Extra uitgaven asiel, bewaken en beveiligen en jeugdbescherming

Het kabinet staat voor grote financiële uitdagingen en heeft lastige keuzes moeten maken in het vaststellen van de Voorjaarsnota. De ingrijpende gebeurtenissen van het afgelopen jaar hebben gezorgd voor tegenvallers op de begroting, zoals de oorlog in Oekraïne, de hogere rente maar ook de gestegen asielinstroom. Het kabinet kiest ervoor om de extra kosten voor de asielketen te dekken tot en met 2026 en de rente voor 2,5 miljard euro te dekken, voor de oploop tijdens de kabinetsperiode. Ook heeft het kabinet besloten extra te investeren in het verbeteren van het stelsel van bewaken en beveiligen en de jeugdbescherming.

Een nieuw stelsel beveiligen van personen

De Onderzoeksraad voor Veiligheid kwam eerder al met aanbevelingen aan minister Yeşilgöz-Zegerius om de kwaliteit van het stelsel van bewaken en beveiligen te verbeteren. Het stelsel bestaat uit diensten die betrokken zijn bij de beveiliging van onder meer bedreigde politici, rechters en advocaten. Dit jaar is er 14 miljoen euro extra beschikbaar. Vanaf volgend jaar wordt er structureel 112 miljoen extra geïnvesteerd.

Met de nieuwe investeringen wordt het stelsel herzien en uitgebreid. Dit stelsel moet eenduidiger, meer gericht op dreiging en transparanter zijn dan het huidige stelsel van bewaken en beveiligen. In het nieuwe stelsel blijft de te bewaken persoon onverminderd centraal staan. Er wordt geïnvesteerd in het beter kunnen ontsluiten van relevante informatie over mogelijke dreigingen en in de analyse hiervan. Ook de manier van organiseren verandert en wordt vereenvoudigd. Er komt één gezag voor de beveiliging van ernstig bedreigde personen binnen het stelsel bij de minister van Justitie en Veiligheid, uitgevoerd door de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV). Ook blijft het kabinet investeren in de mensen en middelen voor de uitvoering van beveiligingsmaatregelen door de politie en de Koninklijke Marechaussee.

Investeren in jeugdbescherming

Het kabinet trekt voor dit jaar 43 miljoen euro uit voor de jeugdbescherming en zet hiermee een belangrijke stap om de problemen in deze sector structureel op te lossen. Minister Weerwind voor Rechtsbescherming ziet goede jeugdbescherming als een gezamenlijke verantwoordelijkheid van Rijk, gemeenten en Gecertificeerde Instellingen. Een rechter kan ouders jeugdbescherming opleggen als een kind tot 18 jaar in een gezin niet veilig kan opgroeien. Na dit jaar gaat het kabinet structureel jaarlijks 50 miljoen euro uittrekken voor de jeugdbescherming.

Het doel is met dat geld onder andere de werkdruk voor de professionals in de jeugdbescherming wordt verlaagd. De jeugdbeschermers moeten daardoor meer tijd kunnen krijgen om kwetsbare kinderen en gezinnen beter te helpen. Kinderen en gezinnen moeten in de toekomst ook vaker kunnen rekenen op een vaste jeugdbeschermer. De precieze invulling van de gelden wordt nog verder uitgewerkt.
 

Rijksbrede dekkingsopgave

Alle departementen (met uitzondering van het ministerie van Defensie) leveren een aandeel in de rijksbrede dekkingsopgave. Ook het ministerie van Justitie en Veiligheid levert met ombuigingen van 190 miljoen euro structureel een bijdrage aan een evenwichtig pakket maatregelen in de VJN. De suppletoire begroting van het ministerie van Justitie en Veiligheid zal op 9 mei a.s. aan de Tweede Kamer worden verstuurd.