Biobased isolatiematerialen, gemaakt van bijvoorbeeld stro, vlas of vezelhennep, hebben vaak een lagere milieu-impact dan andere isolatiematerialen. Daarom krijgen woningeigenaren sinds begin dit jaar, bovenop de huidige subsidiebedragen, extra subsidie voor de toepassing van milieuvriendelijke biobased isolatiematerialen. In dit nieuwsbericht is te lezen hoe en wanneer men in aanmerking kan komen voor deze extra subsidie.
Voor wie geldt de extra subsidie?
De subsidiebonus voor biobased milieuvriendelijke isolatiematerialen geldt voor de doelgroepen van de volgende regelingen:
- Particuliere woningeigenaren die aanvragen in de Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing (ISDE)
- VvE’s die aanvragen in de Subsidieregeling verduurzaming voor verenigingen van eigenaars (SVVE)
Voor welke producten geldt de subsidiebonus?
Materiaal wordt beschouwd als ‘biobased milieuvriendelijk isolatiemateriaal’ als:
- het aandeel biomassa in het product ten minste 70% bedraagt (volgens de EN16575:2014) en is opgenomen in de environmental product declaration van de fabrikant
- de milieukostenindicator maximaal 0,85 is bij een Rd-waarde van 3,5 (zoals vastgelegd in een categorie-1 kaart in de Nationale Milieudatabase)
Hoe kan de subsidiebonus worden verzilverd?
Als het isolatiemateriaal aan bovenstaande voorwaarden voldoet, komt men in aanmerking voor de extra subsidie. In de meeste gevallen staat het isolatiemateriaal op de meldcodelijst, waardoor men de extra subsidie automatisch krijgt als het materiaal wordt toegepast.
Als het isolatiemateriaal wel aan bovenstaande voorwaarden voldoet, maar nog niet op de meldcodelijst staat, kan men aan de leverancier vragen om contact op te nemen met de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) om het isolatiemateriaal te laten beoordelen. Als het materiaal voldoet, komt het op de meldcodelijst te staan en komt men in aanmerking voor de bonus.
De aangepaste lijst waarop men kan zien op welke biobased milieuvriendelijke materialen de extra subsidie van toepassing is, is te vinden op de website van RVO.