Prinsjesdag 2024: meer koopkracht en terug naar begrotingsdiscipline

Volgend jaar gaan de meeste mensen er financieel op vooruit. Werken gaat meer lonen door een verlaging van de inkomstenbelasting en door de koopkrachtmaatregelen wordt voorkomen dat de armoede stijgt. Daarnaast doet het kabinet forse investeringen in onze veiligheid en worden de recente financiële tegenvallers bij Box 3 en het extra geld voor het herstel van toeslagenouders gedekt. De budgettaire kaders en begrotingsregels zijn voor deze kabinetsperiode vastgesteld. Daarmee gaat het kabinet terug naar begrotingsdiscipline. Dit en meer staan in de Miljoenennota en het Belastingplan 2025 die minister Heinen en staatssecretaris Idsinga vandaag – mede namens staatssecretaris Achahbar – aan de Tweede Kamer hebben aangeboden. 

Nederland is een van de welvarendste landen ter wereld. Ons welzijn is hoog en we zijn over het algemeen tevreden over het leven. Gemiddelden vertellen alleen niet het hele verhaal. Zo zijn er mensen die bezorgd zijn of zij aan het einde van de maand hun rekeningen nog wel kunnen betalen. Anderen kunnen geen huis vinden, maken zich zorgen over de asielinstroom of hun veiligheid. Daarnaast is er een tekort aan personeel, gebrek aan ruimte en zonder maatregelen verslechteren de overheidsfinanciën. Actuele problemen waar het kabinet mee aan slag gaat. 

Kabinet pakt problemen op

Om werken meer te laten lonen, verlaagt het kabinet het tarief van de eerste schijf van de inkomstenbelasting en komt er een nieuwe tweede schijf. Voor mensen die financieel in de knel zitten komt er een gericht pakket om bijvoorbeeld problematische schulden aan te pakken. Het schoolmaaltijdenprogramma blijft bestaan. Om te voorkomen dat meer mensen in armoede terechtkomen, worden de huurtoeslag en het kindgebonden budget aangepast. Verder wil het kabinet zoveel mogelijk nieuwe woningen bouwen, met als streven 100.000 nieuwe woningen per jaar. 

Veiligheid is een van de prioriteiten van dit kabinet. De komende jaren komt er extra geld voor politie en – om meer grip te krijgen op migratie – voor grensbewaking. Ook investeert het kabinet fors in het versterken van de krijgsmacht. De Nederlandse Defensie-uitgaven komen daarmee in lijn met de NAVO-norm van 2% van het bruto binnenlands product (bbp). 
 

Minister Heinen: “Dit kabinet is er om de problemen van gewone Nederlanders aan te pakken. Iemand die hard werkt voor een normaal inkomen, moet daar ook wat aan overhouden. En het kan in een welvarend land als Nederland niet zo zijn dat mensen jarenlang in de knel zitten doordat zij moeten wachten op zorg of geen huis kunnen vinden. Daarbij moeten we zuinig omgaan met belastinggeld en rekeningen niet doorschuiven naar volgende generaties. Met deze Miljoenennota zet het kabinet een belangrijke stap om deze uitdagingen aan te pakken. Het kabinet maakt daarvoor scherpe en noodzakelijke keuzes.”

Staatssecretaris Idsinga: “We gaan met dit Belastingplan aan de slag met een aantal belangrijke afspraken van dit kabinet. We ondersteunen werkende mensen met een middeninkomen en verschillende kwetsbare groepen, zorgen dat Nederland aantrekkelijk blijft voor bedrijven en ook helpen verschillende belastingmaatregelen om de overheidsfinanciën gezond te houden. Daarnaast zet ik mij in voor het continu verbeteren van ons belastingstelsel.” 

Staatssecretaris Achahbar: “Te veel mensen zitten in de knel. Zij maken zich zorgen of ze aan het eind van de maand de boodschappen en de huur nog wel kunnen betalen. Om mensen meer bestaanszekerheid te bieden voeren we een aantal verbeteringen door binnen het toeslagenstelsel. Zo krijgen mensen langer de tijd om toeslagen aan te kunnen vragen en krijgen mensen waarvan de partner noodgedwongen niet bij het gezin kan zijn, hetzelfde recht op toeslagen als alleenstaanden. Eerder is er 2,3 miljard euro extra beschikbaar gesteld voor verbetering van de aanvullende schaderoutes van gedupeerde toeslagenouders.”

Overheidsfinanciën

Het kabinet staat voor gezonde overheidsfinanciën en begrotingsdiscipline, zodat in goede tijden buffers worden opgebouwd voor economisch slechtere tijden. Dat voorkomt dat belastingen verhoogd moeten worden of dat rekeningen worden doorgeschoven naar toekomstige generaties. Daarom zorgt het kabinet ervoor dat het begrotingstekort binnen de kabinetsperiode onder de 3% blijft en dat de staatsschuld onder de 60% van het bruto binnenlands product (bbp) blijft. 2026 is daarop een eenmalige uitzondering. Dit komt door een eenmalige kostenpost voor militaire pensioenen. Voor 2025 komt het begrotingstekort uit op 2,8% en de staatsschuld op 46,6%. 

Het CPB voorspelt dat het begrotingstekort in 2029 onder de 3% uitkomt en dat de staatsschuld op de middellange termijn oploopt tot boven de 60%. Het kabinet beperkt daarom de overheidsuitgaven. Bijvoorbeeld door het verlagen van subsidies en het aantal ambtenaren. Door het verlengen van het integraal zorgakkoord om de stijging van de zorguitgaven te beperken. Verder bezuinigt het kabinet op ontwikkelingssamenwerking en wordt de asielinstroom beperkt. Ook worden er keuzes gemaakt binnen sociale zekerheid. 

Pakket Belastingplan 2025

In het Belastingplan worden naast de verschillende belastingmaatregelen, die bijdragen bij aan de koopkracht, ook een aantal stappen gezet in het verbeteren van het belastingstelsel. Zoals een voorstel waardoor ingewikkelde berekeningen niet meer nodig zijn bij de aftrek van extra vervoerskosten door ziekte of invaliditeit in de aangifte. Uit evaluaties blijkt dat bepaalde regelingen niet (meer) doen waarvoor ze bedoeld zijn of dat dit geen efficiënte manier is om het doel te bereiken. Daarom staan in het Belastingplan een aantal wijzigingen in de fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten en worden per 2026 de verlaagde btw-tarieven voor het verstrekken van logies en voor bepaalde culturele goederen en diensten afgeschaft. Sportverenigingen vallen buiten deze maatregel en voor leermiddelen voor het basis- en middelbaar onderwijs komt een compensatie. Bovendien worden in dit Belastingplan weer enkele ongewenste belastingconstructies aangepakt, die onder andere bij het vastgoed mogelijk zijn.  

Het kabinet wil dat Nederland aantrekkelijk blijft voor bedrijven en versterkt met verschillende wijzigingen in het belastingstelsel het ondernemersklimaat. Een van de maatregelen is het behouden van de expatregeling, die wel wijzigt: vijf jaar lang geldt een aftrekpercentage van 27%. Ook de inkoopfaciliteit in de dividendbelasting blijft bestaan, waarbij beursfondsen gebruik kunnen maken van de vrijstelling voor inkoop van eigen aandelen.

Dit kabinet hecht aan gezonde overheidsfinanciën. Belastingmaatregelen uit het hoofdlijnenakkoord worden ingevoerd en het kabinet neemt maatregelen om een aantal financiële tegenvallers op te vangen. De kansspelbelasting wordt stapsgewijs verhoogd, de eerder aangekondigde verlaging box 3-tarief gaat niet door, de salderingsregeling wordt per 2027 afgeschaft en werkgevers gaan een hogere aWf-premie en Aof-premie betalen voor hun werknemers.