Nieuwsbrief Kinderopvang

Bijgaand vindt u de nieuwsbrief Kinderopvang van donderdag 18 april 2024 met daarin de volgende berichten:

Kinderopvang-debat in de Tweede Kamer

De Tweede Kamer debatteerde op 11 april 2024 over de kinderopvang. De vaste Kamercommissie van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) ging in gesprek met minister Van Gennip over diverse thema’s.

De minister startte met de behandeling van het onderwerp herziening financieringsstelsel. De commissie is overwegend positief over het voorstel van directe financiering. Het debat ging ook over de invulling van het ingroeipad. De commissie vraagt naar extra informatie over de verschillende varianten. Zij zijn in het bijzonder geïnteresseerd in de effecten op marginale druk en verschillende inkomensklassen.

De Kamer stelde ook vragen over personeelstekorten in de kinderopvang. De minister geeft aan dat het aantal vacatures in de kinderopvang licht is gedaald, evenals de wachttijd voor een plekje op de opvang. Ook beantwoordde de minister vragen over de kwaliteitseisen van speeltoestellen voor gastouderopvang, de verlaging van de leerplicht van 5 naar 4 jaar, gemeentelijke regelingen en private equity.

Het debat terugkijken kan hier: Kinderopvang | Debat Direct (tweedekamer.nl)

Kwaliteitseisen in de kinderopvang per 1 juli 2024 aangepast

Vanaf 1 juli 2024 veranderen de kwaliteitseisen voor de buitenschoolse opvang (bso) en de dagopvang. De bso kan door de aanpassingen meer activiteiten aanbieden die passen bij de ontwikkeling van de kinderen. In de dagopvang mogen beroepskrachten in opleiding onder voorwaarden een ‘vast gezicht’ (vaste beroepskracht) zijn voor de kinderen. Deze aanpassing moet werkdruk en roosterproblemen door personeelstekort verminderen. Zie de factsheet voor meer informatie.
 
De aanpassingen zijn eind maart gepubliceerd. De tekst van het besluit vind je hier en de tekst van de regeling vind je hier.

Hieronder staan antwoorden op enkele veel gestelde vragen over de wijzigingen. 

Beroepskracht in opleiding als vaste beroepskracht

Wat is een beroepskracht in opleiding?
Een beroepskracht in opleiding is een medewerker die voor het praktijkdeel van zijn of haar opleiding belast is met de verzorging, de opvoeding en het bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen bij een kindercentrum (artikel 1.1 van de Wet kinderopvang). Dit kan een persoon zijn die de beroepsbegeleidende leerweg (BBL) volgt, een pedagogisch medewerker in ontwikkeling zoals beschreven in de Cao Kinderopvang, een hbo-student die een duale leerroute volgt of een student die de derde leerweg (overig onderwijs) volgt. Stagiairs, zoals een student van de beroepsopleidende leerweg (BOL), vallen niet onder de definitie van beroepskracht in opleiding.

Mag een beroepskracht in opleiding als vaste beroepskracht alleen op een groep staan?
Nee. Om te voorkomen dat er beroepskrachten in opleiding een dag alleen op een groep staan, is het verplicht dat er op die dagen ook een beroepskracht werkzaam is op die groep. Voor de randen van de dag en tijdens pauzes geldt de voorwaarde dat maximaal de helft van de formatie op een  kindercentrum uit beroepskrachten in opleiding mag bestaan. 

Beroepskracht-kindratio op een kindercentrum

Wat heeft een kindercentrum aan deze aanpassing?
De houder van een kindercentrum heeft door deze wijziging meer ruimte om groepen in te delen op basis van de behoeften en de ontwikkeling van kinderen. Afhankelijk van de omvang, groepen en samenstelling zal het ene kindercentrum hier meer voordelen van hebben dan een ander kindercentrum.

Hoe verhoudt het berekenen van de beroepskracht-kindratio op kindercentrumniveau zich tot het aantal vierkante meters voor de binnenruimte? 
Het aantal vierkante meter voor de binnen- en buitenruimte is afhankelijk van het aantal kinderen per kindercentrum. Het aantal vierkante meters van de binnenruimte hoeft niet te veranderen vanwege de berekening van de beroepskracht-kindratio per kindercentrum. 

Hoe verhoudt de maximale groepsgrootte van 30 kinderen zich tot de verschillende leeftijdscategorieën?
De groepsgrootte is vanaf 1 juli 2024 niet meer afhankelijk van leeftijdscategorieën van kinderen.

Andersgekwalificeerde beroepskracht

Welke pedagogische module moet een andersgekwalificeerde beroepskracht volgen?
Een andersgekwalificeerde beroepskracht voldoet niet aan de standaard opleidingseisen voor pedagogisch medewerker. Diegene moet een pedagogische module volgen voordat een houder hem of haar formatief kan inzetten als andersgekwalificeerde beroepskracht. Welke pedagogische modules hiervoor geschikt zijn, komt in de nieuwe Cao Kinderopvang te staan. Deze staan op dit moment nog niet in de Cao Kinderopvang. De cao-partijen zullen dit bekendmaken zodra er een nieuwe cao is. 

Kindercentrum-overstijgende opvang

Mag ik nog steeds kindercentrum-overstijgende opvang in een overeenkomst vastleggen?
Ja. Het is niet verplicht om vanaf 1 juli 2024 van de ‘vereenvoudiging’ gebruik te maken. De houder mag kindercentrum-overstijgende opvang voor de buitenschoolse opvang tijdens schoolvrije dagen nog steeds in een overeenkomst opnemen. Alleen als de houder dit wil vormgeven zonder dat dit in een overeenkomst is opgenomen, gelden de voorwaarden bij de vereenvoudiging (waaronder de aanvullende vereisten voor het pedagogisch beleidsplan).

Nieuwe acties tegen personeelstekorten kinderopvang

De personeelstekorten in de kinderopvang stabiliseren zich en het aantal openstaande vacatures neemt af. Toch blijkt ook uit de laatste arbeidsmarktprognose dat de sector nog steeds tekorten heeft. Ook toont de nieuwe wachttijdenmonitor aan dat een deel van de ouders lang wacht op een plek voor hun kind. Daarom neemt de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) samen met de sector aanvullende acties om de personeelstekorten en wachttijden tegen te gaan. Daarbij gaat de minister verder op de drie sporen: nieuwe medewerkers aantrekken, huidige medewerkers behouden en meer uren werken stimuleren. Dit schrijft de minister in een recente Kamerbrief van 4 april.

Om de personeelstekorten in de kinderopvang te verminderen, zijn er nieuwe medewerkers nodig. Een belangrijke nieuwe actie is het ‘Ontwikkelpad Kinderopvang’ om de instroom en doorgroei te bevorderen, ook van mensen die niet direct als pedagogisch professional kunnen starten. Daarnaast is er een tijdelijke subsidieregeling opgezet om kinderopvangorganisaties te stimuleren extra groepshulpen aan te nemen en scholing te bieden.

Het is ook belangrijk om huidige medewerkers te behouden. Daarom blijft het ministerie van SZW zich samen met de kinderopvangsector inzetten op het verlagen van de werkdruk en goed werkgeverschap. Daarmee kan de sector het nog aantrekkelijker maken om in loondienst te (blijven) werken en kan uitstroom naar bijvoorbeeld zzp-schap worden voorkomen. Een ‘flexibele schil’ blijft noodzakelijk, maar er moet een goede balans zijn tussen personeel dat flexibel inzetbaar is en vaste medewerkers.

Om het werkplezier van pedagogisch professionals te vergroten, heeft de startup Brugwerk een kaartspel ontwikkeld met subsidie van SZW. Ook zal het ministerie onderzoek doen naar de redenen voor de afname van het aantal gastouders. 

Hier leest u de gehele brief: Kamerbrief voortgang aanpak personeelstekort kinderopvang | Kamerstuk | Rijksoverheid.nl

Verandering van taaleis voor pedagogisch medewerkers in de kinderopvang: internetconsultatie mogelijk 

Op 1 januari 2025 moeten pedagogisch medewerkers taalniveau 3F of B2 van het Nederlands beheersen. Deze zogenaamde taaleis is onderdeel van de Wet Innovatie en Kwaliteit Kinderopvang (IKK). Via de Regeling Wet kinderopvang worden enkele aanpassingen doorgevoerd in de taaleis IKK. Deze zijn aangekondigd in de verzamelbrief die de minister in maart naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. De ontwerpregeling staat nu online. Geïnteresseerden kunnen tot en met 12 mei reageren (zie hieronder). 

Inhoud van de regeling:

(1) Verduidelijking van bewijsstukken

In de regeling en bijbehorende toelichting staat met welke bewijsstukken het vereiste taalniveau kan worden aangetoond. Deze eisen gelden voor bewijsstukken die zijn afgegeven vanaf 1 januari 2025. Bewijsstukken die vóór 2025 zijn afgegeven en die voldoen aan de cao Kinderopvang (die gold in de periode van 1 januari 2018 tot en met 31 december 2024), blijven geldig. 

(2) Voorgestelde uitzonderingen op de taaleis IKK

•    Taalniveau 3F of B2 wordt niet verplicht voor medewerkers in de buitenschoolse opvang. Zij moeten minimaal het lagere taalniveau 2F of B1 beheersen.
•    Beroepskrachten die zijn geboren op of vóór 31 december 1964 krijgen drie jaar extra tijd om aan de taaleis te voldoen, namelijk tot 1 januari 2028. 
•    Ook komt er extra tijd voor medewerkers die in de tweede helft van 2024 langdurig afwezig waren, bijvoorbeeld door ziekte of (zwangerschaps)verlof. 
•    De taaleis Nederlands gaat alleen gelden voor beroepskrachten die de Nederlandse taal als voertaal gebruiken. Beroepskrachten die volledig een andere voertaal spreken met de kinderen, hoeven niet aan de taaleis Nederlands te voldoen. In de meertalige kinderopvang kan dit bijvoorbeeld gaan om Duits, Engels of Frans. Het kan ook gaan om Friessprekende beroepskrachten of om beroepskrachten die alleen een andere taal spreken als de herkomst van de kinderen en specifieke omstandigheden dat noodzaken.

Deze uitzonderingen gelden pas nadat de ministeriële regeling definitief is gepubliceerd in de Staatscourant.

Reageer tot en met 12 mei op de internetconsultatie
De ontwerpregeling die de aanpassingen doorvoert in de taaleis staat nu online ter openbare (internet)consultatie. Iedereen die dat wil, kan reageren op: 
https://www.internetconsultatie.nl/wijzigingenregelingenkinderopvang. Dit kan tot en met zondag 12 mei.

Verlenging ruimere inzet beroepskracht in opleiding tot 2026

Minister Van Gennip van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) verlengt de mogelijkheid om meer beroepskrachten in opleiding formatief in te zetten. Zij stelt daarbij wel een nieuwe voorwaarde.

Door het tekort aan personeel mag nu maximaal de helft van de formatie op een kindercentrum bestaan uit beroepskrachten in opleiding. Dit is een verruiming ten opzichte van het gebruikelijke percentage van maximaal 33 procent. Dat percentage geldt nog wel voor stagiairs.

Minister van Gennip heeft besloten de verruiming voor beroepskrachten in opleiding te verlengen tot 1 juli 2026.

Nieuwe voorwaarde

Het formatief inzetten van een beroepskracht in opleiding mag alleen als er is ingestemd met een begeleidingsplan. De personen die daarmee moeten instemmen, zijn de volgende:

•    De beroepskracht in opleiding zelf;
•    de praktijkbegeleider (dat is degene die de beroepskracht in opleiding op werk begeleidt);
•    de opleidingsbegeleider (dat is de contactpersoon vanuit het opleidingsinstituut voor de begeleiding van de beroepskracht in opleiding).

Het doel van het begeleidingsplan is om de kwaliteit van de opvang te behouden. Ook is het doel om overbelasting bij de beroepskracht en de beroepskracht in opleiding voorkomen.

Daarvoor is het belangrijk dat er een goede inschatting wordt gemaakt of en hoe een beroepskracht in opleiding formatief kan worden ingezet. Ook is het belangrijk dat er voldoende begeleiding is en dat afspraken daarover gezamenlijk en met aandacht worden gemaakt.
 

Landelijke Kwaliteitsmonitor kinderopvang 2023

De minister heeft de resultaten van de Landelijke Kwaliteitsmonitor Kinderopvang 2022-2023 met de Tweede Kamer gedeeld. Daarin staat onder meer dat de kwaliteit van de kinderopvang in alle opvangsoorten in de periode 2022-2023  op enkele punten is verbeterd en verder stabiel is gebleven. De emotionele kwaliteit scoort in alle opvangvormen goed en is op een stabiel hoog niveau gebleven. De educatieve kwaliteit scoort in de middenklasse en daarmee voldoende. Het meest verbeterd is de educatieve kwaliteit voor peuters. Kortom, het is de sector gelukt de kwaliteit op niveau te houden, ondanks de personeelstekorten. Een bewonderenswaardige prestatie.

Webinar ‘Ontwikkelpad kinderopvang’: Donderdag 23 mei 2024, 10.30 - 11.30 uur

De kinderopvang heeft meer personeel nodig, maar mensen die graag willen starten in deze branche hebben niet altijd de juiste opleidingsachtergrond. Daarom ontwikkelden de branches in de kinderopvang samen met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) het Ontwikkelpad kinderopvang. Het Ontwikkelpad laat de mogelijkheden voor mbo-praktijkleren in de kinderopvang zien, om instroom, verbreding en doorgroei te bevorderen. 

Op 23 mei lichten het ministerie van SZW, Brancheorganisatie Kinderopvang, Branchevereniging Maatschappelijke Kinderopvang en NLwerktaanwerk in een webinar de stand van zaken en de eerste ervaringen toe van werkgevers en arbeidsmarktregio’s met het Ontwikkelpad kinderopvang. 

Naar verwachting publiceert het ministerie van SZW in de loop van april de tijdelijke subsidieregeling voor groepshulpen die aansluit bij het Ontwikkelpad kinderopvang. Het eerste aanvraagtijdvak zal in november plaatsvinden. Ook deze regeling komt aan bod in het webinar. Via de chat kan iedereen vragen stellen. 

Praktische informatie

Datum: donderdag 23 mei 2024 

Tijd: 10.30 – 11.30 uur 

Inschrijven: https://nlom.webinargeek.com/webinar-ontwikkelpad-kinderopvang-2024 

Help mee aan de Routekaart Verduurzaming Kinderopvang

De sectororganisaties in de kinderopvang werken samen aan een Routekaart Verduurzaming Kinderopvang, die zal worden geschreven door het Waarborgfonds & Kenniscentrum Kinderopvang. Deze routekaart beschrijft de huidige situatie die dient als nulmeting, de wettelijke eisen die er nu zijn of gaan gelden in de komende jaren en de ambities die de sector zelf vaststelt. In de routekaart staat ook hoe de sector de komende jaren zal worden geholpen om aan de wettelijke eisen te kunnen voldoen en hoe ze de ambities kan realiseren.

Voor de nulmeting gebruiken de sectororganisaties en het Kenniscentrum verschillende bronnen. Maar ze hebben extra informatie van kinderopvangorganisaties nodig om een compleet beeld te krijgen van de huidige situatie. Daar kunt u hen mee helpen. 

Wij roepen alle kinderopvangorganisaties op om bij te dragen aan de Routekaart Verduurzaming Kinderopvang door deze vragenlijst in te vullen. Wij hopen op uw medewerking! Hartelijk dank alvast.