCHOOF

Nee, maar dat heeft, hier verzet ik me echt helemaal tegen, dan doe ik zo bijna alsof ik in de Kamer zit, zo ga ik u bijna toespreken nu, heeft er echt helemaal niets mee te maken. Dit maakt natuurlijk helemaal niets uit met 1 of 2 weken. Helemaal, helemaal niets.

Voorjaarsnota

VAN ROOIJEN (BNR)

Premier Schoof, u wilt het graag over de inhoud hebben. Hoe staat het met de inhoud van de Voorjaarsnota?

SCHOOF

Nou, daar zijn we gestaagd mee bezig. De minister van Financiën voert alle gesprekken met de vakministers over de, zeg maar, de mee- en tegenvallers en over de claims die zijn ingediend. De minister van Financiën is een flink end daarmee opgeschoten. Hebben vanochtend ook daar nog eens even met elkaar bij gepraat, waar staan we nu? En daar gaan we de komende weken gestaag mee verder.

VAN ROOIJEN

11 april is de gedroomde datum, gaan we dat redden?

SCHOOF

11 april is de gedroomde datum. Ja.

VAN ROOIJEN

Ja, die gaat u ook halen?

SCHOOF

Het is in ieder geval de gedroomde datum.

VAN ROOIJEN

Nou ja, ik kan me best voorstellen dat de Voorjaarsnota een complexe puzzel is om te leggen. Nu heeft u zich vorige week ook verslikt in de complexiteit van het stikstofdossier. Dus hier denkt u dat het wel gaat lukken?

SCHOOF

Nou, eerst even terug naar stikstof. Want nu wordt het de derde keer in de persconferentie dat ik ga zeggen dat in april die besluitvorming wordt afgerond. Dus niet vorige week verslikt in de complexiteit. Ook niet twee weken geleden, want ik had overigens daarvoor al was een brief verstuurd waarin ook al werd gezegd van: het wordt medio april. Dus dat één. Twee: de Voorjaarsnota is een ingewikkelde legpuzzel. Maar dan zijn we natuurlijk primair de minister van Financiën, maar met het kabinet en ook ikzelf natuurlijk nauw bij betrokken om te zorgen dat we die Voorjaarsnotapuzzel weten te leggen. En daarover zullen we te gelegener tijd ook met de fractievoorzitters, in ieder geval de vier die onze coalitie steunen, dat is ook een normaal proces, dat je dat met de fractievoorzitters afstemt, dat zullen we ook doen. En dat moet allemaal afgerond worden. En onze droomdatum is inderdaad 11 april.

VAN ROOIJEN

Nu hoorden wij vanmorgen Henk Vermeer van de BBB bij ons op BNR zeggen: wat ons betreft mogen we het begrotingstekort en de staatsschuld wel iets meer oplaten lopen. Dan wordt misschien die puzzel van de Voorjaarsnota ook wat makkelijk. Vindt u dat een goed idee?

SCHOOF

Nou, ik denk dat de minister van Financiën daar geen voorstander van is. En dat ook in het huidige tijdsgewricht het belangrijk is om de 3% en de 60% vast te houden. En dat zeg maar vanuit de fracties in de Kamer daaraan wordt getornd, dat vind ik bijna een natuurlijk politiek proces. Want dat snap ik heel goed. Want men wil ruimte op die begroting. En tegelijkertijd moeten we die wens voor die ruimte op die begroting en het invullen van prioriteiten wegen ten opzichte van de lasten die we bij latere generaties neerleggen. En daar zullen we ongetwijfeld een gesprek over hebben.

VAN ROOIJEN

Vermeer pleit ervoor om de schuldquote op te laten lopen tot 50%. Dus we zijn nog lang niet aan die 60% van Europa. Maar toch zegt u: dat gaan we niet doen?

SCHOOF

Maar je kunt bij die schuldquota’s altijd even op te letten dat je dat ook op de langere termijn even ziet. Want voordat je het weet, zet je hem nu en tandje hoger en schiet je over 10 jaar er dwars doorheen. En dat is precies het debat dat we met elkaar moeten hebben.

VAN ROOIJEN

Maar wanneer komt dan wel het moment om te zeggen: we moeten meer geld gaan lenen, bijvoorbeeld voor defensie? Wanneer is dat punt bereikt dat dit kabinet van die vaste begrotingsregels durft af te wijken?

SCHOOF

Nee, het gaat er niet om of wij durven af te wijken van die begrotingsregels. Het gaat erom of je vindt dat het verantwoord is om daarvan af te wijken. En dat moment is wat ons betreft op dit moment nog niet aangekomen.

VAN ROOIJEN

En wanneer zou dat wel zijn?

SCHOOF

Dat is een buitengewoon ingewikkelde vraag.

VAN ROOIJEN

Daarom stel ik hem aan u.

SCHOOF

Ja, nee, dat snap ik. Maar als ik vind dat die op dit moment niet aan de orde is en nu niet het moment is om daarvan af te wijken, dan zeg ik eigenlijk dat het toch wel een keer zou kunnen. Maar niet op dit moment.

VAN ROOIJEN

In Europa hebben ze natuurlijk gezegd ‘wij willen best laden de ruimte geven om 1,5% meer begrotingstekort te hanteren zodat landen meer kunnen investeren in defensie’, dat wil Nederland ook niet?

SCHOOF

Nou, niet op dit moment. Maar ook dat zal ongetwijfeld onderwerp van gesprek worden omdat we ons zorgen maken, dat mag je voor vier jaar doen, overigens sec voor defensie, jullie weten dat we ook nog een hele discussie hebben over wat dan onder dat begrip verstaat, we moeten dat begrip ook nauw hebben, en uiteindelijk: ik bedoel, alles wat je doet moet ook wel weer betaald kunnen worden. En je moet dus ook de lange termijn consequenties daarvan inzien. En dat is op dit moment met wat we nu en met de Voorjaarsnota bespreken, voor ons, nou de inschatting die we nu hebben, niet noodzakelijk.

VAN ROOIJEN

Maar als ik nu, dit is zijn de voorstellen van een coalitiepartij, die wil heel veel iets anders dan hoe het kabinet erin staat. Hoe gaat u dat lijmen?

SCHOOF

Nou ja, u spreekt meteen al van een breuk en moeten lijmen. Dat gaat wel heel rap.

VAN ROOIJEN

Nou ja: hoe u dat gaat oplossen, laat ik het zo stellen.

SCHOOF

Laat ik zeggen, ik zei net ‘de coalitiepartijen brengen hun wensen in’, zij zoeken financiële ruimte dus ik snap heel goed dat men deze discussie met ons wil voeren en die discussie zullen we ook op argumenten met elkaar moeten voeren in het traject van de Voorjaarsnota. Want uiteindelijk is het in ons belang, van het kabinet, maar overigens ook van de vier partijen, dat we een Voorjaarsnota inleveren die in ieder geval op steun van die vier partijen kan rekenen en bij voorkeur nog wat meer, maar in ieder geval van die vier partijen kan rekenen, want anders doe je toch iets heel geks. En dus is het heel logisch dat er allerlei voorstellen worden gedaan. Dit gaat over ruimte, maar er worden ook heel veel claims neergelegd, soms met geld, soms zonder geld. En daar zullen we het allemaal over moeten hebben.

VAN ROOIJEN

Ja, u zegt ‘de coalitiepartijen en nog wat meer’, dus jullie zijn wel, het kabinet is wel, opzoek naar bijvoorbeeld al steun voor de Eerste Kamer?

SCHOOF

Nou ja, je kijkt er altijd met een schuin oog naar. Dat heb ik in het verleden toen we rond de begrotingsdiscussie zaten, ook steeds gezegd. En je kijkt er altijd met een schuin oog naar maar de eerste prioriteit is nu in het kabinet zorgen dat we de besluitvorming goed voor elkaar krijgen, dat we daar de keuzes maken die noodzakelijk zijn, dat we vervolgens overleg hebben met de vier fractievoorzitters van de partijen die het kabinet steunen. Ja, en dan kijk je ook altijd met een schuin oog van: hoe zit het eigenlijk verder nog. En ook met elkaar goed in de gaten houden, we hebben het nu over de begroting, de uitgavenkant en de lastenkant en eigenlijk het koopkrachtplaatje, dat is weer een discussie die normaal gesproken in augustus plaatsvindt. Dus er zijn ook meerdere momenten waarop we met elkaar discussies moeten voeren.

Oekraïne (2)

VAN BEURDEN (SBS)

Ja, nog even een ander onderwerp: u was gisteren in Parijs. Toen ging het daar onder andere over die troepenmacht, die vredesmacht, weliswaar niet het leveren van militairen aan het front, maar wel in grote steden of andere belangrijke plaatsen. Wat is de lijn van Nederland daarin?

SCHOOF

Nou ja, dat zijn de vijf punten die gisteren nadrukkelijk zijn gezegd. Het is één: belangrijk dat we Oekraïne blijven steunen, juist in deze fase waarin veel onduidelijkheid is over het staakt-het-vuren, de heer Schreinemachers kan u dat allemaal feilloos vertellen want die was er gisteren bij. Twee: druk houden op Rusland vanwege de sancties. Drie: zorgen dat als er een staak het vuur komt, de monitoring op orde is, dat is anders dan de reinsurance force waar steeds over wordt gesproken. Vier: de beste garantie voor de veiligheid van Europa is het Oekraïense leger zelf dus er zal een traject op gang moeten worden gebracht voor als men aan het front niet meer zo hoeft te vechten zoals nu, dat er een gemoderniseerd, robuust Oekraïens leger staat. En dan vijf: de discussie over de reinsurance force, die gaat over lucht, zee en land en daarover zijn de militaire planners nog met elkaar bezig. En, dat was ook een van mijn bijdragen gisteren in Parijs, heel expliciet: er moet ook een helder mandaat komen van deze missie inclusief escalaties en alle andere dingen die er mee samenhangen want uiteindelijk moet het wel de vrede dienen en niet leiden tot een tot een andere oorlog of een grote oorlog. En dat is precies waar we nu staan en dat betekent voor Nederland dat we een keer onder ogen moeten zullen zien: de vraag of en hoe wij een bijdrage leveren aan deze reinsurance force en ondertussen zijn wij op alle mogelijke manieren betrokken want we geven de beste informatiepositie bij de militaire planners en ook bij dat proces van het mandaat want dan kunnen wij ook in het kabinet en in de Kamer echt een volledig en ook goed geïnformeerd pakket aanbieden ten opzichte van de lastige keuze die dat met zich meebrengt.

VAN BEURDEN

Ja, als ik hem dan dus toespits op die troepen die Nederland dan dus wel of niet zou leveren. Ik vraag dat ook omdat de Franse premier Emmanuel Macron daar zelf ook voor dat overleg al over zei daar echt naar te willen kijken, 20.000 mankrachten wellicht. Is Nederland dan dus welwillend of niet? Wat heeft u daar gisteren gezegd?

SCHOOF

Oh nee, daar hoefde ik mij gisteren niet over uit te laten want dat was namelijk gisteren niet het onderwerp van gesprek. Dus het was niet een soort donorconferentie van wie levert wat op het militaire concept, ook omdat het concept nog niet volledig is uitontwikkeld. Engeland en Frankrijk hebben duidelijk gezegd dat ze bereid zijn hun bijdragers te leveren, hebben overigens daar niet altijd aantallen bij genoemd. Maar voor de rest zijn er heel veel landen die nog even afwachten wat er nou uit dit plaatje komt. Er moet een puzzel worden gelegd en dan moet elk land kijken wat ze zouden kunnen bijdragen, dat is vraag één. En vraag twee: wat ze zouden kunnen en wat ze willen bijdragen. Ook gelet op, elk land heeft een eigen politieke constellatie, waarin discussies moeten worden gevoerd over de bijdrage. En zo ook voor Nederland.

VAN BEURDEN

U noemde ‘daar is uiteindelijk ook een politieke meerderheid voor nodig’. Heeft u dan een meerderheid van de Kamer nodig of moet de volledige coalitie u steunen?

SCHOOF

Dat is een vraag die gaan we bekijken op het moment dat wij bedacht hebben óf en zo ja, hoe wij aan deze interventiemacht of reinsurance macht kunnen deelnemen.

VAN BEURDEN

Waarom is dat een vraag die u niet nu al kunt beantwoorden?

SCHOOF

Nou, omdat die erg afhankelijk is van de invulling die we daarin geven en de inschatting die we daarvan maken ten aanzien van het politieke proces dat we daarna moeten doorlopen.

VAN BEURDEN

(Onverstaanbaar, red.) niet voorop dat hoe dan ook de volledige coalitie dat moet steunen?

SCHOOF

Nee, dat heb ik niet gezegd. Ik heb gezegd dat ik eerst het proces wil afronden van de vraag wat kunnen we leveren, wat willen we leveren. En op basis daarvan bepalen we ook de lijn van eerst de discussie in het kabinet en vervolgens naar het parlement.

VAN BEURDEN

Nog één heel belangrijk nieuwtje: speelt u weleens bingo?

SCHOOF

Ja, vanwege… Nou, nee, moet ik zeggen, ik speel nooit bingo.

VAN BEURDEN

Maar een advocaatje?

SCHOOF

Ja, ik geef toe, mijn leeftijd begint langzamerhand toch kwestieus te worden. Nee, even zonder gekheid. Ja, ik heb begrepen dat in allerlei tehuizen en ouderenhuizen, bejaardenhuizen, de bingo weer vergezeld mag gaan van een glaasje advocaat en dat de mensen die dat ontzettend leuk vinden, dat ook ontzettend leuk vinden, dat ze daar weer een glaasje bij mogen kunnen en mogen drinken.

VAN BEURDEN

En lust u die zelf ook wel?

SCHOOF

Ik heb, ik geloof in mijn leven nog nooit een glaasje advocaat gedronken maar ik geloof dat ik dat ook nooit heb gedaan.

VAN BEURDEN

Nou, hebben we toch weer wat geleerd vandaag. Dank u wel.

Importtarieven VS

VAN OOSTEROM (BLOOMBERG)

Ja, meneer Schoof, vooruitkijkend op volgende week, op 2 april, zou het zover zijn, Liberation Day, dat Trump verdere plannen over zijn tarieven gaat aankondigen, die ook helaas voor Nederland niet per se heel goed zouden kunnen gaan uitpakken. Is dit vandaag ook aan de orde gekomen en maakt u zich zorgen erover?

SCHOOF

Het is kort aan de orde gekomen in de ministerraad, maar de reactie op de tarieven worden vanuit de Europese Commissie gedaan. Dat is ook de afspraak die we met elkaar hebben, dat is niet bilateraal, doen we vanuit de Europese Commissie. En daar is de minister van Buitenlandse Zaken, de minister van Buitenlandse Handel, soms de minister van Financiën intensief bij betrokken.

VAN OOSTEROM

Ja, u zei het al, het is inderdaad in principe het domein, de handelspolitiek van de EU, maar vanuit Nederland ook de minister van Buitenlandse Handel, Buitenlandse Zaken, en ik vroeg me af: wat is ervoor nodig dat dit dossier voor uw chefsache gaat worden, dat u zich er mee gaat bemoeien?

SCHOOF

Er schijnt een enorme fascinatie te zijn wanneer een dossier een dossier van de MP wordt, terwijl, laat ik zeggen, een goede MP houdt zoveel mogelijk zijn dossiers van zijn bureau af. Zodat hij die honest broker kan blijven tussen, en dat is voor mij als ongebonden premier misschien nog wel belangrijker. Maar dat neemt niet weg dat in discussies met de ministerraad of in de onderraden of in aparte contacten met de ministers, ook omdat deze punten nu ook op de Europese raad aan de orde komen, dat mijn betrokkenheid bij deze dossiers er altijd is. Maar dat dat niet betekent dat het meteen chefsache is geworden. Het blijven primair de vakdepartementen en de vakministers die hierover gaan.

Gelekte Signalberichten VS

PAK (ELSEVIER)

Nog even over de Amerikanen en bijzonder de berichtjes van Signal. Wat leerde u eigenlijk van die berichten?

SCHOOF

Nou, dat ze staatsgeheim aan het wisselen waren op een bron die te open is.

PAK

En bijvoorbeeld misschien dat ze u haten en Europa haten om te helpen. U spreekt altijd over de Amerikanen als een bondgenoot. Ik zou een bondgenoot zelf niet haten.

SCHOOF

Nee, er worden individuele uitlatingen gedaan. En daar wordt vrij ruw af en toe worden daar teksten gebruikt. Dan kan ik mij voorstellen, u weet hoe het in uw app gaat, maar dat u ook af en toe woorden gebruikt waarvan u denkt: als die nou naar buiten komen, zouden mijn vrienden dat misschien niet leuk vinden dat ik dat heb gezegd. Dus ze hebben dat gedaan in vertrouwelijkheid van de omgeving. Tegelijkertijd, waar we het mee moeten doen en waar we het ook mee willen doen, is dat als het gaat om de veiligheid, als het gaat om de economie, nog wel een sterke trans-Atlantische band hebben. En dat die trans-Atlantische band er juist voor gezorgd heeft dat Nederland ook is wat het is, en er ook voor gezorgd heeft dat we vrede en veiligheid in Europa hebben. En we willen met de Amerikanen er altijd uit komen. En het maakt niet uit welke president er zit, het is belangrijk om daar met de Amerikanen uit te komen. Juist vanwege onze handelsrelaties, juist vanwege het grote belang dat Amerika heeft, ook in de NAVO, ook als het gaat om de veiligheid van Europa.

PAK

En doet het feit dat de Amerikanen op deze manier met staatsgeheimen omgaan, nog iets met de inlichtinguitwisseling van Nederland?

SCHOOF

Nou, daar doe ik allemaal geen uitspraak over, want daar gaan de inlichtingdiensten over en die doen daar vervolgens weer geen uitspraak over.

Toeslagenschandaal

DE WINTHER

Ja, meneer Schoof, nog heel even over die dossiers die u liever niet op uw bureau wil hebben. Hoort daar ook het toeslagenschandaal bij?

SCHOOF

Ik zei in zijn algemeenheid dat een premier zijn best doet om zo min mogelijk dossiers zelf op zijn bureau te hebben. Dat geldt eigenlijk voor elk dossier. Maar het toeslagenschandaal is ook een dossier waar ik de afgelopen maanden bij tijd een wijle wel degelijk even bij betrokken raak om daar met de minister of de staatssecretaris over te spreken.

DE WINTHER

We zagen gisteren drie staatssecretarissen in ontvangst nemen, een rapport dat over de uithuisgeplaatste kinderen ging. Een vrij heftig rapport en die verhalen van de kinderen en de ouders die daarachter schuilgaat. Was dat niet een moment dat u denkt: ik moet dit misschien zelf gaan coördineren?

SCHOOF

Nee, ik denk dat de staatssecretaris dat uitstekend doet. En als zij vindt dat ze daar hulp bij nodig heeft, dan hoor ik dat graag. Maar we hebben ook een speciale commissie voor de toeslagen. Die komt ook met enige regelmaat bij elkaar. En daar komt dit rapport ongetwijfeld ook snel aan bod.

Is vanochtend, heeft de staatssecretaris het ook even kort toegelicht in de ministerraad, juist precies de reden die u zegt, dat dit een buitengewoon belangrijk rapport is. Wat eigenlijk een hele andere kant van de toeslagenaffaire nog eens een keer belicht, namelijk uit huis geplaatste kinderen.

DE WINTHER

En als het gaat om de verdere afwikkeling van de schade, het eindtraject, verschenen toch ook weer berichten, onder andere bij ons, maar ook bij andere media, dat het nog steeds ruzie is tussen de stichting waar prinses Laurentien, lid van het Koninklijk Huis, bij betrokken is en de ambtenaren van het ministerie van Financiën. Dat gaat over en weer. Ook nog niet enige inspiratie gegeven om te zeggen: het moet maar eens afgelopen zijn, ik moet me daarmee gaan bemoeien?

SCHOOF

Ik geef met enige regelmaat inspiratie, want ik denk dat het buitengewoon belangrijk is dat de verhouding tussen SGH, dus de stichting en het ministerie van Financiën, dat die gewoon goed is, want dat is de beste kans op een goed resultaat in een afwikkeling van een toeslagenaffaire, want het duurt al veel te lang, het gaat ook nog lang duren, dat is vreselijk en alles wat zeg maar daar verstorend op werkt, en dat zijn ook verstoorde relaties, dat moeten we met elkaar uitzoeken, zorgen dat die worden opgelost, zodat het belang, waar het uiteindelijk om gaat, namelijk het herstel van de schade die is aangericht, materieel en emotioneel, dat die zo snel mogelijk kan plaatsvinden.

DE WINTHER

Gaat er in dat kader iets veranderen aan de rol, officieel dan wel officieus, die de prinses speelt bij de stichting? Want daar was een rapport waar Financiën om vroeg, waarin eigenlijk werd gezegd dat zij nog een te grote vinger in de pap zou hebben. Ik ben benieuwd wat u daar als hoofdverantwoordelijke voor leden van het Koninklijk Huis van vindt.

SCHOOF

We hebben in een Kamerdebat, ik dacht rond de begroting van AZ en de begroting van het Koninklijk Huis, toegezegd dat wij zeg maar ergens in de eerste helft van dit jaar met een brief komen, met betrekking tot de nevenfuncties van het Koninklijk Huis.

DE WINTHER

Dat betekent dat er iets gaat veranderen?

SCHOOF

Niet noodzakelijkerwijs, maar wel dat we dat nog eens een keer uitzoeken en preciseren, over hoe die belangen er eigenlijk zijn, en wat de opvatting van het kabinet is over hoe dat zou kunnen zijn.