Extra ruimte voor 5G-technologie in Nederland vanaf 1 december 2023
De extra ruimte om overal in Nederland landelijke mobiele communicatie, zoals 5G, aan te bieden, komt vanaf 1 december dit jaar beschikbaar. Het kabinet bereidt daarom een veiling van de frequenties in deze zogenoemde 3,5 Gigahertz band voor. Minister Micky Adriaansens (Economische Zaken en Klimaat) heeft vandaag haar besluit gepubliceerd om het zogenoemde Nationaal Frequentieplan (NFP) te wijzigen.
De wijziging volgt op basis van een eerder extern en onafhankelijk advies van een commissie aan het kabinet over het gebruik van deze frequentieruimte. Een deel van deze Nederlandse frequenties wordt nu nog door een satellietbedrijf voor nood-, spoed- en veiligheidscommunicatie met zeescheepvaart benut. De commissie adviseerde eerder dat het kabinet een verhuizing mogelijk maakt van de specifieke diensten in deze band naar een door de onderneming zelf voorziene locatie in Griekenland.
De oorspronkelijk al beoogde frequentieruimte (300 Megahertz) voor landelijke mobiele communicatie in de 3,5 GHz band, zoals 5G, komt na een veiling vanaf 1 december dit jaar beschikbaar. Ook blijft in deze band 2x 50 Megahertz (van de totale 400) beschikbaar voor lokale draadloze toepassingen in bijvoorbeeld bedrijven. Zolang de buitenlandse locatie nog niet operationeel is (streven is per 1 januari 2024), kan het satellietbedrijf nog beschikken over beperkte ruimte (80 Megahertz) om zijn activiteiten voort te kunnen zetten.
Minister Micky Adriaansens (EZK): “Door digitalisering neemt het dataverkeer sterk toe en is de aanleg van verbeterde netwerken zoals 5G essentieel voor consumenten en bedrijven. Hiervoor zijn ook meer radiofrequenties nodig, zoals in de zogenoemde 3,5 GHz band. Nederland heeft niet alleen een EU-verplichting om deze frequentieband zo snel als mogelijk beschikbaar te stellen voor landelijke mobiele communicatie. Ik vind het ook belangrijk voor de ontwikkeling van onze digitale infrastructuur. Dat is goed voor bedrijven, alle mensen die daar werken en alle Nederlanders die internet gebruiken.”