EU-voorstel: beter werkende data-economie voor consumenten en bedrijven
Het gebruik van digitale gegevens is onmisbaar in de economie en maatschappij. Grensoverschrijdende regelgeving die zorgt voor een betere verdeling van de grote waarde van data, is daarom essentieel voor bedrijven en consumenten. Het zorgt ervoor dat je bijvoorbeeld controle kunt houden over je eigen gegevens of verschillende onlinediensten naast elkaar kunt gebruiken. Het kabinet ziet daarom de EU Data Act, een voorstel dat de Europese Commissie vandaag naar buiten heeft gebracht, als een belangrijke stap om de data-economie als geheel beter te laten werken.
Minister Micky Adriaansens (Economische Zaken en Klimaat): “Voldoende concurrentie tussen bedrijven, meer ruimte voor innovatie en zelf grip kunnen houden op je data als consument of bedrijf. Dat zijn voor het kabinet dé verbeterpunten voor een goed werkende en eerlijke data-economie en dat kan niet zonder nieuwe standaarden.
De minister vervolgt: “Via de Data Act kunnen we hiermee stappen zetten. Bijvoorbeeld als het gaat om het wegnemen van drempels bij het overstappen van de ene digitale dienst naar de andere. Of het recht om je data ook zelf te kunnen benutten als consument of bedrijf. Nederland heeft expliciet hiervoor gepleit in Brussel. Het kabinet gaat dit belangrijke EU-voorstel nu nauwgezet bestuderen, om te zorgen dat deze nieuwe regels straks ook daadwerkelijk effectief zijn.”
Data creëren veel maatschappelijke en economische waarde. De data-economie levert een bijdrage aan onderzoek en innovatie, geeft mogelijkheden voor het vergroten van efficiëntie in bedrijfsprocessen, geeft beter inzicht in maatschappelijke vraagstukken en verbetert ook het concurrentievermogen van industrieën.
Inzicht en zelfbeschikking eigen digitale data
De vandaag gepresenteerde Data Act moet via EU-brede regelgeving zorgen voor meer controle bij bedrijven en consumenten over de data die zij zelf genereren door gebruik van een product of een dienst. Zo moeten zij die gegevens ook zelf kunnen gebruiken of aan een derde partij kunnen geven. Denk bijvoorbeeld aan autodata die een consument aan een onafhankelijke monteur geeft voor een reparatie of controle. Of een boerenbedrijf dat data uit een slimme tractor zelf gebruikt of koppelt aan andere apparaten en diensten. Door hier op in te zetten, verbetert de open data-economie.
Verplichtingen aan aanbieders digitale diensten
Ook legt de Data Act verplichtingen op aan digitale aanbieders van zogenoemde clouddiensten zoals bedrijfssoftware of gegevensopslag. Het gebruikt van deze diensten neemt sterk toe. Aanbieders moeten gaan zorgen dat de data en applicaties in hun diensten uitwisselbaar worden en dat diensten onderling ook kunnen communiceren. Door hiervoor gezamenlijke standaarden in te voeren, kunnen gebruikers makkelijker overstappen en verschillende diensten naast elkaar gebruiken. Consumenten ervaren daarbij nu nog drempels. Dat zorgt er ook voor dat andere aanbieders onvoldoende toegang tot de markt krijgen en innovatie wordt belemmerd.
Ook moet de wetgeving ervoor zorgen dat eventueel gebruik van private data door de publieke sector zo wordt georganiseerd dat de belangen, verplichtingen en rechten van alle betrokkenen worden gerespecteerd. Toegang tot private data kan in specifieke gevallen in publiek belang zijn, bijvoorbeeld data die het CBS gebruikt voor zijn statistieken. De rechtsbasis voor toegang tot private data moet voldoende afgebakend, doelmatig en proportioneel zijn. De Data Act kan hier verder aan bijdragen.
Europese onderhandelingen
De verantwoordelijke ministers, waaronder namens Nederland Micky Adriaansens (EZK), bespreken de komende maanden de Data Act in de EU Telecomraad. Na akkoord in deze Raad en in het Europees Parlement zal de Data Act wetgeving worden.
Bij het verbeteren van de data-economie werkt het ministerie van EZK sinds twee jaar samen met zowel het bedrijfsleven als betrokken organisaties binnen onder andere de Nederlandse Data Sharing Coalition en de Nederlandse AI Coalitie. Hierbij wordt naast wetgeving ook breder ingezet op bijvoorbeeld het stimuleren van datadelen in de praktijk.